Paragraaf 10.3 Opgroeien

• Biologie
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 4

Paragraaf 10.3 Opgroeien

Benodigheden

- Werkboek 

- Pen, potlood

- Laptop

LessonUp: 

JA!

Telefoons in de telefoontas!

Programma

Welkom

Herhalen hst.9 in grote lijnen

Nieuwe stof uitleg :

 '10.3 Opgroeien'

Aan de slag/huiswerk

- Maak deze LessonUp

- Maak het werkblad plaatjes

- Practica bloedgroepbepaling

Afsluiting

Leerdoelen

1. Je kunt uitleggen welke acht levensfasen er zijn.

2. Je kunt uitleggen wat de werking van de hypofyse is.

3. Je kunt het verschil uitleggen tussen primaire en secundaire geslachtskenmerken

4. Je weet onder invloed van welke 2 hormonen de secundaire geslachtskenmerken zichtbaar worden.

5. Je kunt 3 relatievormen noemen en uitleggen.

6. Je kunt verschillende manieren noemen van ongewenst gedrag. 

Marieke leert op school lezen, schrijven en rekenen. Dit is een voorbeeld van....

1. Geestelijke ontwikkeling
2. Lichamelijke ontwikkeling

Jan en Ingrid hebben 3 kinderen en voelen zich verantwoordelijk voor hen.

1. Lichamelijk
2. Geestelijk

Zet de begrippen in volgorde van jong naar oud:

schoolkind - volwassene - baby - puber - kleuter -

adolescent - peuter - oudere 

Wat is jouw volgende levensfase?

1. kind
2. adolescent
3. puber
4. volwassene

geen groei, zorg voor kinderen

groei, leren rennen, leren praten

geslachtsorganen worden werkzaam

afronding van de hersenontwikkeling

gezichten herkennen

Baby

Peuter

Puber

Adolescent

Volwassene

Wat regelen je hormonen niet?

1. Slaap
2. Temperatuur
3. Bewegen
4. Voortplanting

Zet het juiste nummer bij de onderdelen.

baarmoederwand

foetus

navelstreng

2

3

4

Beschrijf wanneer een vrouw kan spreken van een zwangerschap.

Gebruik de woorden bevruchting, eileider, innesteling

De moeder vervoert                      en voedingsstoffen naar de                            . 

Via de                      in de placenta vindt uitwisseling plaats van zuurstof, voedingsstoffen,                               en andere afvalstoffen. 

Het kind ontvangt het zuurstofrijke bloed via de                                                 .

haarvaten

koolstofdioxide

navelstrengader

placenta

zuurstof

zet de verschillende onderdelen bij de juiste nummers.

1

2

3

4

5

placenta

navelstreng

vruchtwater

embryo

vruchtvlies

Welke afbeelding(en) is/zijn van een twee-eiige tweeling?

1. A
2. B
3. C
4. A en B

In welke afbeelding(en) zijn twee placenta's te zien?

1. A
2. B
3. C
4. A en B

In welke afbeelding(en) zijn twee vruchtzakken te zien?

1. A
2. B
3. C
4. A en B

Zet de nummers bij het juiste onderdeel.

placenta

foetus

vruchtwater

navelstreng

1

2

3

4

Om welke type tweeling gaat het:

1 zaadcel, 1 eicel, 1 placenta, 2 vruchtzakken.

1. eeneiige tweeling
2. twee-eiige tweeling

Aan de slag

1. Maak deze LessonUp 10.3 (vragen) die klaarstaat in de klasLessonUp.

2. Maak het werkblad over belangrijke plaatjes.

3. Nu ben je klaar voor het practicum bloedgroepbepaling.