Les 10.2 - leerdoel 1

Les 10.2
§3.2 Deeltjesmodel
Lesplanning:
  1. Uitleg rekenen met luchtdruk
  2. Werken aan leerdoel 1
  3. Demo luchtdruk + voorbeeldopgave
  4. Afronden leerdoel 1
1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
NatuurkundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 80 min

Onderdelen in deze les

Les 10.2
§3.2 Deeltjesmodel
Lesplanning:
  1. Uitleg rekenen met luchtdruk
  2. Werken aan leerdoel 1
  3. Demo luchtdruk + voorbeeldopgave
  4. Afronden leerdoel 1

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lesdoel
Aan het einde van de les 
kan je de algemene gaswet toepassen.

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leg uit waarom een luchtballon opstijgt wanneer de 'chauffeur' de brander aanzet.

Slide 3 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Drukwet van Gay - Lussac
  • -273 ⁰C is het absolute nulpunt.
  • p / T = constant
  • De constante is verschillend voor verschillende stoffen, de wet is nog niet compleet.

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De wet van Boyle
  • p * V = constant
  • De constante is verschillend voor verschillende stoffen.

Slide 5 - Tekstslide

DEMO vacuümpomp spekje/ballon
Toestel wet van Boyle

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De algemene gaswet
1 mol is een hoeveelheid stof die 6,022 • 10²³ moleculen bevat. 

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Ik heb een spuit en water op
kamertemperatuur. Hoe kan ik
dit water aan de kook brengen?

Slide 9 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Voorbeeldopgave - demonstratie

Bereken hoever je de zuiger uit moet schuiven om het water aan de kook te brengen als:
  • Het water een temperatuur van 45 ⁰C heeft. Waardoor het water kookt dan bij een luchtdruk van 0,1 bar (= 0,1 *10⁵ Pa). 
  • De luchtdruk in het lokaal 1,01 bar (=1,01*10⁵ Pa) is. 
  • De zuiger een oppervlakte van 2,0 cm² heeft.
  • Het volume lucht in de zuiger is aan het begin 1,5 cm³ .


TpV=nR

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Voorbeeldopgave 2 - Je mag ook al starten met leerdoel 1


Van een injectiespuit is de naald verwijderd. De ontstane opening is met een dopje afgesloten. In de spuit bevindt zich 16 cm³ lucht met een temperatuur van 18 °C. De druk van de buitenlucht is 1,01 bar. De massa van het zuigertje is te verwaarlozen. Het zuigertje kan zonder wrijving bewegen.
De spuit wordt in een bekerglas met warm water gehangen, waardoor de spuit een temperatuur van 53 °C krijgt. Daarbij wordt met behulp van spierkracht het zuigertje op zijn plaats gehouden, zodat het volume van de afgesloten lucht niet verandert.
A. Bereken de nieuwe luchtdruk in de spuit. 
B. Het zuigertje heeft een oppervlakte van 2,0 cm³. Bereken de kracht die je op het zuigertje uit moet oefenen.

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


Situatie 1 
V = 16 cm³ 
T = 18 ⁰C
p = 1,01 bar

Situatie 2
T = 53 ⁰C
V = 16 cm³
p = ? 
F = ?


TpV=nR

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aan de slag
met leerdoel 1 
volgens de studiewijzer
HW voor de volgende les: afronden leerdoel 1
timer
25:00

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wanneer is de gasfles leeg?
Lesplanning
  1. Voorkennis opfrissen
  2. Uitleg luchtdruk
  3. Zelfstandig werken
    - leerdoel 1
    - afronden biofysica 
De lucht komt alleen maar uit de duikfles zolang de druk hoger is dan de druk van het water waarin de duiker zich bevindt. Hoe dieper, hoe hoger de druk, hoe minder de gasstroom uit de fles.

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 17 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Voorbeeldopgave
Een hete luchtballon wordt met behulp van een grote ventilator gevuld met 2700 m³ lucht. Vlakvoor het opstijgen wordt de lucht in de ballon verwarmd met een grote gasbrander. Door het verwarmen ontsnapt een deel van de lucht uit de ballon. Als er 572 kg lucht is ontsnapt, is de luchtballon licht genoeg dat de ballon begint op te stijgen. Op de betreffende dag was de buitentemperatuur is 25. De dichtheid van lucht is in dat geval 1,18 kg/m³ . Tot welke temperatuur moet de lucht in de ballon worden verwarmd voordat deze opstijgt? Gebruik hiervoor dat een mol lucht een massa heeft van 29 gram. De druk blijft tijdens het verwarmen
gelijk.

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Situatie 1
V = 2700 m³ 
T = 25 ⁰C
ρ_lucht = 1,18 kg/m³ 

Situatie 2
V = 2700 m³
Δ m = 572 kg
T = ? 

1 mol lucht = 29 g
p & V zijn constant

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Afronden leerdoel 1 
Klaar: bekijk de video over warmte. Start vervolgens met
leerdoel 2

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies