Lesson January 21

Unit 3 New York
1 / 31
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

In deze les zitten 31 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Unit 3 New York

Slide 1 - Tekstslide

NY is also called The Big Apple.
In 1625 the Dutch built a fort on the coast of America : Fort Amsterdam. In 1653 it became a city : New Amsterdam. That lasted only a short time: in 1664 it became New York, when the English occupied it after the war.
There are still Dutch names and words in New York : Harlem, Brooklyn, Staten Island, Bleecker Street, Wall Street, Yonkers , to name a few. 

Today
HW unit 3 lesson 2  ex  1, 2, 3, 4
Study  words  on page 127

- exercise comparisons
- read novel

HW for Monday: do unit 3 lesson 2 ex 8 + 10 
Study pages 127 + 128 grammar

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

EXTRA! EXTRA! 
How's your travel vocabulary? Drag and drop!
dangerous
ferry
scary
subway
cheap
travel
goedkoop
gevaarlijk
reizen
metro
eng
veerboot

Slide 4 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Words page 127

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Comparisons

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

1. My cooking can be bad, but Peter's cooking is ...
A
worse
B
badder
C
worst

Slide 7 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

2. This route is ... the one I had in mind.
A
longer than
B
longest then
C
more long than
D
more longest then

Slide 8 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

3. It's becoming ... to find good football players.
A
most difficult
B
difficulter
C
more difficult
D
more difficulter

Slide 9 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

4. I think Susan is .... girl I know.
A
the nicer
B
more nicer
C
the nice
D
the nicest

Slide 10 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

5. My job isn't very interesting. I would like to do something ...
A
most interesting
B
more interesting

Slide 11 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

6. It is not very cold today. It was ... yesterday.
A
more colder
B
most cold
C
coldest
D
colder

Slide 12 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

7. My schoolbag is heavy, but yours is... .

Slide 13 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

8. My plan is very good, but your plan is .... I have ever seen.

Slide 14 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

9.That chair is not very comfortable. My chair is ... yours.

Slide 15 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies


Let's test your NYC knowledge. 
Do you recognize these landmarks?

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

NYC

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

What is the nickname of New York?
A
The Big Apple
B
The Feast City
C
The Tube
D
The Matrix

Slide 18 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

What is the name of this park?

Slide 19 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

What is the name of this bridge?

Slide 20 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

What is the name of this building?

Slide 21 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

What is the name of this statue?

Slide 22 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

What is the name of this place ?

Slide 23 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Would you like to visit NYC?
Why? (Or why not?)

Slide 24 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Start spreading the
A
jews
B
blews
C
news
D
cruise

Slide 25 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Theses vagabond
A
blues
B
shoes
C
grooves
D
choose

Slide 26 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Like through the very ..... of it
A
part
B
start
C
hard
D
heart

Slide 27 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

I wanna wake up in a city that doesn't
A
sleep
B
steep
C
creap
D
beep

Slide 28 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

, are ..... away
A
smelting
B
getting
C
going
D
melting

Slide 29 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

If i make it there, I can make it
A
everywhere
B
anywhere
C
elsewhere
D
there

Slide 30 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Homework for Monday:
Do unit 3 lesson 2 
ex 8 + 10 
Study pages 127 + 128 grammar

Slide 31 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies