H1: maken Fictie H1 (3v),nakijken Fictie H1, bespreken Wat voor lezen ben jij?, uitleg genres fictie

- Lekker Lezen H1: maken + nakijken
- Theorie fictie H1
- Maken opdr. 4 en 5
Twee lessen
1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 3

In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

- Lekker Lezen H1: maken + nakijken
- Theorie fictie H1
- Maken opdr. 4 en 5
Twee lessen

Slide 1 - Tekstslide

Lesdoelen

Je leest een fictiefragment waarbij je lees- en discussievragen beantwoord.

Je kent de indeling van de hoofdgenres fictie.

Je herhaalt de realismelijn en het opbouwschema van verhalen.


Slide 2 - Tekstslide

Lekker Lezen H1
'Surf
Chris Vick


Slide 3 - Tekstslide

Huiswerk

Fictie H1: 

3, 5a, 6, 

extra: Vanuit welk perspectief wordt geschreven?

Welke manieren worden er gebruikt om spanning in het verhaal te brengen?

Slide 4 - Tekstslide

Fictie H1: opdr. 1 (Surf)

3 Noem vier zinnen waarin figuurlijk taalgebruik naar voren komt.

5a Welke twee open plekken bevat het verhaal?

6 Welke informatie over Sams karakter krijg je door regel 122-126?

extra: vanuit welk perspectief is het boek geschreven?

    


Slide 5 - Tekstslide

Uitleg Proza, poëzie en toneel

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Video

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Realismelijn en opbouwschema

Wat weet je nog?


Slide 12 - Tekstslide

Het woord 'realistisch' betekent...
A
dat een verhaal waargebeurd is.
B
dat een verhaal echt kan gebeuren.
C
dat een verhaal verzonnen is.
D
dat een verhaal niet echt kan gebeuren.

Slide 13 - Quizvraag

Welk onderdeel in het opbouwschema van een verhaal wordt ook wel 'de ommekeer' genoemd?

Slide 14 - Open vraag

Huiswerk

Opdracht 4 (alleen vraag 1 t/m 3) en 5 van Fictie H1


Slide 15 - Tekstslide