Kennisquiz
Wanneer je gaat koken doe je een ....... schort voor
A
Paars
B
Groen
C
Blauw
D
Zwart
1 / 23
Lesduur is: 30 minOnderdelen in deze les
Wanneer je gaat koken doe je een ....... schort voor
A
Paars
B
Groen
C
Blauw
D
Zwart
Slide 1 - Quizvraag
Wanneer je een praktijkles hebt, dus in de keuken gaat werken heb je?
A
Een korte broek aan
B
Lange mouwen
C
Sieraden om
D
Geen nepnagels of nagellak op
Slide 2 - Quizvraag
Waar ligt je recept?
A
Op de hoge tafel
B
Achter het fornuis
C
Op het middelste werkblad
D
In de gootsteen
Slide 3 - Quizvraag
Wanneer je werkplekassistent bent doe je een ...... schort voor
A
Paars
B
Blauw
C
Groen
D
Zwart
Slide 4 - Quizvraag
Wanneer je een klassenassistent bent doe je een ...... schort voor
A
Zwart
B
Paars
C
Blauw
D
Groen
Slide 5 - Quizvraag
Wanneer je start met koken begin je met?
A
Doeken pakken
B
Het recept lezen
C
Handen wassen
D
Het werkblad schoonmaken
Slide 6 - Quizvraag
Wat is een droogdoek?
A
Het kleine doekje blauw, grijs, roze of paars
B
De doek die wat stugger aanvoelt, meestal blauw of roze
C
De doek van katoen meestal met blokjes
Slide 7 - Quizvraag
Een droogdoek gebruik je om......?
A
Je handen mee te drogen
B
De vaat mee af te drogen
C
Het werkblad mee af te nemen
Slide 8 - Quizvraag
Een vaatdoekje gebruik je om...?
A
De handen te drogen
B
Het werkblad mee schoon te maken
C
De vaat mee te drogen
Slide 9 - Quizvraag
Een handdoek gebruik je..?
A
Om het werkblad schoon te maken
B
De handen te drogen
C
De vaat mee te drogen
Slide 10 - Quizvraag
De groene bak met ingrediënten plaats je....?
A
Achter het fornuis
B
Naast het fornuis op het middelste werkblad
C
Op de hoge tafel
Slide 11 - Quizvraag
Wanneer je bijvoorbeeld een tomaat moet delen met je kookmaatje dan....?
A
Snijd je kookmaatje de tomaat voor jou in stukjes
B
Je snijdt de tomaat door de helft en geeft dit aan je kookmaatje
C
Je snijdt de tomaat in stukjes en geeft je kookmaatje zijn/haar deel
Slide 12 - Quizvraag
Waarvoor gebruik je het gele snijplankje?
A
Kip
B
Vlees
C
Brood
D
Ei
Slide 13 - Quizvraag
Waarvoor gebruik je het rode snijplankje?
A
Vlees
B
Kip
C
Groente
D
Vis
Slide 14 - Quizvraag
Waarvoor gebruik je het witte snijplankje
A
Ei
B
Kaas
C
Brood
D
Vlees
Slide 15 - Quizvraag
Waarvoor gebruik je het groene snijplankje?
A
Groente & Fruit
B
Brood
C
Vlees
D
ei
Slide 16 - Quizvraag
Waarvoor gebruik je het blauwe snijplankje?
A
Brood
B
Vis
C
Ei
D
Groente en Fruit
Slide 17 - Quizvraag
Wanneer je gerecht klaar is
A
Zet je dit achter het fornuis
B
Begin je met eten
C
Spoel je de vaat af en zet je de vaat in de juist volgorde
D
Vraag je de docent of je kunt afwassen
Slide 18 - Quizvraag
Als je een vraag hebt onder het koken?
A
Dan roep je naar de docent
B
Dan loop je door je eigen keuken naar de docent
C
Dan overleg je met je kookmaatje
D
Dan overleg je met een andere keuken
Slide 19 - Quizvraag
1
2
3
4
5
Zet in de juiste volgorde:
Wanneer je klaar bent met eten:
Placemat schoonmaken
Afwassen en afdrogen
Docent/WPA vragen controle vaat
Afwas opruimen
Handen wassen
Slide 20 - Sleepvraag
Wanneer je afwast zet je de materialen in het afdruiprekje. Hoe zet je het prullenbakje in het afdruiprek?
A
Op de kop
B
Op de zijkant
C
Staand
D
Naast het afduiprekje
Slide 21 - Quizvraag
De afwasvolgorde
A
Bestek-Glas-Bord-Pan
B
Glas-Pan-Bord-Bestek
C
Glas-Bord-Bestek-Pan
D
Glas-Bestek-Bord-Pan
Slide 22 - Quizvraag
De gootsteen droog je na met een?
A
Droogdoek
B
Handdoek
C
Vaatdoek
D
Servet
