1.7 zinsdelen, persoonsvorm en onderwerp

Grammatica


Hoofdstuk 1

1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Grammatica


Hoofdstuk 1

Slide 1 - Tekstslide

Doelen:

- een zin verdelen in zinsdelen

- weet je hoe je de pv in een zin kan vinden

- weet je wat een enkelvoudige zin is

-weet je wat een samengestelde zin is

- weet je hoe je een zinsdeelproef moet doet

Slide 2 - Tekstslide

nut van grammatica

-goede zinnen maken

- werkwoorden goed schrijven

- vreemde talen

Slide 3 - Tekstslide

redekundig ontleden
  • Elk zinsdeel heeft een bepaalde functie in de zin.
  • Het benoemen van deze zinsdelen noem je redekundig ontleden.

Slide 4 - Tekstslide

persoonsvorm (pv)
  • staat in het enkelvoud of meervoud, tegenw. of verleden tijd


Je vindt de pv door de zin in een andere tijd te zetten!


Sem loopt door de tuin.

Sem liep door de tuin.

Slide 5 - Tekstslide

enkelvoudige/ samengestelde zin



1 persoonsvorm-> enkelvoudige zin

meer dan 1 persoonsvorm-> samengestelde zin

Slide 6 - Tekstslide

Zinsdeelproef
Een zin kun je verdelen in zinsdelen. Dit doe je niet zomaar op je gevoel, maar met de zinsdeelproef!

Slide 7 - Tekstslide

Zinsdeelproef
Wat kun je allemaal voor de pv zetten?
  • Mandy wacht op haar moeder.
Op haar moeder  | wacht |Mandy.

  • Morgen koop ik een nieuwe smartphone.
Ik | koop | morgen | een nieuwe smartphone.
een nieuwe smartphone | koop | ik | morgen

Slide 8 - Tekstslide

Instructie: zinsdelen benoemen
1. Zoek de persoonsvorm.
2. Verdeel de zin in zinsdelen. Zinsdelen vind je met de zinsdeelproef: alles wat voor de persoonsvorm staat of kan staan, is één zinsdeel.
3. Zoek het werkwoordelijk gezegde (= PV + andere werkwoorden).
4. Zoek het onderwerp (= wie/wat + WG).

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Video

Vind in de volgende zinnen het onderwerp ...

Slide 12 - Tekstslide

De hond blafte tegen zijn baas

Slide 13 - Open vraag

Ik koos een heerlijk menuutje uit.

Slide 14 - Open vraag

Sprong Robin van die superhoge duikplank af?

Slide 15 - Open vraag

De pen lag al een poosje op de tafel.

Slide 16 - Open vraag

De doorn prikte in zijn been.

Slide 17 - Open vraag

Gaf zij moeder een dikke kus?

Slide 18 - Open vraag

Plotseling kwamen de rovers uit de struiken tevoorschijn.

Slide 19 - Open vraag

Beheers je de lesdoelen? Zo niet: wat vind je nog lastig?

Slide 20 - Open vraag