MODETH M5 les 2 Beenderen WKOST

Les 2 BEENDERSTELSEL
Module 5 Gezichtsmassage 

1 / 41
volgende
Slide 1: Tekstslide
SchoonheidsverzorgingMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 41 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 135 min

Introductie

Eerste les van de module harsen gezicht en lichaam.

Instructies

De student gaat veel zelfstandig de lesstof herhalen.

Onderdelen in deze les

Les 2 BEENDERSTELSEL
Module 5 Gezichtsmassage 

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vandaag
Herhalen massagegrepen

Nieuwe lesstof
  • Functie beenderstelsel
  • Beensoorten
  • Beenvergroeiingen
  • Botten hersenschedel


Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen
  • De student kent de functies van het beenderstelsel.
  • De student kent de beensoorten 
  • De student kent de beenvergroeiingen van de schedel.
  • De student kent de botten van het hersenschedel en schedelbasis.


Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welke massagegrepen ken je nog?

Slide 4 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Waar horen de mechanische effecten van de massage bij?
A
Directe effecten
B
Indirecte effecten
C
Secundaire effecten
D
Reflectorische effecten

Slide 5 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Tijdens de massage zie je een vlekkerige
roodheid ontstaan.
Welk weefselhormoon zorgt voor deze roodheid?
A
Acetylcholine
B
Histamine

Slide 6 - Quizvraag

Histamine zorgt voor een vlekkerige roodheid. 
Acetylcholine zorgt voor een egale roodheid. 
Waar richt een klassieke massage zich vooral op?
A
De gevoeligheid van de huid
B
Verbetering van de huidfuncties
C
Hydratatie van de huid
D
Het voeden van de huid

Slide 7 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Het loslaten van dode opperhuidcellen behoort tot de primaire / directe effecten van een massage?
A
Waar
B
Niet waar

Slide 8 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Het vrijkomen van de weefselhormonen acetylcholine en histamine behoren tot het indirecte biochemische effect van een massage?
A
Waar
B
Niet waar

Slide 9 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Schema massage

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Herhaling beenweefsel

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Beenweefsel

Slide 12 - Woordweb

Wat vind jij belangrijk als jij jouw wenkbrauwen doet, of als deze gedaan worden?
Hoe heet het binnenste van het bot?
A
compact botweefsel
B
sponsachtig botweefsel
C
beenvlies

Slide 13 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

4
Beenvlies
Compact bot
Spongieus bot
Merg

Slide 14 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Beensoorten
Compact bot is de hardere buitenste schil van het bot.

Spongieus bot is de binnenste poreuze, minder dichte lagen van het bot.

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Uitleg beenderstelsel

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 17 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 18 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Opdracht
Ga naar opdrachten in teams.

MODETH M5 Les 2 opdracht beenderen
timer
15:00

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Nabespreken
Komt de spinner op jou naam, dan noem je de vraag en het antwoord. 

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Uitleg hersenschedel

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 22 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Schedel 
Wist jij dat de schedel uit de hersenschedel en de aangezichtsschedel bestaat? De hersenschedel is een beschermende kap om de hersenen. De aangezichtsschedel geeft vorm en steun aan het gelaat

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hersenschedel
Functie 
- beschermen hersenen

Verbonden met elkaar door naadverbindingen (zijn ontstaan uit fontanellen).

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hersenschedel
- Hersen liggen in schedelholte en wordt omringt door hersenschedel. 

- Bovenste deel -> schedeldak 
- Onderste deel -> schedelbasis 

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


SCHEDELDAK

Voorhoofdsbeen
Wandbeenderen
Achterhoofdsbeen
Slaapbeenderen



SCHEDELBASIS

Zeefbeen 
Wiggebeen
Rotsbeen
Onderste gedeelte achterhoofdbeen

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Voorhoofdsbeen
Vormt:
- voorhoofd
- bovenzijde oogkassen
- bovengedeelte neusholte 
- onderzijde schedelholte




Slide 27 - Tekstslide

Het voorhoofdsbeen (os frontale) is een plat, gebogen beenstuk aan de voorkant en bovenkant van de schedel. Het vormt:
  • het voorhoofd
  • de bovenzijde van de oogkassen
  • het bovenste gedeelte van de neusholte
  • de onderzijde van de schedelholte
Vlak boven de oogkassen zitten openingen waar bloedvaten en zenuwen door naar buiten lopen. Aan beide zijden van de neus liggen de voorhoofdsholten. Deze staan in verbinding met de neusholte.
Voorhoofdsbeen
- Opening voor bloedvaten en zenuwen vlak boven de oogkassen.

- Voorhoofdholte aan weerszijden boven de neus. 


Slide 28 - Tekstslide

Het voorhoofdsbeen (os frontale) is een plat, gebogen beenstuk aan de voorkant en bovenkant van de schedel. Het vormt:
  • het voorhoofd
  • de bovenzijde van de oogkassen
  • het bovenste gedeelte van de neusholte
  • de onderzijde van de schedelholte
Vlak boven de oogkassen zitten openingen waar bloedvaten en zenuwen door naar buiten lopen. Aan beide zijden van de neus liggen de voorhoofdsholten. Deze staan in verbinding met de neusholte.
Achterhoofdsbeen
Onderkant schedel 

Achterhoofdsgat voor bloedvaten en zenuwen.

Vormt verbinding tussen hersenholte en ruggenmergholte.

Grenst aan:
  • Wandbeenderen
  • Slaapbeenderen




Slide 29 - Tekstslide

Het achterhoofdsbeen (os occipitale) vormt de achterkant en de onderkant van de schedel. Onderaan zit een ovale opening: het achterhoofdsgat. Hier lopen zenuwen en bloedvaten doorheen. Het achterhoofdsgat vormt de verbinding tussen de hersenholte en de ruggenmergholte.
Samen met de atlas (bovenste halswervel) vormt het achterhoofdsbeen een eigewricht. Aan beide kanten van het achterhoofdsgat ligt een gewrichtsknobbel. Die knobbels passen precies in de gewrichtskommen van de bovenste halswervel (de atlas). Hierdoor kun je ja knikken. 
Wandbeenderen
Aan weerszijden van de hersenschedel.

Grenzen aan:
- Voorhoofdsbeen
- Achterhoofdsbeen
- Slaapbeenderen
- Wiggebeen


Slide 30 - Tekstslide

Het wandbeen (os parietale) is een plat, gebogen beenstuk. Er zijn twee wandbeenderen: aan beide zijden van het schedeldak één. 
Slaapbeenderen
4 onderdelen:
- Schelp -> uitwendige oorschelp en  gewrichtskom van de onderkaak.
- Rotsbeen -> vormt deel schedelbasi
- Tepelvormig uitsteeksel -> onder en achter de oorschelp
- Jukbeen -> uitsteeksel. Vormt met slaapuitsteeksel van jukbeen de jukboog. 


Slide 31 - Tekstslide

De slaapbeenderen (os temporale) liggen aan weerszijden van de hersenschedel. Het slaapbeen bestaat uit verschillende delen:
De schelp: een licht gebogen plaat waarin onder andere de gewrichtskom voor de onderkaak zit en de uitwendige ooropening met een deel van de gehoorgang.
Het tepelvormig uitsteeksel, onder en achter de oorschelp. Hier is de borstbeen-sleutelbeen-tepelspier aan gehecht. Het uitsteeksel heeft een functie bij het buigen van het hoofd en het openen van de mond met de onderkaak.
Het jukbeenuitsteeksel is een naar achteren gericht uitsteeksel van het slaapbeen. Samen met het slaapuitseeksel (van het jukbeen) vormt het de jukboog.
Het rotsbeen dat naar binnen uitsteekt en een deel van de schedelbasis vormt. Hierin liggen het inwendige gehoororgaan en het evenwichtsorgaan.
Slaapbeenderen
Grenzen aan:
- Wandbeenderen
- Achterhoofdsbeen
- Wiggebeen
- Jukbeenderen

Slide 32 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 33 - Link

Deze slide heeft geen instructies

Wiggebeen
- Horizontaal door schedel
- Vormt achterwand oogkassen met voorhoofdbeen
- Turks zadel -> hypofyse (hersenaanhangsel) 

Grenst aan:
- Voorhoofdsbeen, slaapbeenderen, zeefbeen en wandbeenderen




Slide 34 - Tekstslide

Het wiggebeen (os spenoidale) loopt horizontaal door de schedel en vormt het grootste deel van de schedelbasis. Samen met het voorhoofdsbeen vormt het wiggebeen de achterwanden van de oogkassen. In het midden van het wiggebeen zit een uitholling. Dit is het Turks zadel, waarin de hypofyse (het hersenaanhangsel) ligt.
Zeefbeen
- Vormt het dak van de neusholte
- Binnenzijwanden van de oogkassen
- Veel openingen voor bloedvaten en reukzenuwen. 


Grenst aan -> wiggebeen en voorhoofdsbeen


Slide 35 - Tekstslide

Het zeefbeen (os ethmoidale) is gevestigd in de schedelbasis en is een horizontaal plaatje met twee zijstukken. Het plaatje vormt het dak van de neusholte. De zijstukken vormen voor een deel de binnenzijde van de oogkassen.
Het zeefbeen dankt zijn naam aan de vele openingen in het bot. Hier lopen bloedvaten en reukzenuwen doorheen.
Opdracht 
Lees beauty level HF 2.2

Maak in beauty level online
Blok schedel
Les hersenschedel 

timer
15:00

Slide 36 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Opdracht
Ga naar opdrachten in teams

MODETH M5 les 2 hersenschedel

Slide 37 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen
  • De student kent de functies van het beenderstelsel.
  • De student kent de beensoorten 
  • De student kent de beenvergroeiingen.
  • De student kent de botten van het hersenschedel.


Slide 38 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welke functies heeft het beenderstelsel?

Slide 39 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke botten weet je nog van het hersenschedel?

Slide 40 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoe kijk je terug op deze les?
😒🙁😐🙂😃

Slide 41 - Poll

Deze slide heeft geen instructies