1.14 - MHV2 - oefentoets

• Spaans
• Middelbare school
• mavo, havo, vwo
• Leerjaar 2

Clase 1.14

Hacer (doen/maken):

- oefentoets tema 1

Aprender (leren):

- woordenlijst Reporteros 1 - unidad 0 Nuestro verano

- woordenlijst Reporteros 1 - unidad 1 Mis amigos y yo 

- de tegenwoordige tijd van ser en tener, página 26 (TB) + aantekeningen

- de ontkenning, página 26 (TB) + aantekeningen

- het geslacht, página 27 (TB) + aantekeningen

- het getal, página 27 (TB) + aantekeningen

- de lidwoorden, página 27 (TB) + aantekeningen

Planificación

1. Reglas de la clase

2. Oefentoets

3. Vocabulario

4. La próxima clase

Después de esta clase...

... weet je wat voor cijfer je ongeveer zal halen voor de toets.

5 min

35 min

10 min

5 min

Reglas de la clase

1. Je telefoon is thuis of in de kluis.
2. Bij binnenkomst op je plek zitten, jas uit, tas van tafel en oortjes uit oren.
3. Je hebt altijd je spullen mee: boeken, schrift, pennen, opgeladen device.
4. Als een ander praat, ben je stil en luister je.
5. Wanneer de docente uitleg geeft, ben je stil en maak je aantekeningen in je schrift.
6. We lachen elkaar niet uit en gaan met respect met elkaar om.
7. Je ruimt pas op als de docente dat aangeeft.
8. Heb je een les gemist? Vraag aantekeningen aan klasgenoten en kijk in Magister.Learn wat je moet maken en leren. 

5 min

Diagnostische toets

In toetsopstelling

In stilte en individueel

Tijd: 30 minuten

Corregir

Geef je toets aan de persoon naast je.

Kijk voor elkaar de toets na.

1. Gramática (5PT)

Elk antwoord is 1 punt waard.

a) Tú tienes (tener) una bicicleta. 

b) Yo soy (ser) polaca. 

c) Ana y Chris tienen (tener) una reunión.

d) Vosotras sois (ser) mujeres. 

e) Mi hermano es (ser) muy simpática. 

2. Gramática (6PT)

Elk antwoord is 1 punt waard.

a) el gato                                        d) el coche

b) la bicicleta                                e) el gato

c) los zapatos                               f) las manzanas

3. Gramática (4PT)

Elk antwoord is 1 punt waard. Het antwoord moet helemaal goed zijn.

a) la novia

b) la bonita

c) una abuela

d) una hija

4. Gramática (4PT)

Elk antwoord is 1 punt waard. Het antwoord moet helemaal goed zijn.

a) unas gallinas 

b) unos reyes

c) los toros

d) las mariposas

5. Vocabulario (6PT)

Elk antwoord is 1 punt waard. HAVO en VWO moeten zelf kunnen schrijven in het Spaans.

a) 15

b) 2

c) 30

d) 14

e) 7

f) 18

6. Vocabulario (4PT)

Elk antwoord is 1 punt waard. 

a) aardig

b) de vader

c) de e-mail

d) de leeftijd

7. Vocabulario (6PT)

Elk antwoord is 1 punt waard. Kwart punt aftrek wanneer geen accent én ook wanneer hoofdletter.

a) argelina

b) alemanas

c) inglés

d) portugués

e) peruanos

f) belga

8. Vocabulario (6PT)

Elk antwoord is 1 punt waard. 

a) Okay!

b) alsjeblieft

c) nieuw

d) de letter

e) heten

f) de feestdag, de vrije dag

9. Vocabulario

enero - febrero - marzo - abril - mayo - junio - julio - agosto - septiembre - octubre - noviembre - diciembre

Cijfer berekenen

Tel alle punten op (sla vraag 9 over).

punten / 41

keer 9

plus 1

Vocabulario

10 min

La próxima clase

PRUEBA TEMA 1.

Hacer (doen/maken):

- oefentoets tema 1

Aprender (leren):

- woordenlijst Reporteros 1 - unidad 0 Nuestro verano

- woordenlijst Reporteros 1 - unidad 1 Mis amigos y yo 

- de tegenwoordige tijd van ser en tener, página 26 (TB) + aantekeningen

- de ontkenning, página 26 (TB) + aantekeningen

- het geslacht, página 27 (TB) + aantekeningen

- het getal, página 27 (TB) + aantekeningen

- de lidwoorden, página 27 (TB) + aantekeningen

Hasta la próxima clase

• Stoel netjes aanschuiven.
• Tafels recht neerzetten.
• Papier / vuil van de grond / tafels.