Unit 3 New York 21 January

Weerstand
Jij woont in Nederland waar je mag denken en geloven wat je wilt. Dat is ons recht. In andere landen ligt dat soms veel moeilijker. Je kunt weerstand ervaren door je geloof of door je politieke overtuiging.
1 / 31
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

In deze les zitten 31 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Weerstand
Jij woont in Nederland waar je mag denken en geloven wat je wilt. Dat is ons recht. In andere landen ligt dat soms veel moeilijker. Je kunt weerstand ervaren door je geloof of door je politieke overtuiging.

Slide 1 - Tekstslide

Navalny

Slide 2 - Tekstslide

Navalny
  • Rus
  • Vergiftigd 
  • Vrienden
  • Duitsland
  • Terug naar Rusland
  • Aanhouding
  • Rusland beschouwt hem en zijn ideeën als gevaarlijk.

Slide 3 - Tekstslide

Heb jij een mening, overtuiging die je belangrijk vindt? Of heb je een geloof waar je helemaal voor gaat?

Slide 4 - Open vraag

Zou je bij die mening, overtuiging of dat geloof blijven als je daar veel kritiek en weerstand op zou krijgen? Als je er om vervolgd zou worden?

Slide 5 - Open vraag

   Unit 3
New York

Slide 6 - Tekstslide

Planning 18 January t/m 28 January


  • 21 January 1e les: Quizziz, words Unit 3
                                            (geen cijfer op magister, resultaten wel belangrijk!)
  • 21 January 2e les: Extra instruction/practise grammar and expressions
  • 25 January: Quizziz test, Expressions A t/m F
                                (geen cijfer op magister, resultaten wel belangrijk!)
  • 28 January: Online test, Grammar Unit 3
                               (geen cijfer op magister, resultaten wel belangrijk!)  

Slide 7 - Tekstslide

Today
1st lesson: quizziz
                   lessonup (21 January)

2nd lesson: finish the lessonup.

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Test your grammar knowledge Unit 3
  1. - comparisons
  2. - present continuous 
  3. -present continuous vs present simple 

Slide 10 - Tekstslide

1. Comparisons
In the next couple of slides, fill in the right form of the adjective 
(vergrotende trap / overtreffende trap)

Slide 11 - Tekstslide

The rollercoaster ride was______ (scary) than the ghost house ride

Slide 12 - Open vraag

Riding a bike is the_____(fast) way to travel through the city

Slide 13 - Open vraag

The blue flower is _____ (beautiful) than the red one

Slide 14 - Open vraag

This supermarket was the ____ (good) shop in this street

Slide 15 - Open vraag

My phone is _____ (cheap) than yours

Slide 16 - Open vraag

Extra oefenen met 
trappen van vergelijking?



Slide 17 - Tekstslide

Present continuous 
In the next few slides you will see some incomplete sentences.
Make them complete using the present continuous

Am/is/are + verb + ing 

Slide 18 - Tekstslide

I ______(study) at the moment

Slide 19 - Open vraag

Hey! How ______ (you/do) today?

Slide 20 - Open vraag

Right now, my brother _____ (play) a video game

Slide 21 - Open vraag

At the moment, they_____(build) a skyscraper that's higher than the empire state building

Slide 22 - Open vraag

He _____ (not/live) in Amsterdam right now

Slide 23 - Open vraag

Present continuous vs present simple
In the next couple of slides you will see a couple of incomplete sentences.
Choose between present continuous or present simple.

Look for signal words! 

Slide 24 - Tekstslide

I _____ (work) at the moment
A
work
B
am working

Slide 25 - Quizvraag

_____ (he/eat) rice every day?
A
Does he eat
B
Is he eating

Slide 26 - Quizvraag

you usually _____ (arrive) late
A
arrive
B
are arriving

Slide 27 - Quizvraag

Julie _____ (sleep) now
A
sleeps
B
is sleeping

Slide 28 - Quizvraag

He _____ (play) tennis now
A
plays
B
is playing

Slide 29 - Quizvraag

_____ (he/go) to London often?
A
Does he go
B
Is he going

Slide 30 - Quizvraag

Slide 31 - Tekstslide