10.3 - Sterke Spieren

Welkom vrijdag 21 april
Planning vandaag
  • Vragen?
  • Verder met de stof en oefenen
  • Opgaven maken
Neem plaats  
Tas op de grond
PC heb je vandaag wel nodig.
Ook je boeken en een pen

timer
1:00
1 / 34
volgende
Slide 1: Tekstslide
Middelbare schoolvmbo kLeerjaar 1

In deze les zitten 34 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Welkom vrijdag 21 april
Planning vandaag
  • Vragen?
  • Verder met de stof en oefenen
  • Opgaven maken
Neem plaats  
Tas op de grond
PC heb je vandaag wel nodig.
Ook je boeken en een pen

timer
1:00

Slide 1 - Tekstslide

Planning voor vandaag

Lesstof van vorige keer herhalen met vragen
Controle of de uitleg begrepen is
Aan de slag met Kahoot



Slide 2 - Tekstslide

Hoofdstuk 10 over hebben?
10.1 - Botten bewegen
10.2 - Krachten
10.3 - Sterke spieren 
10.4 - Hefbomen
10.5 - Blessures
Opgaven 
opdracht 1 t/m 17 van 10.1
opdracht 1 t/m 19 van 10.2
opdracht 1 t/m 13 van 10.3
opdracht 1 t/m 17 van 10.4
opdracht 1 t/m 10 van 10.5

Deze week

Proefwerken KT2
9.3 t/m 9.5 donderdag 20 april (week 1
Hoofdstuk 10 op  vrijdag 2 juni (week 22)
Hoofdstuk 11 op 4 juli (openboek proefwerk)
Bonusopdracht 1. Praktijkopdracht na de meivakantie
Bonusopdracht 2. Rekenen met krachten en hefbomen week 20
Nu  week 15

Slide 3 - Tekstslide

Hoofdstuk 10 over hebben?
10.1 - Botten bewegen
10.2 - Krachten
10.3 - Sterke spieren 
10.4 - Hefbomen
10.5 - Blessures
Opgaven 
opdracht 1 t/m 17 van 10.1
opdracht 1 t/m 19 van 10.2
opdracht 1 t/m 13 van 10.3
opdracht 1 t/m 17 van 10.4
opdracht 1 t/m 10 van 10.5

Deze week

Proefwerken TH2a
Hoofdstuk 10 op  donderdag 1 juni (week 22)
Hoofdstuk 11 op 4 juli (openboek proefwerk)
Bonusopdracht 1. Praktijkopdracht na de meivakantie
Bonusopdracht 2. Rekenen met krachten en hefbomen week 20
Nu  week 15

Slide 4 - Tekstslide

Practicum: Uitrekking van elastiek en veer meten
  • De opstelling wordt gemaakt zoals de opstelling hiernaast.
  • Vervolgens worden massa's aan het elastiek en in deel 2 aan de veer gehangen.
  • Dan wordt de uitrekking gemeten.
massa blok (g)
Kracht (N)
Uitrekking cm
0
0
0
1  (50 g)
2 (100 g)

Slide 5 - Tekstslide

Practicum onderzoeksvragen
10.2 Onderzoekt of een veer gelijkmatig uitrekt.

Daarvan maak je een rapport waarvoor je bonuspunten kunt halen.

De info hierover komt op ItsLearning te staan en leg ik een volgende keer uit.

Slide 6 - Tekstslide

Leerdoelen
Je weet 
dat spieren met pezen aan het skelet vastzitten
waarvoor spieren gebruikt worden
hoe een spier werkt
hoe je de armen buigt en strekt
hoe spierpijn ontstaat

Slide 7 - Tekstslide

Kennis: wat weet je al (nog)?
Inloggen met je eigen naam.
timer
1:00
Let op de timer!

Slide 8 - Tekstslide

Waaraan levert het skelet GEEN bijdrage?
A
stevigheid
B
bescherming
C
beweging
D
vertering

Slide 9 - Quizvraag

Hoe heet het groene bot?
A
Sleutelbeen
B
Dijbeen
C
Schoudergordel
D
Schouderblad

Slide 10 - Quizvraag

Sterke Spieren
 H10.3

Slide 11 - Tekstslide

 Spieren
Leerdoelen:
Je weet
dat spieren met pezen aan het skelet vastzitten
waarvoor spieren gebruikt worden
hoe een spier werkt
hoe je de armen buigt en strekt
hoe spierpijn ontstaat

Slide 12 - Tekstslide

Waar zitten je spieren?
In je lichaam, onder je huid zitten +/- 600 spieren
alle spieren samen = spierstelsel
spieren zitten onder je huid
spieren zitten in organen (maag)
je hart is een spier en je tong
     ook

Slide 13 - Tekstslide

Spieren in je organen
Je hebt ook spieren in je organen. Bijvoorbeeld in de wand van je maag en je darmen. Deze spieren zorgen ervoor dat het voedsel wordt gekneed en vervoerd. Zelfs in je huid zitten spieren. Aan elk haartje zit een klein spiertje vast. Als je kippenvel krijgt, trekken die spiertjes samen. Ook je hart is een spier. De hartspier pompt het bloed door je lichaam.
Spiertje

Slide 14 - Tekstslide

Hoe werkt een spier?
Spieren bestaan uit een groot aantal spiervezels (spiercellen)
Deze spiercellen zitten in groepjes bij elkaar in een spierbundel.
De spier zit met pezen vast aan je botten
Opbouw

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Video

De werking van spieren
• Om je arm te buigen, gebruik je de armbuigspier (biceps). Deze is dan gespannen (kort en dik). De buigspier trekt aan het spaakbeen. Hierdoor buigt de arm.
• Om je arm te strekken, gebruik je de armstrekspier (triceps). Als deze spier aanspant, trekt hij aan de ellepijp. Daardoor wordt de arm gestrekt. 
Om een bot te bewegen heb je altijd twee spieren nodig: een buigspier en een strekspier.



armbuigspier
(biceps)
armstrekspier
(triceps)
Je ziet de spieren die je onderarm bewegen
Antagonisten

Slide 17 - Tekstslide

antagonisten
Antagonisten    Buig- en strekspier: bi- en triceps       Voel maar bij jezelf 
Spieren werken samen:
De ene spier trekt samen, de andere spier wordt uitgerekt.

Slide 18 - Tekstslide

Als de armbuigspier samentrekt wordt hij:
A
langer en dunner
B
langer en dikker
C
korter en dikker
D
korter en dunner

Slide 19 - Quizvraag

Wat is de antagonist
van je biceps?

Slide 20 - Open vraag

Als je een spier samentrekt, wordt de spier....
A
korter en dikker
B
langer en dunner
C
korter en dunner
D
langer en dikker

Slide 21 - Quizvraag


In een werkende spier ontstaan afvalstoffen. Als de afvalstoffen niet genoeg worden afgevoerd door het bloed ontstaat spierpijn. 
Spierpijn

Slide 22 - Tekstslide

Hoe kun je spierpijn voorkomen?

Slide 23 - Open vraag

Spierpijn voorkomen
  1. Goede warming up
  2. Langzaam de kracht opbouwen per training. 
  3. Met lange pauzes beginnen en langzaamaan steeds kortere pauzes nemen tijdens de training. 
  4. Goede cooling down
  5. Voldoende rust tussen de trainingen door

Slide 24 - Tekstslide

Pezen
Om elke spierbundel zit een vlies.
Vliezen van alle bundels in een spier zijn aan het uiteinde samengegroeid tot één of meer pezen.
Spieren zitten met pezen vast aan de botten.
Dit zijn de witte delen aan het einde van de spier. 
Pezen zijn taaie, stevig en niet elastisch en kunnen zich niet samentrekken. 


Slide 25 - Tekstslide

Zet de onderdelen in volgorde van groot naar klein
Grootst
Kleinst
Spiervezel
Spierbundel
Spier
Spiercel
Spierstelsel

Slide 26 - Sleepvraag

De spieren met pezen zitten vast aan de botten
A
juist
B
onjuist

Slide 27 - Quizvraag

Welke spier is aangespannen op de foto?
A
Biceps
B
Triceps
C
Pees

Slide 28 - Quizvraag

Werking van een spier
Als je een spier aanspant, wordt hij korter en dikker. De spier trekt dan de botten naar elkaar toe.

Slide 29 - Tekstslide

Heb je nog vragen?
schrijf ze op en stel ze aan je docent.

Slide 30 - Woordweb

Leerdoelen
Je weet nu
dat spieren met pezen aan het skelet vastzitten
waarvoor spieren gebruikt worden
hoe een spier werkt
hoe je de armen buigt en strekt
hoe spierpijn ontstaat

Slide 31 - Tekstslide

Huiswerk maken
10.3 opdrachten maken

Leren
Hoofdstuk 10.1+10.2+10.3 ook de bronnen



Volgende keer
Verder met 10.3 en 10.4
Practicum KT2a: dinsdag
Practicum HT2a: vrijdag

Hoe maak je opgaven?


1. Lees de vragen goed
2. Gebruik het boek om de antwoorden te vinden.
3. Klaar? Kijk je werk na (zie ItsLearning) 

Gebruik bij het nakijken een andere kleur, zodat je snel kunt zien, wat nog niet goed ging en je dus nog moet checken. Zet ook een krul wanneer je antwoord helemaal goed is!

Vragen???
Stel ze nu of kom langs in een daltonles.
Je kunt het pas leren wanneer je het snapt!
Herhaal/vertel wat je leest in je eigen woorden.
Zorg voor een opgeladen device!

Slide 32 - Tekstslide

Kunnen spieren zonder het skelet?

Kan het skelet zonder spieren?
A
ja, ja
B
,ja, nee
C
nee, ja
D
nee, nee

Slide 33 - Quizvraag

Antagonisten 
Iedere spier heeft een antagonist.

Een spier kan namelijk zichzelf niet ontspannen: daar heeft hij zijn antagonist voor nodig!!

Slide 34 - Tekstslide