G3 - Unité 4 - Dépasser ses limites

1 / 38
volgende
Slide 1: Video
FransMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

In deze les zitten 38 slides, met interactieve quiz, tekstslides en 7 videos.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Doeltaal-leertaal
  • Ik kan zeggen of ik wel/niet van een kick/ extreme sporten houd.
  • Ik kan zeggen waar ik bang voor ben.
  • Ik kan zeggen wat het weer morgen/gister/vandaag is/was/zal zijn.
timer
10:00

Slide 2 - Tekstslide

  • Introduction Unité 4 | 10'
  • Regarder: Vlog Vincent | 10'
  • Au travail: ex. 3 + 4 +5
  • Quizlet: Unité 4 
Les devoirs: App 2. + ex. 3 + 4 + 5
Lesdoelen
  • Ik kan minimaal 10 woorden vertalen van p.8 + 9.
  • Ik kan vertellen waar Unité 4 over gaat.
  • Ik kan de vlog van Vincent begrijpen.
  • Ik kan minimaal 5 lichaamsdelen benoemen.
Le programme Unité 4 "Dépasser ses limites"

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


Regardez
Lisez p. 8+9
- waar gaat dit hoofdstuk over?
- wat betekenen de dikgedrukte woorden ?

Exercices 1 + 2 (p.10)
- Waar gaat de vlog over?
timer
10:00

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Video

Deze slide heeft geen instructies

1

Slide 6 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Au travail
Exercices 3B + 4 + 5
* Gebruik apprendre 1 + 2



timer
10:00

Slide 7 - Tekstslide

Quizlet / Blooket

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Les objectifs & Les devoirs 
Lesdoelen 
  • Ik kan zeggen waar ik bang voor ben.
  • Ik kan een tekst over het aangaan van uitdagingen begrijpen.
  • Ik kan de titels van muzieknummers herkennen.
  • Ik kan minimaal 3 Franse nummers noemen van het Eurovisiesongfestival

Les devoirs
  • Ex. 6
  • Apprendre 4

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 10 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Donner ton opinion
Début de la phrase:
  • Je trouve que .... (ik vind dat)
  • À mon avis ....  (naar mijn mening)
  • Selon moi .....   (volgens mij)
  • J'aime/J'adore ....., parce que (ik houd van..omdat)
  • Je n'aime pas ... (ik houd niet van...)
  • Je déteste ..., parce que (ik heb een hekel aan, omdat)
  • Beau/ belle - Moche
  • Captivant - Ennuyeux
  • Gentil/Sympa - méchant
  • Normal - absurde / bizarre
  • Chouette - ne pas amusant
  • Je suis d'accord.
  • Je ne suis pas d'accord avec...
  • Je ne suis pas complètement d'accord avec...
  • Je ne suis pas du tout d'accord avec ....
  • Elle a raison.
  • Il n'a pas raison.

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

  • Doeltaal-Leertaal  | 5'
  • Introduction Unité 4 | 10'
  • Regarder: Vlog Vincent | 10'
  • Écouter: bingo des chansons! | 10'
  • Quizlet: Unité 4 
Les devoirs: App 2. + ex. 3 + 4
Lesdoelen
  • ...
  • Ik kan mijn mening geven over een kijk- en luisterfragment.
  • Ik kan de titels van muzieknummers herkennen.
  • Ik kan minimaal 3 Franse nummers noemen van het Eurovisiesongfestival
Le programme Unité 4 "Dépasser ses limites"

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


Regardez
Lisez p. 8+9
- waar gaat dit hoofdstuk over?
- ken minimaal vertaling van 3 dikgedrukte woorden.

Exercices 1 + 2 (p.10)
- Waar gaat de vlog over?
timer
10:00

Slide 13 - Tekstslide

Quizlet / Blooket

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Les objectifs & Les devoirs 
Lesdoelen 
  • Ik heb mijn poster + taaltaakboekje ingeleverd.
  • Ik kan mijn mening geven over een kijk- en luisterfragment.
  • Ik kan de titels van muzieknummers herkennen.
  • Ik kan minimaal 3 Franse nummers noemen van het Eurovisiesongfestival

Les devoirs
  • Ex. 3 + 4
  • Apprendre 2

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 16 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Donner ton opinion
Début de la phrase:
  • Je trouve que .... (ik vind dat)
  • À mon avis ....  (naar mijn mening)
  • Selon moi .....   (volgens mij)
  • J'aime/J'adore ....., parce que (ik houd van..omdat)
  • Je n'aime pas ... (ik houd niet van...)
  • Je déteste ..., parce que (ik heb een hekel aan, omdat)
  • intéressant - ne...pas intéressant
  • Beau/ belle - Moche
  • Captivant - Ennuyeux
  • Gentil/Sympa - méchant
  • Normal - absurde / bizarre
  • Chouette - ne pas amusant
  • Je suis d'accord.
  • Je ne suis pas d'accord avec...
  • Je ne suis pas complètement d'accord avec...
  • Je ne suis pas du tout d'accord avec ....
  • Elle a raison.
  • Il n'a pas raison.
  • J'ai/J'aurais peur de ....
  • J'adore les sensations fortes
  • Je n'aime pas le danger.
  • Je serais terrorisé.
  • J'ai / J'aurais le traac.
  • J'ai le vertige.

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

  • Doeltaal-Leertaal  | 5'
  • Corrigez ex. 3,4,5 | 10'
  • Lire: ex. 6 | 25'
  • Quizlet: app. 1,2 | 10'

  • Les devoirs: App 4 + ex. 6 selectie 'handige woorden'
Lesdoelen
  • Ik kan mijn mening geven over een kijk- en luisterfragment.
  • Ik kan minimaal 5 lichaamsdelen benoemen.
  • Ik kan een tekst over het aangaan van uitdagingen begrijpen.
  • Ik heb geoefend met de vocabulaire van apprendre 1 & 2
Le programme Unité 4 "Dépasser ses limites"

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Doeltaal-leertaal
  • Ik kan zeggen wat voor weer het:
    - vandaag is
    - gister was
    - morgen zal zijn
  • Ik kan zeggen waar ik bang voor ben
timer
10:00

Slide 19 - Tekstslide

Le corps
La tête
La main
Le bras
La jambe
le pied
Le visage
le ventre

Slide 20 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Corrigez
Exercice 3,4,5

timer
10:00

Slide 21 - Tekstslide

Lire "Défis"
Exercice 5 - p.13 | ensemble

Exercice 6 - p.13-15 | en silence!
  • Questions 1-8 = basis
  • Questions 9 +10 = uitdaging

Fini?
Selecteer de woorden van de handige lees- & luistertekst in exercice 6.
timer
15:00

Slide 22 - Tekstslide

Quizlet / Blooket

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Les objectifs & Les devoirs 
Lesdoelen 
  • Ik kan mijn mening geven over een kijk- en luisterfragment.
  • Ik kan minimaal 5 lichaamsdelen benoemen.
  • Ik kan een tekst over het aangaan van uitdagingen begrijpen.
  • Ik heb geoefend met de vocabulaire van apprendre 1 & 2
Les devoirs
  • Ex. 6 + handige woorden
  • Apprendre 4

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 25 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Donner ton opinion
Début de la phrase:
  • Je trouve que .... (ik vind dat)
  • À mon avis ....  (naar mijn mening)
  • Selon moi .....   (volgens mij)
  • J'aime/J'adore ....., parce que (ik houd van..omdat)
  • Je n'aime pas ... (ik houd niet van...)
  • Je déteste ..., parce que (ik heb een hekel aan, omdat)
  • intéressant - ne...pas intéressant
  • Beau/ belle - Moche
  • Captivant - Ennuyeux
  • Gentil/Sympa - méchant
  • Normal - absurde / bizarre
  • Chouette - ne pas amusant
  • Je suis d'accord.
  • Je ne suis pas d'accord avec...
  • Je ne suis pas complètement d'accord avec...
  • Je ne suis pas du tout d'accord avec ....
  • Elle a raison.
  • Il n'a pas raison.
  • J'ai/J'aurais peur de ....
  • J'adore les sensations fortes
  • Je n'aime pas le danger.
  • Je serais terrorisé.
  • J'ai / J'aurais le trac.
  • J'ai / J'aurais le vertige.

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

  • Doeltaal-Leertaal  | 5'
  • Dictée: apprendre 4 | 10'
  • Révision: handige woorden ex. 6 | 5'
  • CITO oefenen (Woots) | 20'

  • Les devoirs: Vocabulaire app. 1,2,4,6
Lesdoelen
  • Ik kan mijn mening geven over een kijk- en luisterfragment.
  • Ik kan zeggen wat iemand niet/nooit/niet meer/ nog niet doet.
  • Ik ken de vertaling van minimaal 10 van de 'handige woorden'.
  • Ik weet hoe CITO via Woots werkt.
  • Ik heb minimaal 5 'nieuwe' woorden opgeschreven die ik geleerd heb door de CITO luisteroefening.
Le programme Unité 4 "Dépasser ses limites"

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Doeltaal-leertaal
  • Ik kan zeggen wat iemand:
    - niet
    - niet meer
    - nog niet
    - nooit
    doet.
timer
10:00

Slide 28 - Tekstslide

Dictée
8 woorden apprendre 4 (FR + NL)
timer
10:00

Slide 29 - Tekstslide

Corrigez
'Handige' woorden in leestekst
timer
10:00

Slide 30 - Tekstslide

CITO
Écouter CITO
  • Videodeel
  • Doel 1: Je weet hoe een CITO-luistertoets eruit ziet.
  • Doel 2: je weet hoe je zelfstandig kunt oefenen voor de CITO luistertoets

Opdracht
  • Maak notities tijdens het luisteren
  • Schrijf minimaal 5 'nieuwe' woorden op.
  • Je kunt me minimaal 1 feitje vertellen wat je hebt geleerd uit de filmpjes.
  • Na afloop bekijk je wat je wel/niet goed had.
timer
20:00

Slide 31 - Tekstslide

Les objectifs & Les devoirs 
Lesdoelen 
  • Ik kan mijn mening geven over een kijk- en luisterfragment.
  • Ik kan zeggen wat iemand niet/nooit/niet meer/ nog niet doet.
  • Ik ken de vertaling van minimaal 10 van de 'handige woorden'.
  • Ik weet hoe CITO via Woots werkt.
  • Ik heb minimaal 5 'nieuwe' woorden opgeschreven die ik geleerd heb door de CITO luisteroefening.
Les devoirs
  • Vocabulaire apprendre 1,2,4,6

Slide 32 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 33 - Video

Deze slide heeft geen instructies

  • Doeltaal-Leertaal  | 5'
  • Vocabulaire: ex. 10, & 18 | 15'
  • CITO oefenen (Woots) | 25'

  • Les devoirs: Vocabulaire app. 6 + ex. 20
Lesdoelen
  • Ik kan begrijpen én zeggen wanneer iets is gebeurd.
  • Ik weet of ik de vocabulaire voldoende heb bijgehouden.
  • Ik weet hoe CITO via Woots werkt.
  • Ik heb minimaal 5 'nieuwe' woorden opgeschreven die ik geleerd heb door de CITO luisteroefening.
Le programme Unité 4 "Dépasser ses limites"

Slide 34 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Doeltaal-leertaal
  • Wanneer is iets gebeurd?
    Gister - vanochtend - vanmiddag - vanavond - vorige week - vorig jaar - vroeger - in de zomer / winter

  • Wanneer ga je iets doen?
    morgen - volgende week - volgende maand - volgend jaar - in de toekomst  - in de zomer / winter
timer
10:00

Slide 35 - Tekstslide

Vocabulaire
Resultaten dictée:
  • 0-2f = Super!
  • 2-6f = Prima
  • 7-9f = Mwa > extra leerwerk controle
  • 10+f = Slecht > extra leerwerk controle

Au travail!
  • Exercice 10 & 18
  • Pas als je het niet weet opzoeken in apprendre.
  • Snap je de zin niet? Vertaal op z'n minst de losse woorden.
timer
10:00

Slide 36 - Tekstslide

CITO
Videodeel CITO
  • Welke 5 woorden nieuw geleerd?
  • Welk feitje heb je geleerd?
  • Was je tevreden met je score?
  • Waar moet je op letten?

Opdracht
  • Maak notities tijdens het luisteren
  • Schrijf minimaal 5 'nieuwe' woorden op.
  • Je kunt me minimaal 1 feitje vertellen wat je hebt geleerd uit de filmpjes.
  • Na afloop bekijk je wat je wel/niet goed had.
timer
25:00

Slide 37 - Tekstslide

Les objectifs & Les devoirs 
Lesdoelen 
  • Ik kan begrijpen én zeggen wanneer iets is gebeurd.
  • Ik weet of ik de vocabulaire voldoende heb bijgehouden.
  • Ik weet hoe CITO via Woots werkt.
  • Ik heb minimaal 5 'nieuwe' woorden opgeschreven die ik geleerd heb door de CITO luisteroefening.
Les devoirs
  • Vocabulaire apprendre 6
  • Mk. ex. 20

Slide 38 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies