9.3

Odin
7 weken
Apeldoorn

1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Odin
7 weken
Apeldoorn

Slide 1 - Tekstslide

9.3 vergelijkingen oplossen met de balansmethode

Slide 2 - Tekstslide

lesdoelen
  • vergelijkingen oplossen met de balans methode 
  • een vergelijking maken van een verhaaltjes som

Slide 3 - Tekstslide

Wat gaan we doen vandaag
  • Voorkennis
  • Uitleg en opdrachten over vergelijkingen oplossen
  • Uitleg en opdrachten over vergelijkingen maken 

Slide 4 - Tekstslide

Voorkennis

Slide 5 - Tekstslide

Wat is een variabele?
A
Een letter
B
Een letter in een formule.
C
Een cijfer in een formule
D
Een formule

Slide 6 - Quizvraag

Wat is een voorbeeld van een formule?
A
y = ax + b
B
5 + 3 = 8
C
prijs = 745 + 50t
D
10000

Slide 7 - Quizvraag

Bedenk een formule bij de rode grafiek.

Slide 8 - Open vraag

Maak van de onderstaande formules een somformule. Zet de som in je antwoord.
H = 20 + 270w
H = 80 + 250w


Slide 9 - Open vraag

Uitleg vergelijkingen oplossen met de balansmethode
-3a + 2 = 6 + 5a
Van twee formules met dezelfde variabelen kan je een vergelijking maken.
Je kan deze oplossen door de balansmethode.
Het is de bedoeling dat je als oplossing een waarde van a krijgt. Bijvoorbeeld a = 2

Slide 10 - Tekstslide

De balansmethode heeft 3 stappen:
Stap 1 alle variabelen naar het linker lid
Stap 2 alle losse getallen naar het rechterlid
Stap 3 delen door het getal dat voor de variabele staat

Dat gaan we doen met:
8b - 20 = 4b + 12              9a - 18 = 3a                14m = 17m -54

Slide 11 - Tekstslide

Los de volgende vergelijking
op met de balans methode.
5b - 15 = 7b + 15
De balansmethode heeft 3 stappen:
Stap 1 alle variabelen naar het linker lid
Stap 2 alle losse getallen naar het rechterlid
Stap 3 delen door het getal dat voor de variabele staat
A
15
B
0
C
12
D
-15

Slide 12 - Quizvraag

Werkblad opdracht 1

Slide 13 - Tekstslide

Uitleg vergelijking maken
Het doel van een vergelijking is om twee formules met elkaar te vergelijken. Als je de vergelijking oplost weet je wanneer de twee formules gelijk zijn.
Voorbeeld:
Je hebt een rode en een groene kaars. De lengte van de rode kaars kan je met deze formule berekenen: Lengte kaars = 25 - 1,5t
De lengte van de rode kaars kan je met deze formule berekenen: Lengte kaars = 41 - 2,5t
We willen de twee formules met elkaar vergelijken om te kijken wanneer ze even lang zijn.

Slide 14 - Tekstslide

Vergelijking maken
Anne fleur en haar hockeyteam hebben een busje nodig. Ze vergelijken de prijzen van Carrent en Fastcar
Carrent: prijs = 50 + 0,75k
Fastcar prijs= 25 + 1,25 k
k is het aantal kilometers
a) Maak een vergelijking van de beide formules.
b) wanneer is het aantal kilometers in de prijs gelijk?

Slide 15 - Tekstslide

Werkblad opdracht 2

Slide 16 - Tekstslide

Afronding

Slide 17 - Tekstslide

Ik kan een vergelijking zoals hieronder met de balansmethode oplossen.
-3a + 2 = 6 + 5a
ja
nee

Slide 18 - Poll

Ik kan een vergelijking maken van twee formules.
ja
nee

Slide 19 - Poll