3H2 (3H) #5 chp 1 -USA Group presentation, Some, any, every, no + gerunds and infinitives

1 / 37
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 37 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Today's goals
- I know what I have to do for my group presentation.
- I can use compounds with some-, any-, every-, and no- correctly.
- I can use gerunds and infinitives correctly.




At the end of class:

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Agenda
- Lesson goals (2 mins)
- Group presentation - USA conspiracy theories
- Compounds
- Gerunds and infinitives
-Check goals achieved


Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Group presentation rules
  1. 5 minuten spreken per persoon (minimaal 4 en maximaal 6 minuten) (voorwaarde)
  2. Een PowerPoint met daarin trefwoorden. Je praat om de trefwoorden heen, je leest niet van het bord (zet op een USB of e-mail 1 dag van te voren naar jede@zaam.nl)
  3. Je gebruikt beslist GEEN blaadjes of laptops of telefoons om vanaf te lezen (voorwaarde)
  4. Gebruik je in je groepspresentatie een filmpje, dan wel in het Engels, zonder ondertiteling, (Engelse ondertiteling mag wel). Film mag maximum 1 minuut lang zijn. Dit filmpje moet aanvullen wat je hebt verteld. Dus niet vertellen wat jij eigenlijk zou moeten vertellen. 
  5. 2 - 4 personen per groep (minimaal 2 and maximaal 4)
  6. Inschrijven - first come - first served (inschrijf lijst beschikbaar op 19 september). Ruilen van presentatie datums regel jezelf onderling.






Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Group presentation rules
  1. Pluspunten: interactie met het publiek (quiz), agenda, bron vermelding, afbeeldingen etc.
  2. Je wordt individueel beoordeeld. Beoordelingspunten zijn Vocabulary, Grammar, Houding, Kennis van Zaken, Inhoud Presentatie. 
  3. Ben je ziek, je hebt 2 weken de tijd om je presentatie in te halen anders 1.0 in Magister! Je bent verantwoordelijk om achter een nieuwe presentatie dag te gaan (alleen voor lln die ziek is)
  4. Je bent verantwoordelijk voor je eigen gedeelte, dus zorg dat je individuele aandeel apart gepresenteerd kan worden als je ziek bent. Let op: presentaties gaan gewoon door op de afgesproken dag! Niet presenteren zonder valide/acceptable reden en communicatie hierover = 1,0 in Magister.






Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Group presentation
  1. Choose a topic (USA Conspiracy theory) together with your group 
  2. Ask Mrs. van Duffelen to approve the topic (Mevr. van Duffelen keurt onderwerp goed). 
  3. Choose a date from the list for when you will present (inschrijven)
  4. Research your topic and make a PPT with a intro, body and conclusion (onderzoek onderwerp en maak PPT - intro, kern, conclusie)
  5. Practice! Practice! Practice (Oefenen baart kunst)

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Presentation content:
Agenda/Content and who is presenting what/worked on what
Clear intro, body and conclusion
Research questions explained (5 W's and 1H)
Conspiracy theories explained  (5 W's and 1H)
Report of your own findings
Clear opinion about which conspiracy theory makes the most sense
Photos/film/maps/evidence/main players etc.
Timeline
List of resources / references

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

USA Conspiracy theories
Aviation: Black helicopters, Flight crashes (e.g. 9/11)
Outer space: Aliens, Area 51, UFOs
Shootings: School shootings, concerts, hijackings
Mob/Mafia: Don Corleon
Presidents: Obama (Spygate), Bush (Irak war), JFK (assassinations/ attempted assassinations), Trump/Biden (stolen election)
Health: Vaccinations, Corona, Water supply


Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

USA Conspiracy theories
Death of prominent figures: Kurt Cobain, Martin Luther King Jr., Tupac Shakar
Espionage: FBI, CIA
Scandals: Watergate
Ethnicity/race/religion/cults: antisemitism, KKK, Trumpism, Qanon, Illuminati
Wars: Irak, Vietnam
27 club: James Dean, Jimi Hendrix, Janis Joplin
Kidnappings, Natural disasters, Heists (museum, jewellery, bank heists), Films based on true stories, copyright, science



Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 10 - Link

Deze slide heeft geen instructies

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Compounds

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Compounds with some-, any- every- and no-
A compound is when you make one (1) word by joining two (2) whole words together
e.g. some + body = somebody OR any + thing = anything

Exception/uitzondering: No + one is always written as two (2) separate words. i.e. no one

some-, any-, no-, every-
+ -thing
is for things
some-, any-, no-, every-
+ -body / one
is for people
some-, any-, no-, every-
+ -where
is for places

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Gerunds

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat valt je op aan deze zinnen?
(analyse these sentences)
  • Smoking is forbidden in the barbershop.
  • I look forward to seeing you next week.
  • Could you start doing your homework? 
  • That dress isn't worth buying.
  • He started running.


Slide 16 - Tekstslide

  • -ing staat achter sommige woorden
  • Vraag de leerlingen: Welk woord staat er voor? 
Subject - Verb - Object (SVO)
(Onderwerp - WW - Lijdend voorwerp)

Dancing is fun
S              V    O

Although -ing often indicates the "continuous" tense. In the example above "Dancing" is the subject (onderwerp) of the sentence.

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Gerund is a verb form (has the form of a verb) that functions as a noun -ing form.
Is the -ing word a gerund or present participle?

• I enjoy playing the piano. 
• Eating this cake is easy. 
• John owns a dancing bear. 
• Mary goes to dancing classes. 
• My neighbour is a walking disaster. 
• My grandfather has a walking stick. 
• I was struck by the force of the turning wheel. 
• I guess we have reached a turning point. 




Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Gerund is a verb form (has the form of a verb) that functions as a noun -ing form.
Is the -ing word a gerund or present participle?

• I enjoy playing the piano. (gerund)
• Eating this cake is easy. (gerund)
• John owns a dancing bear. (present participle)
• Mary goes to dancing classes. (gerund)
• My neighbour is a walking disaster. (present participle)
• My grandfather has a walking stick. (gerund)
• I was struck by the force of the turning wheel. (present participle)
• I guess we have reached a turning point. (gerund)




Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Gerund
Je gebruikt de '-ing vorm' als een soort zelfstandig naamwoord:

 1. Als het onderwerp van de zin.
Example: Biking in the mall is forbidden. 

2. Na voorzetsels. (kastwoorden)
Example: She's fond of cycling.

3. Na werkwoorden die zeggen hoe je iets vindt. (like, love, hate, enjoy, etc.)
Example: I love going to the movies. 

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


Thanks for inviting me to the party!
A
Onderwerp
B
Werkwoorden (die zeggen hoe je iets vindt)
C
Voorzetsels

Slide 21 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies


Smoking is forbidden in this school.
A
Onderwerp
B
Werkwoorden (die zeggen hoe je iets vindt)
C
Voorzetsels

Slide 22 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Gerund
Je gebruikt de '-ing vorm' ook als een soort zelfstandig naamwoord:

1. Na werkwoorden die 'begin', 'einde', of 'doorgaan' aangeven. (start, begin, finish, go on, etc.)
Example: Everybody had finished writing

2. Na een aantal andere werkwoorden. (delay, postpone, put off, imagine, consider, avoid, etc) 
Example: I put off learning vocabulary for a whole week.

3. Na een aantal uitdrukkingen. (it's no good, it's no use, it's worth, can't help, to be busy, etc)
Example: She can't help singing all day long. 

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


It's worth trying to sell it.
A
Werkwoorden (begin, einde, doorgaan)
B
Uitdrukkingen
C
Andere werkwoorden

Slide 24 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies


Everybody had finished speaking.
A
Werkwoorden (begin, einde, doorgaan)
B
Uitdrukkingen
C
Andere werkwoorden

Slide 25 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Uitzondering
Na onderstaande werkwoorden kan je ook het hele werkwoord met 'to' gebruiken.
  1. Start
  2. Begin
  3. Continue 
  4. Like
  5. Love
  6. Hate
  7. Prefer

Bijvoorbeeld: I hate getting up early / I hate to get up early. (de betekenis is hetzelfde)

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

That make-up product isn't worth ... (buy)

Slide 27 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies


I love ... (go) out to restaurants.

Slide 28 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

When do we use gerunds?
We use gerunds (verb + ing):   

- After certain verbs (love, hate, enjoy, like)
- I enjoy singing
- After prepositions (after, before) 
- I drank a cup of coffee before leaving
- As the subject or object of a sentence 
- Swimming is good exercise


Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Infinitive (with "to")

Slide 30 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Infinitive (with “to”)

to infinitive = accompanied by the particle to (I’d like to walk, to run, to speak, to go).   We use 'to' + infinitive:
- After certain verbs 
- We decided to leave
- After many adjectives 
- It's difficult to get up early 
- I came to London to study English




Slide 31 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bare Infinitive (without “to”)

bare infinitive = the form without the particle to; used with auxiliary verbs

we can do, will go, should speak



Slide 32 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

We use the bare infinitive (the infinitive without 'to'):

- After modal verbs - I can meet you at six o'clock
- After 'let', 'make' and (sometimes) 'help' - The teacher let us leave early
- After some verbs of perception (see, watch, hear, notice, feel, sense) - I watched her walk away
- After expressions with 'why' - why go out the night before an exam?



Slide 33 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

In class work
 Complete ex. 27 & 28 on p. 54-55 (compounds)

Then complete ex. 29 & 30 on p. 56-57 (gerunds and to + infinitive)

If not finished in class, this is homework



Slide 34 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Goals achieved?
- I can use compounds with some-, any-, every-, and no- correctly.
- I can use gerunds and infinitives correctly.


At the end of class:

Slide 35 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

If not finished complete as homework

 ex. 27 & 28 on p. 54-55 (compounds)
ex. 29 & 30 on p. 56-57 (gerunds and to + infinitive)

Slide 36 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 37 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies