voorzetsels met 3e of 4e naamval

1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
DuitsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2,3

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Lernziel:
Voorzetsels met de 3e of 4e naamval invullen.

Slide 2 - Tekstslide

Wiederholung:

Slide 3 - Tekstslide

Grammatik: naamvallen der-groep
Daar horen de volgende woorden ook bij:
dies-, jed-, manch-, solch-, all-
M
O
V
MV
1e
der
das
die
die
3e
dem
dem
der
den,-n
4e
den
das
die
die

Slide 4 - Tekstslide

Grammatik: naamvallen ein-groep
M
O
V
MV
1e
ein
ein
eine
keine
3e
einem
einem
einer
keinen,-n
4e
einen
ein
eine
keine
Daar horen de volgende woorden ook bij:
kein-, mein-, dein-, sein-, ihr-, unser-, euer-, ihr-, Ihr-

Slide 5 - Tekstslide

Voorzetsels
met vertaling
3e naamval
aus (uit)
bei (bij)
 mit (met)
nach (na, naar) 
seit (sinds) 
von (van) 
zu (bij, naar)
außer (behalve)
gegenüber tegenover
entgegen (tegemoet)

4e naamval
durch (door)  
für (voor)
gegen (tegen)
ohne (zonder)
um (om)
bis (tot) 

Slide 6 - Tekstslide

Verbesserung der Hausaufgabe

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Fragen?
Dann kommt jetzt ein Quiz :)

Slide 10 - Tekstslide

Voorzetsels 3e naamval
Welke hoort er niet bij?
A
mit
B
seit
C
durch
D
von

Slide 11 - Quizvraag

Voorzetsels 3e naamval
Welke hoort er niet bij?
A
nach
B
für
C
zu
D
bei

Slide 12 - Quizvraag

Voorzetsels 4e naamval
Welke hoort er niet bij?
A
für
B
von
C
um
D
durch

Slide 13 - Quizvraag

Voorzetsels 4e naamval
Welke hoort er niet bij?
A
durch
B
gegen
C
aus
D
um

Slide 14 - Quizvraag

Ich habe ein Geschenk für ......(mijn) Mutter (v) gekauft.

A
mein
B
meinen
C
meine
D
meiner

Slide 15 - Quizvraag

Ohne .......(de) Hund (m) können wir nicht gehen.

A
die
B
der
C
den
D
den

Slide 16 - Quizvraag

Een zin met het voorzetsel "ohne"?

Slide 17 - Woordweb

Een zin met het voorzetsel "bei"?

Slide 18 - Woordweb

Een zin met het voorzetsel "gegenüber"?

Slide 19 - Woordweb

Lernziel:
Voorzetsels met de 3e of 4e naamval invullen

Slide 20 - Tekstslide

Lernziel erreicht?

A
Ja!
B
Größtenteils.
C
Nicht komplett.
D
Nein. Ich brauche Hilfe!

Slide 21 - Quizvraag

Hausaufgabe
Seite 146, Aufgabe 3

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Tekstslide