Vakatelier 1 - Periode 2 - 20 21 - Begrijpend lezen 1
1 / 19
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Tekstslide
Wat versta jij onder 'de klassieker'?
Slide 4 - Open vraag
Slide 5 - Tekstslide
Slide 6 - Tekstslide
Slide 7 - Tekstslide
Slide 8 - Video
Begrijpend lezen bij jou in de klas:
Hoeveel tijd wordt er per week aan begrijpend lezen besteed?
Welke lessen worden er gegeven?
Wat is de rol van de leerkracht?
Hoeveel tijd wordt er per week aan begrijpend lezen besteed?
Welke lessen worden er gegeven?
Wat is de rol van de leerkracht?
Slide 9 - Open vraag
Slide 10 - Tekstslide
Wat is het centrale doel bij begrijpend lezen?
Slide 11 - Open vraag
Slide 12 - Tekstslide
Slide 13 - Tekstslide
Slide 14 - Tekstslide
Wat kun je als leerkracht bieden om tegemoet te komen aan de voorwaarden voor begrijpend lezen?
Slide 15 - Woordweb
Slide 16 - Tekstslide
Bepalen leesdoel
Leggen en afleiden van verbanden
Informatie voorspellen
Voorstellingen maken
De structuur opsporen
De tekstsoort herkennen
Het thema of hoofdgedachte vinden
Zelf stellen en beantwoorden van vragen
Het eigen leesgedrag plannen, sturen, bewaken en corrigeren
Teksten op hun waarde beoordelen
Reflecteren op eigen leesactiviteiten en hun resultaten
Doelbewust lezen, snappen wat je leest, leeswijze aanpassen bij doel.
Wat vind ik van de tekst? Wat heb ik aan deze tekst?
Leesdoel gerichte vragen stellen op grond van de voorkennis die het kind bezit.
Je kijkt terug op wat je wilde weten.
Je wilt weten wat een festivalkaartje kost
Het leggen van taaldenkrelaties.
De essentie van de tekst kunnen aangeven.
Op grond van formele kenmerken de tekstsoort herkennen.
Kijken naar de opbouw van de tekst.
De verwachting over het verloop van de tekst.
De tekst visualiseren.
