jueves, 16 de marzo

jueves, 16 de marzo
clase 1 - 3 MAVO

herhaling grammatica Capítulo 3
1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
SpaansMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

jueves, 16 de marzo
clase 1 - 3 MAVO

herhaling grammatica Capítulo 3

Slide 1 - Tekstslide

startopdracht
Pak je TB (blz 33) en neem de zinnen van BRON K over in je schrift.
timer
8:00

Slide 2 - Tekstslide

leerstof toets (grammatica)
* het bijvoeglijk naamwoord (blz 80-81 TB)
* wederkerende werkwoorden (bijlage)
* wekwoorden met klinkerwisseling (bijlage)

Slide 3 - Tekstslide

Koppel de tegenovergestelde woorden aan elkaar
rizado
caro
mucho
largo
alto
corto
liso
bajo
barato
poco

Slide 4 - Sleepvraag

Welke woorden zijn GEEN bijvoeglijk naamwoord? 
Geen Bijv. nw.
el niño 
somos 
bonito
demasiado
poco
inteligente

Slide 5 - Sleepvraag

Welke bijvoeglijke naamwoorden hebben dezelfde mannelijke en vrouwelijk vorm? 
dezelfde vorm voor mannelijk en vrouwelijk
grande
común
azul
bonito
demasiado
poco
simpático

Slide 6 - Sleepvraag

Deze bijvoeglijke naamwoorden gaan voor. 
Deze bijvoeglijke naamwoorden gaan achter.
Grande
Poco/a
Demasiado/a
Chico/a
Simpático/a
Mucho/a
Verde
Rojo/a

Slide 7 - Sleepvraag

bijvoeglijk naamwoord:
1. Yo tengo ojos (blauw)_______________
2. Laura es una chica (knap)______________
3. Mi casa es muy (leuk) ________________
4. el inglés y el alemán son muy (saai) _________
5. Tengo dos hermanos (blond) ____________

Slide 8 - Tekstslide

Wederkerend 
Werkwoord
=
Werkwoord + 
wederkerend
voornaamwoord!

Slide 9 - Tekstslide

Reflexivo

No reflexivo
Levantarse
comer
llamar
cepillarse
correr
comprar
vestirse
lavarse
bañarse

Slide 10 - Sleepvraag

ducharse, ellos

Slide 11 - Open vraag

Wederkerende werkwoorden:
Vervoeg lavarse in zij enkelvoud (ella)
A
Se lavan
B
Nos lavamos
C
Ses lavan
D
Se lava

Slide 12 - Quizvraag

llamarse, vosotros

Slide 13 - Open vraag

Yo ___________(peinarse) el pelo
A
te peinas
B
me peino
C
se peina
D
le peina

Slide 14 - Quizvraag

Klinkerwisseling

Slide 15 - Tekstslide

YO
Él/ELLA/USTED
NOSOTROS/NOSOTRAS
VOSOTROS/VOSOTRAS
ellos/ellas/ustedes
queremos
quieres
quieren
quiero
queréis
quiere

Slide 16 - Sleepvraag

vervoeg:
1. Hans (dormir - ue) ___________ mucho.
2. Tú (poder - ue) ____________ venir mañana?
3. Yo (volver - ue) _______________ pronto.
4. Ella (entender - ie) ________________ nada de la clase.
5. Los holandeses (querer - ie) _____ comer mucho 'drop'.
6. Nosotros (jugar - ue) __________ un partido de voleibol.

Slide 17 - Tekstslide