2.4 Het Lötschental. V
1 / 11
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
Sleep de onderdelen naar de juiste plek in de afbeelding.
Droog
Verdamping
Nat
Stijgingsregen
Droge lucht
Slide 3 - Sleepvraag
Waar liggen de tropen ook alweer?
tussen...
tussen...
A
10°N.B. en 10°Z.B.
B
13,5°N.B. en 13,5°Z.B.
C
17°N.B. en 17°Z.B.
D
23,5°N.B. en 23,5°Z.B.
Slide 4 - Quizvraag
Waarom is het koud op de noordpool?
A
De zonnestralen vallen schuin in en verwarmen een groot oppervlak
B
De zonnestralen vallen loodrecht, verwarmen een klein oppervlak
C
De zonnestralen leggen een lange weg af naar de polen
D
Ze zonnestralen leggen een korte weg af naar de polen
Slide 5 - Quizvraag
hoe herken je de taiga?
Slide 6 - Open vraag
De boomgrens is...
A
10 graden in de zomer
B
10 graden in de winter
C
0 graden in de zomer
D
0 graden in de winter
Slide 7 - Quizvraag
De inuit wonen op Groenland aan de kust
A
goed
B
fout
Slide 8 - Quizvraag
Permafrost is blijvend bevroren ondergrond.
A
goed
B
fout
Slide 9 - Quizvraag
Hoe heet en hoe hoog is de hoogste berg in Europa?
Slide 10 - Open vraag
Zet de hoogtegordels op de juiste plaats in de tekening.
loofboomgordel
naaldboomgordel
alpenweiden
rotsgordel
eeuwige sneeuw
