H8.1 Waarom de grens over?

H8: Over de grens

§8.1 Waarom de grens over?
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

H8: Over de grens

§8.1 Waarom de grens over?

Slide 1 - Tekstslide

Planning
Voorkennis ophalen 
Uitleg §8.1
Zelfstandig werken §8.1 
Afsluiting 

Slide 2 - Tekstslide

De geldsoort van een ander land noem je …(1)… . 
De landen in de …(2)… hebben de euro als wettig betaalmiddel. 
De …(3)… geeft aan hoeveel vreemd geld je betaalt of ontvangt voor één euro.
1
2
3
EU
eurozone
Vreemde valuta
Wisselkoers

Slide 3 - Sleepvraag

Binnen de eurozone heb je te maken met invoerrechten
A
Juist
B
Onjuist

Slide 4 - Quizvraag

Wat is de eurozone?
A
Alle landen in Europa
B
Alle landen in de Europese Unie
C
Alle landen die betalen met de euro
D
Nederland, België en Luxemburg

Slide 5 - Quizvraag

Doelen
Je leert vandaag:
  • Waarom Nederland producten importeert.
  • Waarom Nederland producten exporteert.
  • Hoe je de omvang van de internationale handel bepaalt.
  • Hoe je bepaalt of internationale handel belangrijk is voor een land.

Slide 6 - Tekstslide

Import en export
EXPORT
IMPORT

Slide 7 - Tekstslide

Import redenen
  • Ons klimaat is niet geschikt voor bepaalde landbouwproducten
  •  Bepaalde grondstoffen komen hier niet voor
  • Buitenlandse producten zijn goedkoper
  • Nederlandse consumenten willen een ruimere keuze aan producten.

Slide 8 - Tekstslide

Export
Export (uitvoer) = het verkopen van producten of diensten aan het buitenland.

Door export moet er meer geproduceerd worden en daardoor zijn er ook meer banen.


Slide 9 - Tekstslide

Wederuitvoer
Nederland voert ook producten in, die vervolgens onbewerkt worden doorverkocht aan het buitenland, dit heet doorvoerhandel of wederuitvoer.


opgave 2, 3, 6

Slide 10 - Tekstslide

Invoer- en uitvoerwaarde 
Uitvoerwaarde: Het bedrag dat Nederland verdient aan export.

Invoerwaarde:  Het bedrag dat Nederland betaalt om te importeren. 

Slide 11 - Tekstslide

In- en uitvoerwaarde

Slide 12 - Tekstslide

Situatie van de balans
Hogere invoerwaarde dan uitvoerwaarde
Hogere uitvoerwaarde dan invoerwaarde
Handelsoverschot
Handelstekort
evenwicht

Slide 13 - Tekstslide

Belang van internationale handel
Alle inkomens in een land, vormen samen het nationaal inkomen. 

Nederland heeft een open economie. Dat wil zeggen dat er veel handel is met andere landen.  Landen die dit niet doen, hebben een gesloten economie




Slide 14 - Tekstslide

Het belang berekenen
Of Nederland naar verhouding veel met het buitenland handelt kun je meten met behulp van de export- en importquote, ook wel export- en importpercentage genoemd. 

Slide 15 - Tekstslide

Hoeveel % komt er binnen/ gaat er weg?
Exportpercentage
  • deel van het nationaal inkomen dat we verdienen met de export. (exportwaarde : nationaal inkomen x 100)

Importpercentage
  • deel van het nationaal inkomen dat we uitgeven aan de import. (importwaarde : nationaal inkomen x 100)
 

Slide 16 - Tekstslide

Bereken de exportpercentages van IJsland en Nederland.

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Link

Begrippen 
  • Import 
  • Export 
  • Wederuitvoer
  • Import- en uitvoerpercentage
  • Import en uitvoerwaarde
  • Open economie
  • Betalingsbalans

Slide 19 - Tekstslide

Doelen
Je leert vandaag:
  • Waarom Nederland producten importeert.
  • Waarom Nederland producten exporteert.
  • Hoe je de omvang van de internationale handel bepaalt.
  • Hoe je bepaalt of internationale handel belangrijk is voor een land.

Slide 20 - Tekstslide

Aan de slag! 
Maak de opdrachten van paragraaf 8.1 op bladzijde 220 t/m 223.

Slide 21 - Tekstslide