Week van de poezie les 2

25 t/m 31 januari

les 2
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo gLeerjaar 2

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

25 t/m 31 januari

les 2

Slide 1 - Tekstslide

Lesopbouw
  • Doel
  • Wat weet je al?
  • Eindrijm en rijmschema's
  • Dichtvormen
  • We schrijven een gedicht
  • Gedichten voorlezen 
  • Gedichten versieren

Slide 2 - Tekstslide

Doel
Aan het einde van de les(sen) weet ik:
- wat eindrijm en rijmschema's zijn en kan ik er 4 noemen 
- verschillende dichtvormen en kan er 3 noemen
- heb ik zelf een gedicht geschreven over thuis in 1 van de verschillende dichtvormen

Slide 3 - Tekstslide

Wat is poëzie en hoe herken je poëzie?

Slide 4 - Woordweb

Wat is rijm?

Slide 5 - Woordweb

Eindrijm en rijmschema
Wat rijmt er op:
- haar =
- boeken =
- uitgang =
- internet = 
Als het laatste woord van een versregel rijmt op het laatste woord van de volgende regel(s), noemen we dat eindrijm. Dit komt veel voor:
Ik woon in een huis.
Het is daar niet pluis.
Zo horen de regels bij elkaar en kun je het beter onthouden.

Slide 6 - Tekstslide

Rijmschema
Als je kijkt naar het eindrijm, kun je van een gedicht een rijmschema maken. Je kijkt daarvoor naar de rijmklanken aan het eind van de regel. Dezelfde rijmklanken krijgen dezelfde letter. 

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Wat is het rijmschema?
Luister naar het gedicht.
Ik wil geen dichter zijn!
weet je waar ik van hou?
dichter zijn....
dichter bij jou!
A
AABB GEPAARD RIJM
B
ABAB GEKRUIST RIJM
C
ABBA OMARMEND RIJM
D
ABCB GEBROKEN RIJM

Slide 9 - Quizvraag

Wat is het rijmschema?
Luister naar het gedicht.
Dit kind, ons kind, dat louter vreugde is
Dit kind, dat als een bloem, zo jong, zo fris
Ontwaakt, ontluikt, al zoveel blijdschap bracht
En waar wij voor willen zorgen, dag en nacht
A
AABB GEPAARD RIJM
B
ABAB GEKRUIST RIJM
C
ABBA OMARMEND RIJM
D
ABCB GEBROKEN RIJM

Slide 10 - Quizvraag

Wat is het rijmschema?
Luister naar het gedicht.
Valentijn is fijn
maar elke dag
bij het zien van je glimlach
is gelukkig zijn
A
AABB GEPAARD RIJM
B
ABAB GEKRUIST RIJM
C
ABBA OMARMEND RIJM
D
ABCB GEBROKEN RIJM

Slide 11 - Quizvraag

Wat is het rijmschema?
Luister naar het gedicht.
We moesten heel lang op je wachten
maar bleven hopen, jaar na jaar
fantastisch nu te kunnen zeggen
soms worden dromen waar

A
AABB GEPAARD RIJM
B
ABAB GEKRUIST RIJM
C
ABBA OMARMEND RIJM
D
ABCB GEBROKEN RIJM

Slide 12 - Quizvraag

Vormen van gedichten
- elfje
- haiku
- limerick
- naamdicht/ acrostichon
- sonnet
- lange lijs

Slide 13 - Tekstslide

Elfje - elf woorden (1, 2, 3, 4, 1)
elfjes                                                          1 woord
ze bestaan                                               2 woorden
kijk maar goed                                        3 woorden
overal om je heen                                  4 woorden
mysterieus                                                1 woord

Slide 14 - Tekstslide

De volgende gedichten behandelen we een andere keer. 

Slide 15 - Tekstslide

Aan de slag: Lange Lijs
Je gaat een Lange Lijs maken. Dat is een lang gedicht.

1. Lees de ideekaarten. Tel de herhalingen nog even na!
2. Nu ga je er zelf een schrijven. Bedenk een onderwerp waarover je wilt schrijven.
3. Bedenk nu een bijvoeglijk naamwoord (= een woord dat meer vertelt over jouw onderwerp). Schrijf dat er bij en herhaal dat een aantal keer.
4. Bedenk nu een zin van vijf woorden waarin je vertelt wat er met jouw onderwerp gebeurt. Schrijf deze zin woord voor woord onder je onderwerp.
5. Nu bedenk je een werkwoord en je laat je onderwerp dit doen. Dit herhaal je vijf keer. (Kijk goed naar de ideekaarten hoe je dit doet)
6. Maak het gedicht af met een aantal woorden. (Climax)
Let op! Je laatste woord moet rijmen op je mens of ding!
Nu is je Lange Lijs klaar! Lees het nu hardop voor!
(klinkt het goed, heb je het ritme goed te pakken, breng wijzigingen aan als je niet tevreden bent).
7. Laat je Lange Lijs nakijken en werk het dan netjes uit!








Slide 16 - Tekstslide

Haiku - afkomstig uit Japan
Drieregelig gedicht met een strakke vorm. In totaal heeft de haiku zeventien lettergrepen. De verdelen over de versregels is vijf, zeven, vijf. 
Het taalgebruik is eenvoudig:

Ik schepte de maan
in mijn schotel, en goot hem
weg met het water

Slide 17 - Tekstslide

Limerick - komt uit Engeland
Vijf regels; de eerste regel eindigt meestal op een plaatsnaam, de laatste regel eindigt vaak humoristisch. Het rijmschema is AABBA. De eerste twee regels en de laatste regel hebben ieder negen lettergrepen, regel drie en vier hebben beide vijf lettergrepen.

Slide 18 - Tekstslide

Limerick
Er was eens een vrouw uit Abcoude            9 lettergrepen  A
Die graag op wat kattenvoer kauwde.         9 lettergrepen  A
Maar o wat een lol,                                                5 lettergrepen  B
Na zes blikken vol,                                                 5 lettergrepen B
Ze praatte niet meer, maar miauwde!          9 lettergrepen  A

Slide 19 - Tekstslide

Naamdicht - Acrostichon
Wie weet hiervan een voorbeeld?

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Tekstslide