Afronden: tien-, honderd-, duizendtal, 1F

Afronden
1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide
RekenenMiddelbare schoolPraktijkonderwijsvmbo, mavo, havoLeerjaar 1,2

In deze les zitten 13 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 15 min

Onderdelen in deze les

Afronden

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Doelen
  • Je kent de rekenafspraken voor het afronden.
  • Je kunt afronden op een tiental.
  • Je kunt afronden op een honderdtal.
  • Je kunt afronden op een duizendtal.

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat weet je al over afronden?

Slide 3 - Woordweb

Afronden: je maakt er een rond getal van.
Regels
Afronden op een tiental: je kijkt naar de eenheden.
Afronden op een honderdtal: je kijkt naar de tientallen.
Afronden op een duizendtal: je kijkt naar de honderdtallen

Dan geldt:
0 t/m 4 afronden naar beneden (het cijfer dat je laat staan verandert niet).
5 t/m 9 afronden naar boven (je verhoogt het cijfer dat je laat staan met 1).


Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bijvoorbeeld
Afronden op een tiental:
12 wordt 10

Afronden op een honderdtal:
183 wordt 200

Afronden op een duizendtal:
3490 wordt 3000

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


Rond het getal 93 af op een tiental.

Slide 6 - Open vraag

Je kijkt naar de eenheid: 3. Bij 3 rond je af naar beneden: de 9 verandert niet.

Rond het getal 428 af op een honderdtal.

Slide 7 - Open vraag

Kijk naar het tiental: 2. Bij 2 rond je af naar beneden: de 4 verandert niet.

Rond het getal 2.759 af op een duizendtal.

Slide 8 - Open vraag

Kijk naar het honderdtal: 7. Bij 7 rond je af naar beneden: de 2 wordt een 3.
Tip!
Na afronden op een tiental eindigt het getal op één nul.

Na afronden op een honderdtal eindigt het getal op twee nullen.

Na afronden op een duizendtal eindigt het getal op drie nullen.

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


Rond het getal 28.815 af op een duizendtal.

Slide 10 - Open vraag

Je kijkt naar het honderdtal: 8. Bij 8 rond je af naar boven: het achterste cijfer dat je laat staan (de 8) verhoog je met 1.

Rond het getal 4.540 af op een honderdtal.

Slide 11 - Open vraag

Je kijkt naar het tiental: 4. Bij 4 rond je af naar beneden: het achterste cijfer dat je laat staan (de 5) verandert niet.


Even denken...

Slide 12 - Tekstslide

Is alles duidelijk?
Heb je nog vragen? Die kun je invullen bij de volgende dia.
Welke vragen heb je nog?

Slide 13 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies