H. 10 BREUKEN -vervolg-

Online les
  • welkom 
  • H. 10 stand van zaken 
  • Korte instructie 
  • Testen maken
  • zelfstandig online werken / extra instructie
  • evaluatie
Welke stap ga jij bij wiskunde nemen?
1 / 36
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 1

In deze les zitten 36 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Online les
  • welkom 
  • H. 10 stand van zaken 
  • Korte instructie 
  • Testen maken
  • zelfstandig online werken / extra instructie
  • evaluatie
Welke stap ga jij bij wiskunde nemen?

Slide 1 - Tekstslide

Typ jouw nummer snel in.

Slide 2 - Woordweb

Afspraken wiskunde
Je hebt H.6 afgerond als je minimaal 60% hebt behaald op:

- par. 6.1 + 6.2 + 6.3 + 6.4
- de oefentoets
- de toets (H. 6 + H. 10)

Let op! Persoonlijke vragen na de les. 


Slide 3 - Tekstslide

Blijf investeren in H. 6
Maak tijd vrij.......


En breek die muur af door!

Slide 4 - Tekstslide

STOELENDANS
Typ jouw nummer snel in.

Slide 5 - Woordweb

9 leerdoelen
  1. Ik kan breuken vereenvoudigen.
  2. Ik kan breuken optellen en aftrekken door ze eerst gelijknamig te maken.
  3. Ik kan een deel van een hoeveelheid uitrekenen. 
  4. Ik kan zinvol afronden op een heel getal.
  5. Ik kan percentages omzetten in breuken en omgekeerd.
  6. Ik kan rekenen met handige percentages.
  7. Ik kan breuken omzetten in een decimaal getal en omgekeerd.
  8. Ik kan breuken en decimale getallen met elkaar vergelijken.
  9. Ik kan vermenigvuldigen met 1000; 100; 10; 0,1; 0,01 en 0,001.

Slide 6 - Tekstslide

Werkwijze
  • Werken alleen in LessonUp.
  • Per leerdoel test A (beginsituatie) en test B (eindtest)
  • Leerdoel bereikt: bij 70% of 80% beheersing op elk leerdoel
  • Per leerdoel
  1. Korte instructies
  2. Beginsituatie (1A)
  3. Hulp die jij behoeft (instructiemomenten)
  4. Eindtest (1B)
  5. Leerdoel bereikt?
  6.  Naar het volgende leerdoel

Slide 7 - Tekstslide

Typ jouw nummer snel in.

Slide 8 - Woordweb

Leerdoel 1: Ik kan breuken vereenvoudigen.

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Leerdoel 2: Ik kan breuken optellen en aftrekken door ze eerst gelijknamig te maken.

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Leerdoel 2: Ik kan breuken optellen en aftrekken door ze eerst gelijknamig te maken.

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Leerdoel 3: Ik kan een deel van een hoeveelheid uitrekenen. 

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Leerdoel 4: Ik kan zinvol afronden op een heel getal.

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Leerdoel 5:
Ik kan percentages omzetten in breuken en omgekeerd.

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

Leerdoel 6 :
Ik kan rekenen met handige percentages.

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Tekstslide

Leerdoel 7:
Ik kan breuken omzetten in een decimaal getal en omgekeerd.

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Tekstslide

Leerdoel 7:
Ik kan breuken omzetten in een decimaal getal en omgekeerd.

Slide 25 - Tekstslide

Slide 26 - Tekstslide

Leerdoel 8 :
Ik kan breuken en decimale getallen met elkaar vergelijken.


Slide 27 - Tekstslide

Slide 28 - Tekstslide

Leerdoel 9:
Ik kan vermenigvuldigen met 1000; 100; 10; 0,1; 0,01 en 0,001.

Slide 29 - Tekstslide

Slide 30 - Tekstslide

Leerdoel 9:
Ik kan vermenigvuldigen met 1000; 100; 10; 0,1; 0,01 en 0,001.

Slide 31 - Tekstslide

Slide 32 - Tekstslide

STOELENDANS
Typ jouw nummer snel in.

Slide 33 - Woordweb

Afspraken antwoorden geven

  • Het antwoord is altijd één breuk. 
  • Typ een breuk zo: 1/2
  • Bij de A-testen staat een instructie-dia.
  • Gebruik altijd je wiskundeschrift om te berekenen en typ alleen het antwoord in.
  • Het eindantwoord is altijd de  vereenvoudigde breuk (indien mogelijk).
  • Je mag een rekenmachine gebruiken.

Slide 34 - Tekstslide

Aan de slag
Inloggen Lessonup (als het goed is al gedaan)



Maken: 
-  Maak eerst de A testen. Pas beginnen aan een B-test als mevr. Thijs toestemming geeft. 

Extra instructies
- Eigen keuze
- mevr. Thijs laat dit weten,

Slide 35 - Tekstslide

Leerdoelen
  1. Ik kan breuken vereenvoudigen.
  2. Ik kan breuken optellen en aftrekken.
  3. Ik kan een deel van een hoeveelheid uitrekenen. 
  4. Ik kan zinvol afronden op een heel getal.
  5. Ik kan percentages omzetten in breuken en omgekeerd.
  6. Ik kan rekenen met handige percentages.
  7. Ik kan breuken omzetten in een decimaal getal en omgekeerd.
  8. Ik kan breuken en decimale getallen met elkaar vergelijken.
  9. Ik kan vermenigvuldigen met 1000; 100; 10; 0,1; 0,01 en 0,001.

Slide 36 - Tekstslide