Domein D les 1

Reclame
Elke maandagmiddag van 12.30 tot 15.30 extra economietijd!!!!!

Opdrachten maken, vragen stellen, samen oefenen, samen de stof nog eens doornemen. 


Iedereen van harte welkom in lokaal C2.22A!!!!!!!!!
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

In deze les zitten 19 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 90 min

Onderdelen in deze les

Reclame
Elke maandagmiddag van 12.30 tot 15.30 extra economietijd!!!!!

Opdrachten maken, vragen stellen, samen oefenen, samen de stof nog eens doornemen. 


Iedereen van harte welkom in lokaal C2.22A!!!!!!!!!

Slide 1 - Tekstslide

Examentraining
Domein D
Les 1

Slide 2 - Tekstslide

Studiewijzer
Let op dinsdag 14 maart geen les!

Slide 3 - Tekstslide

Lesopbouw
1. oefening met begrippen
2. herhaling theorie
3. samen oefenen
4. toets inzien

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Link

Vraag en aanbod

Slide 6 - Tekstslide

verschuiving van en langs de aanbodlijn
langs de aanbodlijn
van de aanbodlijn
prijs verandert door een verandering van de vraaglijn
inkoopkosten veranderen
aantal aanbieders veranderen
productiviteit verandert

Slide 7 - Tekstslide

Evenwichtshoeveelheid/ evenwichtsprijs

Wat is de evenwichtshoeveelheid?

  • 50 stuks

Wat is de evenwichtsprijs?

  • €525

Slide 8 - Tekstslide

Verschuiving langs en van de vraaglijn
  • Verschuiving langs de vraaglijn: 
als de prijs (p) verandert van een 
product
  • Verschuiving van de vraaglijn 
(zie figuur rechts):
als er bij dezelfde prijs minder vraag is
of meer is

Slide 9 - Tekstslide

Evenwichtsprijs en evenwichtshoeveelheid berekenen
Qa = 100P - 1000
Qv = -100P + 5000

1) Reken de evenwichtsprijs uit.
2) Reken de evenwichtshoeveelheid uit.



Uitkomst
(30, 2000)

Slide 10 - Tekstslide

Marktkenmerken
Marktvormen kan je herkennen aan marktkenmerken

  • Homogeen of heterogeen product
  • Transparantie of niet
  • Toegankelijkheid
  • Het aantal vragers en aanbieders. 
  • Invloed aanbieder op de prijs

Slide 11 - Tekstslide

Volkomen concurentie
Monopolistische concurrentie
oligopolie
monopolie
aantal aanbieders
aantal vragers
homogeen/
hetrogeen product
Transparant
Toegangelijk
invloed aanbieder op de prijs

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Verschillende bedrijfsdoelstellingen
bij onvolkomen concurrentie
1. Break even
TO = TK
of GO = GTK
2. Maximale winst
MO=MK
3. Maximale omzet/marktaandeel
MO=0

Slide 14 - Tekstslide

Opbrengst, kosten en winst

p       = prijs (price)
q       = hoeveelheid (quantity) = afzet
TO    = Totale Opbrengst = omzet
  • TO = p x q
TCK = Totale Constante Kosten 
             (onafhankelijk van q)
TVK = Totale Variabele Kosten
             (afhankelijk van q)
TK    = Totale Kosten
  • TK  = TCK + TVK
TW   = Totale Winst
  • TO - TK
Gemiddeld en marginaal

GCK = Gemiddelde Contante Kosten
  • GCK = TCK / afzet (q)
GVK = Gemiddelde Variabele Kosten
  • GVK = TVK / afzet (q)
GTK = Gemiddelde Totale Kosten
  • GTK = TK / afzet (q)
  • GTK = GCK + GVK
GO  = Gemiddelde Opbrengst
  • GO = TO / afzet (q)
MO = Marginale Opbrengst
MK  = Marginale Kosten
MW = Maximale Winst als MO = MK!

Slide 15 - Tekstslide

Variabele kosten
Proportioneel variabele kosten: = variabele kosten die evenredig toenemen
Progressief variabele kosten = variabele kosten die meer dan evenredig toenemen. 
Degressief variabele kosten = variabele kosten die minder dan evenredig toenemen

Slide 16 - Tekstslide

Samen oefenen
1. (2p) Teken de GTK lijn in bovenstaande grafiek. Stel hiervoor eerst de formule van TK en vervolgens die van GTK op.
2. (2p) Bereken bij welke prijs er sprake is van maximale omzet. Licht duidelijk toe hoe je aan je antwoord komt.
3. (2p) Bereken (dus niks aflezen!) bij welke prijs er sprake is van maximale winst. Geef dit aan in de grafiek.
4. (2p) Bereken de maximale winst.
5. (2p) Arceer de maximale winst.

Slide 17 - Tekstslide

Antwoorden
a. TK = 4q + 24 en GTK = 4+24/q (1p)
q = 10  GTK = 4+24/10 = 6,4 (zie zwarte lijn in grafiek)
b. Maximale omzet als MO = 0  als q = 5 (1p)
P = -2*5+20 = 10 euro (1p)
c. Maximale winst als MO = MK
-4q+20 = 4  4q = 16  q = 4 (1p) P = -2*4+20 = 12 euro (1p)
d. TO = 4*12 = € 48
TK = 4*4+24 = € 40 (1p)
TW = 8 euro (1p)
e. Zie grafiek (rode oppervlakte)

Slide 18 - Tekstslide

Toets inzien
Alleen een pen op je tafel
Tel in ieder geval de punten na
Check de meerkeuzevragen
Onduidelijkheden, vraag!!!!

Slide 19 - Tekstslide