Methodiek - Les 1 P2 leerjaar 2

Methodisch werken 
FF herhalen
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
WelzijnMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Methodisch werken 
FF herhalen

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat gaan we doen vandaag?
  • Studieplanner
  • Herhalen hoofdstuk 9
  • Aan de slag 

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

timer
0:45
Wat weet jij nog van methodisch werken?

Slide 3 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Methodisch werken
Methodisch werken = bewust handelen, volgens vooraf geplande stappen of een bepaalde wijze om een doel te bereiken. 

Slide 4 - Tekstslide

Methodisch werken is het handelen volgens vooraf bepaalde stappen!
Door methodisch te handelen, leer je op een gestructureerde manier je doel te bereiken.
Methodisch werken is niet persé een plan opstellen. Het komt vaker voor dan men denkt. Denk aan wat je dagelijks doet (vaste patronen).
Als professional moet je natuurlijk wel een plan opstellen! In welke organisatie je ook werkt, elke organisatie biedt hulp en ondersteuning aan cliënten met hulpvraag. Elke organisatie heeft nagedacht over de doelstellingen die ze nastreeft en welke visie ze daarbij gebruikt. Aan de hand daarvan kiest de organisatie de methoden waarmee gewerkt wordt.

Methodisch werken is niet persé een plan opstellen. Het komt vaker voor dan men denkt.

Geef een voorbeeld hoe jij zelf methodisch werkt.
timer
1:00

Slide 5 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

De vier belangrijke kenmerken van methodisch werken:
Bewust
situatie cliënt, 
doelen,
werkwijze, proces, 
eigen gevoelens, 
invloed eigen gedrag

Planmatig
weg waarlangs men werkt
 stap voor stap
Proces
matig
zit je op de goede weg, bijsturen
Doel
gericht
vooruitkijken en terugkijken

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bij welk kenmerk van methodisch werken hoort de onderstaande uitspraak?

Je werkt volgens een stappenplan om een doel te bereiken.
timer
0:30
A
Bewust
B
Procesmatig
C
Planmatig
D
Doelgericht

Slide 7 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Bij het aanbieden van een activiteit denk je na over de doelen die je voor de cliënt wilt bereiken. Daarbij ben je je bewust van de cliënt, de doelen, de visie van de organisatie waar je werkt, de werkwijze, het proces en je eigen gedrag.
timer
0:30
A
Bewust
B
Doelgericht
C
Planmatig
D
Procesmatig

Slide 8 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Dit is vooruitkijken en terugkijken: Wat is het doel? Hebben we het doel bereikt?
timer
0:30
A
Bewust
B
Doelgericht
C
Planmatig
D
Procesmatig

Slide 9 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Tijdens de uitvoering van een activiteit moet je erop letten of je nog steeds op de goede weg zit of dat je het proces misschien moet bijsturen.
timer
0:30
A
Procesmatig
B
Doelgericht
C
Planmatig
D
Bewust

Slide 10 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Levensterreinen als basis voor
methodisch werken
Bij het onderzoeken van de hulpvraag besteed je aandacht aan alle levensterreinen. Welke dit zijn, hangt af van je doelgroep.

De acht levensterreinen die bij methodisch werken in de MZ worden onderscheiden, zijn:
  1. Financiën
  2. Sociaal functioneren
  3. Psychisch functioneren
  4. Zingeving
  5. Lichamelijk functioneren
  6. Praktisch functioneren
  7. Dagbesteding

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Methodisch werken is gefaseerd werken

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

4

Slide 13 - Video

Deze slide heeft geen instructies

00:21
Dit doet Sanne door methodisch te werk te gaan.

Wat is het voordeel van methodisch werken?
A
Het tussentijds of achteraf beoordelen van een agenda
B
Je doorloopt alle stappen van het proces
C
Een bepaalde kijk op iets, een richtinggevende zienswijze
D
De product en procesevaluatie

Slide 14 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

00:39
Wat er verteld werd is Fase 1: voorbereiding.
Wat gebeurt er niet tijdens deze fase?
A
Informatie verzamelen
B
Wensen, behoeften en problemen vaststellen
C
Doelen formuleren en activiteiten vaststellen en plannen
D
Activiteiten uitvoeren en begeleiding bieden

Slide 15 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

00:40
Dit is Fase 2: Uitvoering.
Wat vindt er plaats tijdens deze fase?
A
Evalueren en reflecteren op het eigen handelen
B
Geplande activiteiten uitvoeren en begeleiding bieden
C
Activiteiten vaststellen en plannen
D
Doelen formuleren

Slide 16 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

00:42
Wat is evalueren?
A
Het tussentijds of achteraf beoordelen van een activiteit of handeling op vooraf opgestelde criteria.
B
Vermogen om kritisch en op afstand te kijken naar het eigen handelen en naar de effecten daarvan.

Slide 17 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Methodisch werken als cyclisch proces
Alle stappen samen vormen een cirkel, het is een cyclisch proces. Cyclisch proces is een zich steeds herhalend proces.
 

Welke activiteit je ook uitzet en welk begeleidingsplan je ook maakt, het is altijd een kwestie van het zetten van een aantal opeenvolgende stappen.
Je plant, je doet, je checkt je sluit af of je stelt bij. En dan begin je weer opnieuw.

Het doorlopen van deze stappen noemen we het PDCA-principe.



Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De PDCA-cyclus
De PDCA-cyclus noemt vier stappen om tot kwaliteitsverbetering te komen:
  • Plan: Maak een plan op grond van de doelen die je wilt bereiken
  • Do: Voer het plan uit
  • Check: Vergelijk de behaalde resultaten met het resultaat dat je had willen bereiken
  • Act: Stel de behaalde resultaten vast of stuur bij in die alsnog te bereiken.

Ook bij PDCA-cyclus komen de drie fasen naar voren
 (voorbereiding, uitvoering en evaluatie).


Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Komen de drie fasen van methodisch werken terug binnen de PDCA-cyclus?
timer
0:30
A
Ja
B
Nee

Slide 20 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Aan de slag
Doel: De fasen in methodisch werken doorlopen a.d.h.v. je eigen examenplanning
  • Wie?: Jij
  • Wat?: Je maakt een begin aan je plan van aanpak over je eigen examenplanning. 
  • Welke examens?: - P6-K1-W1: Schrijft het ondersteuningsplan
                                           - B1-K1-W7: Evalueert de geboden ondersteuning
  • Hoelang?: Tot einde les!



Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies