20250521 OMGK VIP24 niveau 4 leerjaar 1: blok 4: les 3: sociale interactie in de beroepspraktijk

• Nederlands
• MBO
• Studiejaar 1

VIP24

OMGANGSKUNDE

Drs. David Lindenaar

Docent burgerschap, maatschappijleer en -kunde, Nederlands, LOB en omgangskunde bij de afdelingen:

Zorg en Vavo.

[e-mail]

AFSPRAKEN 

1. Kom op tijd.

2. Neem altijd jouw spullen mee. Je neemt elke les een opgeladen laptop, boek en pen mee.

3. Telefoon in de tas, dopjes uit, smartwatch verbinding uit.

4. Jas uit, tas van tafel en niet eten in de les.

6. Ben je er een les niet? Maak het huiswerk dan thuis. Gebruik de e-mail die ik elke les verstuur.

Planning VIP24

Omgangskunde blok 4

Woensdag 07-05: week 1: opzetten activiteit

Woensdag 14-05: week 2: sociaal netwerk

Woensdag 21-05: week 3: sociale interactie in de beroepspraktijk

Woensdag 28-05: week 4: presenteren en uitvoeren activiteit

Woensdag 04-06: week 5: sociale weerbaarheid en conflicthantering

Woensdag 11-06: Week 6: uitval (geen les) 

Woensdag 18-06: Week 7: reflectieverslag

Woensdag 25-06: Week 8: acteur

Woensdag 02-07: Week 9: acteur

Woensdag 09-07 week 10: reflectieverslag inleveren

Terugblik: 

Les 2: Sociaal netwerk

Week 2: woensdag 14-05: 

Sociale interactie in de beroepspraktijk 

Een sociaal netwerk: 

                Een netwerk van betekenisvolle figuren voor jou. Familie, vrienden en kennissen, 

                collega’s, klasgenoten en bijvoorbeeld buren. 

               Een dergelijk netwerk ontstaat geleidelijk. Het netwerk breidt zich uit en krimpt soms        

               ook weer in. Het is een golfbeweging.

                Sociale netwerken zijn belangrijk voor ons welbevinden. Waarom eigenlijk?

Week 2: woensdag 14-05: 

Sociale interactie in de beroepspraktijk 

               Het is belangrijk dat jij je als professional bezighoudt met sociale netwerken van de          

               zorgvragers.

               Naast informele zorg en steun biedt een netwerk ook het plezier van samen dingen doen.

               Emotionele steun en leidt het tot meer welbevinden, zelfredzaamheid en eigenwaarde

               Jij hebt een signalerende functie  Kan een patiënt worden ontslagen uit het ziekenhuis 

               en wordt hij dan opgevangen?

Week 2: woensdag 14-05: 

Sociale interactie in de beroepspraktijk 

Bekijk elkaars sociale netwerk:

1. Wat kun je hieruit opmaken?
   
2. Zijn er overeenkomsten?
   
3. Zijn er verschillen?
   
4. Kan er iets verbeterd worden in jouw sociale netwerk?
   

Week 2: woensdag 14-05: 

Sociale interactie in de beroepspraktijk 

Voor mensen met een verstandelijke beperking blijft hun netwerk 

vaak beperkt tot hun relatie met professionals, ouders en enkele 

familieleden.

Toch is het hebben van een sociaal netwerk ook voor hen een belangrijke voorwaarde voor een leuk en zinvol leven. Maar juist voor deze groep levert dat vaak problemen op.

Vaak hebben zij problemen met communiceren, ze zijn minder mobiel, hun sociale vaardigheden laten het soms afweten en ze missen het overzicht.

Week 2: woensdag 14-05: 

Sociale interactie in de beroepspraktijk 

                   Kennis & aanpak van sociale vraagstukken (https://www.movisie.nl)

• Ga naar de site en lees de informatie over het versterken van het sociale netwerk. 
  
  
• Beschrijf welke stappen worden ondernomen om een sociaal netwerk van een patiënt te vergroten.
  
  
• Hoe zou jij als verpleegkundige hier een rol in kunnen spelen?
  

Woensdag 21-05: 

Week 3: 

Sociale interactie in de beroepspraktijk

Lesdoel:

Woensdag 21-05: week 3:

Sociale interactie in de beroepspraktijk

Attitude

Uitgangspunten voor de beroepshouding

Werkvorm: Acht aspecten van de beroepshouding

Werkvorm: Situationeel handelen

Werkvorm: Vaardigheden behorend bij de beroepshouding

Woensdag 21-05: week 3:

Sociale interactie in de beroepspraktijk

Opdracht 1: 

• Maak in tweetallen een woordweb over beroepshouding.
• Wat heeft er allemaal te maken met je beroepshouding? Schrijf dit op.

Woensdag 21-05: week 3:

Sociale interactie in de beroepspraktijk

Woensdag 21-05: week 3:

Sociale interactie in de beroepspraktijk

Attitude: een beroepshouding is een professionele houding, waarin je datgene kunt doen wat de situatie vraagt of wat een persoon nodig heeft.

• Houding
  
• Gedrag
  
• Voorkomen
  
• Uiterlijk(e verzorging)
  
• Reflectie

Woensdag 21-05: week 3:

Sociale interactie in de beroepspraktijk

Uitgangspunten voor de beroepshouding 

• Respect
• Empathie (inlevingsvermogen) 
• Echtheid (respecteren van eigen gevoelens en emoties)
• Betrokkenheid (werk en privé gescheiden houden)
• Verantwoordelijkheid 
• Proactief handelen
  
• Geduld

Woensdag 21-05: week 3:

Sociale interactie in de beroepspraktijk

Opdracht 2: In tweetallen maken en de antwoorden bespreken met een ander tweetal.

8 aspecten van de beroepshouding:

1. Communicatieve vaardigheden
   
2. Respect
   
3. Samenwerkingsrelatie
   
4. Zorg verlenen
   
5. Belangen
   
6. Verantwoordelijkheid nemen
   
7. Normen en waarden
   
8. Ethiek
   

Woensdag 21-05: week 3:

Sociale interactie in de beroepspraktijk

Woensdag 21-05: week 3:

Sociale interactie in de beroepspraktijk

Een beroepshouding wordt aan de ene kant bepaald door een set van waarden en regels die bij een beroep passen en anderzijds door je eigen visie en persoonlijkheid.

Woensdag 21-05: week 3:

Sociale interactie in de beroepspraktijk

Opdracht 3: In tweetallen maken en de antwoorden bespreken met een ander tweetal.

Situationeel handelen.

Woensdag 21-05: week 3:

Sociale interactie in de beroepspraktijk

Bekijk het filmpje en beschrijf wat er niet professioneel was aan het handelen van deze arts

Terugblik:

Woensdag 21-05: week 3:

Sociale interactie in de beroepspraktijk

Omgangskunde: les 3: beroepshouding: opdracht 4:

In viertallen maken en bespreken. 

Vaardigheden behorend bij de beroepshouding.

Terugblik:

Woensdag 21-05: week 3:

Sociale interactie in de beroepspraktijk

Attitude

Uitgangspunten voor de beroepshouding

Werkvorm: Acht aspecten van de beroepshouding

Werkvorm: Situationeel handelen

Werkvorm: Vaardigheden behorend bij de beroepshouding