Herhaling H3 - bb3

Hoe goed ken je H3 ?
😒🙁😐🙂😃
1 / 17
volgende
Slide 1: Poll
Natuurkunde / ScheikundeMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 3

In deze les zitten 17 slides, met interactieve quiz en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Hoe goed ken je H3 ?
😒🙁😐🙂😃

Slide 1 - Poll

Belangrijk uit 3.1
Warmtebron: voorwerp dat warmte levert
Chemische warmtebron: verbrand een brandstof
Elektrische warmtebron: gebruikt stroom

Slide 2 - Tekstslide

Belangrijk uit 3.1
Grootheid = Temperatuur; Eenheid = Graden Celsius (°C) of Kelvin (K)
Absolute nulpunt = -273 °C of 0 K

Omrekenen eenheden:
Graden Celsius (°C) + 273 = Kelvin (K)
Kelvin (K) - 273 = Graden Celsius (°C)

Slide 3 - Tekstslide

Belangrijk uit 3.1
Omrekenen eenheden:
Graden Celsius (°C) + 273 = Kelvin (K)    ->    20 °C + 273 = 293 K
Kelvin (K) - 273 = Graden Celsius (°C)    ->    293 K - 273 = 20 °C

Slide 4 - Tekstslide

Belangrijk uit 3.1
Bimetaal thermometer: met wijzer, bimetaal wordt warm 
en zet uit.
Vloeistofthermometer: reservoir met vloeistof, zet uit 
in stijgbuis lang een schaalverdeling.
Digitale thermometer: met display, werk met 
temperatuursensor.

Slide 5 - Tekstslide

Belangrijk uit 3.1
Warmte en temperatuur zijn NIET hetzelfde

Warmte = soort energie, voeg je toe om temperatuur te laten stijgen
Temperatuur = grootheid, kun je meten. 

Slide 6 - Tekstslide

Belangrijk uit 3.2
Warmte verplaatst van een hoge temperatuur naar een lage temperatuur

Soorten Warmtetransport = Geleiding, Stroming en Straling

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Belangrijk uit 3.2
Geleiding = warmtetransport door aanraking (doorgeven)
Stroming = warmtetransport door bewegende vloeistof of 
gas (stromen)

Straling = warmtetransport zonder tussenstof (geen stromen of aanraking)

Slide 9 - Tekstslide

Belangrijk uit 3.2
Isolator = Een stof die warmte slecht doorlaat 
(hout, kunststof enz.)

Geleider = Een stof die warmte goed doorlaat
(metalen enz.)

Slide 10 - Tekstslide

Belangrijk uit 3.3
Warmteverlies: warmte dat verloren gaat aan de omgeving
Warmteproductie: warmte dat geproduceerd (gemaakt) wordt

warmteverlies -> is gelijk aan -> warmteproductie = dezelfde temperatuur
warmteverlies -> groter dan -> warmteproductie = temperatuur daalt
warmteverlies -> kleiner dan -> warmte productie = temperatuur stijging

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Belangrijk uit 3.3
Isoleren: maatregelen om warmtetransport tegen te gaan

Geleiding tegengaan: stilstaande lucht / vacuum, of isolator gebruiken 
Stroming tegengaan: stilstaande lucht / vacuum 
Straling tegengaan: glimmend oppervlakte (zo als aluminiumfolie) 

Slide 13 - Tekstslide

Belangrijk uit 3.3
Isoleren huizen = Warmteverlies tegengaan door:
- dubbele ramen (stilstaande lucht) -> voorkom geleiding
- kieren en gaten afdichten -> voorkom stroming
- glimmende materialen in spouwmuren -> voorkom straling

Slide 14 - Tekstslide

Belangrijk uit 3.4
Fossiele brandstoffen: aardolie, aardgas en steenkool
Reactieschema: kort chemische reactie opschrijven
Chemische reactie: beginstoffen verdwijnen, reactieproducten ontstaan
Beginstoffen: stoffen aan het begin van een reactie (verdwijnen)
Reactieproducten: stoffen aan het einde van een reactie (ontstaan)

Slide 15 - Tekstslide

Belangrijk uit 3.4
Volledige verbranding (van aardgas):
aardgas + zuurstof -> koolstofdioxide (CO2) + waterdamp
Onvolledige verbranding (van aardgas)
aardgas + zuurstof -> koolstofdioxide (CO2) + waterdamp
+ koolstofmonoxide (CO) + Roet

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide