Thema 4 sporten. Je uithoudingsvermogen

• Biologie / Verzorging
• Middelbare school
• vmbo b
• Leerjaar 1

Thema 4 basisstof 5 (k)

basisstof 6 (B)

Je uithoudingsvermogen

Wat betekent uithoudingsvermogen?

Doel van deze les:

- je weet wat uithoudingsvermogen betekent

- je weet wat er nodig is om te kunnen bewegen

- je weet wat er nodig is voor verbranding

- je weet waar je brandstof uit haalt.

Opdracht: Lichamelijke inspanning

(Kader)Maak opdracht 27 op blz. 126 in je leerwerkboek (mag in tweetallen op afstand). 

(Basis) opdracht 36 op  blz. 240.

verbranding mens

- Spieren zorgen ervoor dat we kunnen bewegen, maar daar hebben ze energie voor nodig

- Energie komt vrij bij verbranding in je lichaam.

- Voor verbranding is nodig: 

brandstof  (eten en drinken) 

zuurstof (ademhalen)

- verbranding vindt plaats in je spieren en andere cellen van je lichaam. Naast energie ontstaan ook afvalstoffen.

BRANDSTOF+ZUURSTOF>AFVALSTOFFEN+ENERGIE

Als je sport gaat je hart langzamer kloppen

1. Ja
2. Nee

de afvalstoffen van verbranding adem je uit

1. Ja
2. Nee

In de spieren vindt verbranding plaats, hierdoor krijgen je spieren meer energie.

1. Ja
2. Nee

Leg dit plaatje in je eigen woorden uit.
Boek blz. 241

Schrijf 3 dingen op die je hebt geleerd.

Stel 1 vraag over iets wat je nog niet zo goed hebt begrepen.

Huiswerkopdracht 

(KADER)- Maak basisstof 5 af in je boek . blz 126 t/m 130

(BASIS)- Maak basisstof 6 af in je boek  .  blz 240 t/m 246