V2 Recap 5+6

Welcome!
- put away your phone
- take your books + pen
- please log in to my digital classroom
- start reading your book
1 / 25
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Welcome!
- put away your phone
- take your books + pen
- please log in to my digital classroom
- start reading your book

Slide 1 - Tekstslide

At the end of the lesson you:
- have looked at the grammer of theme 5+6 again
- know what you still have to work on

Slide 2 - Tekstslide

Before we start:
- the Big Challenge will take place during flex hour

Slide 3 - Tekstslide

Present perfect
Past simple

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Video

Past simple vs Present perfect

I (walk) to school yesterday
A
have walked
B
walked
C
walk
D
am walking

Slide 6 - Quizvraag

Present perfect vs past simple
My sisters (do- not) anything since this morning.
A
hasn't done
B
didn't do
C
haven't done
D
has done

Slide 7 - Quizvraag

Wie-doet-wat-waar-wanneer

He had a drink at the pub last night


Slide 8 - Tekstslide

I - an - old lady - helped- at the train station - yesterday

Slide 9 - Open vraag

Naomi - me - with my homework - yesterday - helped

Slide 10 - Open vraag

bought - I - last month - a new phone

Slide 11 - Open vraag

Bijwoorden van frequentie
always = altijd
never = nooit
sometimes = soms
usually = gewoonlijk (meestal)
often = vaak
rarely = zelden

Slide 12 - Tekstslide

Waar staan ze in de zin?

Deze woorden geven aan hoe vaak iets gebeurt.
1. Ze staan vaak voor het werkwoord.

I always get nervous before a concert.
You often go to the cinema.
We never play tennis.

Slide 13 - Tekstslide

Waar staan ze in de zin?
Een bijwoord staat altijd voor het werkwoord, behalve...
als het werkwoord een vorm van 'to be' is:
am/are/is/was/were

I am always late for school.

Slide 14 - Tekstslide

goes - she- to school - by bike - always

Slide 15 - Open vraag

never - doing - the dishes - they - like

Slide 16 - Open vraag

were- never- for class - they - late

Slide 17 - Open vraag

Present continuous voor de future


Theme 5 Grammar

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Video

Present continuous
Zo vorm je de present continuous:

am/are/is
+
werkwoord + ing

Slide 20 - Tekstslide

Welk vorm van de future gebruik je bij afspraken die al gepland staan?
A
will / wont
B
to be going to
C
present continuous
D
present simple

Slide 21 - Quizvraag

Welk vorm van de future gebruik je bij dingen die je van plan bent?
A
will / wont
B
to be going to
C
present continuous
D
present simple

Slide 22 - Quizvraag

Remember:
- learn the prepositions of place by heart
- google this and find a picture that helps you remember

Slide 23 - Tekstslide

Should, must and have to
Should - zouden moeten

Must - moeten (van jezelf)

Have to - moeten (van iemand anders/wet)

Slide 24 - Tekstslide

If sentences for unlikely situations
Bijzin: if + past simple
Hoofdzin: would (not) + hele ww 

vb. If I knew where he lived, I would visit him.
I would eat sushi every day if I lived in Japan.

Slide 25 - Tekstslide