Zwangerschap

Zwangerschap (en geboorte)
1 / 45
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

In deze les zitten 45 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Zwangerschap (en geboorte)

Slide 1 - Tekstslide

wat weet je al?

Slide 2 - Tekstslide

Als je de pil slikt kun je niet zwanger worden
A
klopt niet, ook als je de pil slikt kun je zwanger worden
B
klopt, ook als je hem af en toe vergeet
C
klopt, mits je hem goed gebruikt

Slide 3 - Quizvraag

Wordt een vrouw tijdens de zwangerschap ongesteld?
A
ja
B
nee

Slide 4 - Quizvraag

Wanneer je geslachtsgemeenschap hebt tijdens de menstruatie van de vrouw, kan zij niet zwanger worden
A
Klopt
B
Klopt niet

Slide 5 - Quizvraag

Waar komen zaadcellen de eicel tegen?
A
in de baarmoeder
B
in een eileider
C
in de vagina

Slide 6 - Quizvraag

Er is maar één anticonceptiemiddel dat tegen zwangerschap én soa's bescherming biedt en dat is
A
het pessarium
B
het condoom
C
de prikpil
D
geheel onthouding

Slide 7 - Quizvraag

Voorbehoedsmiddelen voorkomen altijd een zwangerschap
A
Ja, want daar zijn ze tenslotte voor
B
Nee, want als ze verkeerd gebruikt worden werken ze niet

Slide 8 - Quizvraag

Heeft een meisje dat de pil gebruikt minder kans om een soa te krijgen?
A
Ja, de pil beschermt ook tegen de meeste soa.
B
Nee, de pil beschermt alleen tegen zwangerschap.
C
Ja, door de pil is ze minder gevoelig voor een soa.

Slide 9 - Quizvraag

Kun je een soa oplopen als je een vaste relatie hebt?
A
Ja, dat kan, als je niet veilig vrijt
B
Nee, want je kent elkaar toch goed!
C
Ja, alleen als je elkaar korter dan 3 maanden kent.

Slide 10 - Quizvraag

Zwangerschap
Je kunt beschrijven hoe de bevruchting bij de mens verloopt.
Je kunt beschrijven hoe een zwangerschap verloopt.
 Je kunt beschrijven wat prenataal onderzoek is.

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

- spierlaag

Slide 13 - Tekstslide

Waar vinden de eerste delingen vd bevruchte eicel plaats?
A
Eierstok
B
Eileider
C
Baarmoeder
D
Vagina

Slide 14 - Quizvraag

Zwanger
*Na de bevruchting ontstaat een klompje cellen. 
* Dit nestelt zich in in het baarmoederslijmvlies
* groeit uit tot een embryo
* baarmoederslijmvlies zorgt de eerste weken voor voeding van het embryo. 

Slide 15 - Tekstslide

Waar vinden de (1) de bevruchting en (2) de innesteling plaats?
A
1 = Vagina 2 = Baarmoeder
B
1 = Eileider 2 = Baarmoeder
C
1 = Baarmoeder 2 = Vagina
D
1 = Vagina 2 = Clitoris

Slide 16 - Quizvraag

Slide 17 - Tekstslide

Placenta
  • Hiernaast zie je een plaatje van een embryo en de placenta .
  • Een ander woord voor placenta is 'moederkoek'. 
  • De placenta ontstaat een poosje na de innesteling. 
  • Via de placenta krijgt het embryo voedingsstoffen van de moeder.

Slide 18 - Tekstslide

Wat is de functie van de placenta?
A
aanvoer van voedingsstoffen
B
het kindje in de buik beschermen
C
het kindje in de buik vasthouden

Slide 19 - Quizvraag

Navelstreng
  • De navelstreng is de verbinding tussen placenta en embryo.
  • De navelstreng zorgt dat het embryo voedingsstoffen krijgt. 
  • Afvalstoffen van het embryo gaan via de navelstreng naar de placenta. 

Slide 20 - Tekstslide

Bekijk de afbeelding en zet de juiste nummers bij de genoemde onderdelen.
vruchtvliezen
Foetus
Vruchtwater
Navelstreng
1
2
3
4
5
7
8

Slide 21 - Sleepvraag

Placenta
Foetus
Vruchtvliezen
Vruchtwater
Navelstreng

Slide 22 - Sleepvraag

vruchtvliezen en vruchtwater
  • Vruchtvliezen liggen om het embryo heen. 
  • In de vruchtvliezen bevindt zich het vruchtwater.
  • Het embryo ligt in het vruchtwater. 
  • het vruchtwater beschermt het embryo tegen stoten, uitdroging en wisseling van temperatuur. 
  • Het embryo kan in het vruchtwater gemakkelijk bewegen

Slide 23 - Tekstslide

Wat is de functie van de vruchtvliezen en het vruchtwater?
A
Bescherming van de embryo
B
Het voeden van de embryo

Slide 24 - Quizvraag

Slide 25 - Video

Zwangere vrouw
Eerste 12 weken weinig te zien. Wel kunnen ze: moe, misselijk zijn en trek in ander eten.
 Na ongeveer  20 weken:  buik moeder dikker
  •  Organen moeder in verdrukking 
  • Vaker naar wc 
  • Borsten groter(melkklieren groeien)

Slide 26 - Tekstslide

Kindje
Na innesteling -> ontstaan alle organen. Na 12 wk-> al een klein mensje. 
Alleen nog maar groeien. Het heet nu foetus ipv embryo

Slide 27 - Tekstslide

Verplaatsen van de organen

Slide 28 - Tekstslide

In de baarmoeder
• Vruchtwater-> beschermt het embryo(stoten) 
• Vruchtvliezen-> zitten om het vruchtwater 
• Plaats van innesteling-> moederkoek/placenta 
• Moederkoek-> weefsel met veel bloedvaten 
• Navelstreng -> met moederkoek verbonden, Bloedvaten lopen erdoor, Van moeder naar kind voedingsstoffen en zuurstof en van kind naar moeder afvalstoffen en koolstofdioxide..

Slide 29 - Tekstslide

Echoscopie

Slide 30 - Tekstslide

Menstruatiecyclus 
  • Menstruatiecyclus               Ovulatie                     menstruatie ongesteldheid

Slide 31 - Tekstslide

Hieronder zie je de menstruatiecyclus. 
Sleep het woord naar de juiste plaats van de cyclus.
Innesteling
Ovulatie
Menstruatie

Slide 32 - Sleepvraag

maken basisstof 6

Slide 33 - Tekstslide

Zwangerschap en geboorte

Slide 34 - Tekstslide

Zwangerschap
Je leert:
- Hoe een kindje tijdens de zwangeschap groeit
- hoe het kindje wordt geboren

Slide 35 - Tekstslide

Prenataal onderzoek
  • combinatietest: nekplooi en echo 
  • NIPT: bloed moeder met dna placenta (kind)
  • 20 weken echo: onderzoek organen en groei

Slide 36 - Tekstslide

Schadelijke stoffen

Slide 37 - Tekstslide

Slide 38 - Tekstslide

Ziekteverwekkers en schadelijke stoffen
Via de moederkoek kunnen ook de ziekteverwekkers en schadelijke stoffen binnen komen
Zoals: rode hond, nicotine, alcohol, medicijnen en drugs

Baby's kunnen hierdoor: afwijkingen krijgen, slechter gaan groeien, zelfs doodgaan(miskraam)

Slide 39 - Tekstslide

Bevalling
3 fases

- ontsluiting
- uitdrijving
- nageboorte

Slide 40 - Tekstslide

Ontsluiting
• Door weeën gaat de baarmoedermond open
• Vruchtvliezen breken

Slide 41 - Tekstslide

Uitdrijving
• Als de baarmoedermond ver genoeg open is
• Pers weeën duwen de baby naar buiten

Slide 42 - Tekstslide

Nageboorte
Wee duwt de moederkoek, vruchtvliezen en de rest van de navelstreng naar buiten

Slide 43 - Tekstslide

Geboorte
Verloskundige maakt mondje schoon
Baby begint te huilen
Navelstreng dicht met de klemmetjes
Navelstreng doorknippen
Stompje van de navelstreng valt er naar een paar dagen af
Navel: litteken navelstreng

Slide 44 - Tekstslide

Opdrachten 4.6

Slide 45 - Tekstslide