3e bijeenkomst: Op het einde een -e of niet, Indeling van een e-mail

Wat gaan we vandaag doen?
  • Herhalen spelling: Samenstelling: een tussenletter of niet?
  • Nieuwe theorie spelling: Op het einde een -e of niet?
  • Oefenen voor het examen Schrijven: een e-mail sturen met behulp van jouw schrijfplan: een reactie op een verzoek.
1 / 29
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 29 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Wat gaan we vandaag doen?
  • Herhalen spelling: Samenstelling: een tussenletter of niet?
  • Nieuwe theorie spelling: Op het einde een -e of niet?
  • Oefenen voor het examen Schrijven: een e-mail sturen met behulp van jouw schrijfplan: een reactie op een verzoek.

Slide 1 - Tekstslide

Welke samenstelling is correct geschreven?
A
groentepakket
B
groentenpakket
C
groentespakket

Slide 2 - Quizvraag

Welke samenstelling is correct geschreven?
A
pannenkoek
B
pannekoek

Slide 3 - Quizvraag

Welke samenstelling is correct geschreven?
A
zakenreis
B
zakereis

Slide 4 - Quizvraag

Welke samenstelling is correct geschreven?
A
stekenblind
B
stekeblind

Slide 5 - Quizvraag

Welke samenstelling is correct geschreven?
A
geboortecijfer
B
geboortencijfer

Slide 6 - Quizvraag

Welke samenstelling is correct geschreven?
A
nachtegaal
B
nachtengaal

Slide 7 - Quizvraag

Welke samenstelling is correct geschreven?
A
boordenvol
B
boordevol

Slide 8 - Quizvraag

Welke samenstelling is correct geschreven?
A
huilebalk
B
huilenbalk

Slide 9 - Quizvraag

Bij twijfel ....
.... gebruik een woordenboek!

Slide 10 - Tekstslide

Op het einde -e of -en?
Woorden als sommige, vele, enkele, laatste, beide, alle schrijf je met -en als het slaat op mensen. Het woord wordt zelfstandig gebruikt.
Bijvoorbeeld:
  • De meesten wilden een broodje kaas.
  • De les trekt veel publiek. Sommigen komen zelfs twee keer!

Slide 11 - Tekstslide

Op het einde -e of -en?
Let op:
Het woord kan ook niet zelfstandig gebruikt worden. Dan kun je een woord uit de vorige zin ervoor of erachter denken. In dat geval gebruik je alleen een -e.
Bijvoorbeeld:
  • Enkele studenten kozen voor een zeilkamp, maar de meeste (studenten) wilden skiën.

Slide 12 - Tekstslide

Kies de juiste vorm:
Het huis van de buren staat te koop. Er zullen dus ... bewoners komen.
A
andere
B
anderen

Slide 13 - Quizvraag

Kies de juiste vorm:
Mijn nieuwe auto moet zuiniger zijn dan die van ......
A
andere
B
anderen

Slide 14 - Quizvraag

Kies de juiste vorm:
De directeur sprak twee werknemers toe: "deze mededeling is voor jullie ......
A
beide
B
beiden

Slide 15 - Quizvraag

Kies de juiste vorm:
Weerdeskundigen beweren dat Texel de .... zonuren heeft.
A
meeste
B
meesten

Slide 16 - Quizvraag

Kies de juiste vorm:
....... die het niet eens zijn met de beslissing, moeten nu hun hand opsteken.
A
Degene
B
Degenen

Slide 17 - Quizvraag

Kies de juiste vorm:
De journalisten waren ... van mening dat de berichtgeving onjuist was.
A
alle
B
allen

Slide 18 - Quizvraag

Kies de juiste vorm:
Op het forum was verdeelheid. ..... waren het eens met de stelling.
A
Sommige
B
Sommigen

Slide 19 - Quizvraag

Kies de juiste vorm:
Slechts ...... haalden de eindstreep van de zware tocht
A
weinige
B
weinigen

Slide 20 - Quizvraag

Kies de juiste vorm:
Heb je de documenten ontvangen? ...... moeten ingekort worden.
A
Alle
B
Allen

Slide 21 - Quizvraag

Vaste indeling van een e-mail:
1. E-mail van de afzender (schrijver)
2. E-mail van degene aan wie je schrijft
3. Bijlage: voor als je een apart document wilt meesturen
4.  Aanhef (Geachte...),
5. Inhoud: inleiding - middenstuk - slot * 
6. Slotgroet (Met vriendelijke groet,)
7. Ondertekening (Handtekening + voorletters en achternaam)
(*zie lessonUp 1e bijeenkomst: tekststructuren)

Slide 22 - Tekstslide

Aanhef
Witregels
Slot
Onderwerp
Inleiding
Afsluiting

Slide 23 - Tekstslide

Let op met de AANHEF!
  • De aanhef is de begroeting in de e-mail. Deze begint met een hoofdletter en eindigt met een komma.
  • Als je weet aan wie je schrijft, schrijf je: Geachte mevrouw (Naam) of Geachte heer (Naam),
  • Als je niet weet aan wie je schrijft, schrijf je: Geachte heer/mevrouw,

Slide 24 - Tekstslide

Let op hoe je de naam in de aanhef schrijft!
  • Je schrijft een hoofdletter bij een voornaam en bij de achternaam. 
  • In zakelijke correspondentie gebruik je NOOIT de voornaam van degen aan wie je schrijft.
  • Vervolg op de volgende dia ....

Slide 25 - Tekstslide

Slide 26 - Tekstslide

Let op je publiek!
  • In zakelijke correspondentie gebruik je ALTIJD de aanspreekvorm: u.
  •  Je zorgt voor beleefd taalgebruik: gebruik bijvoorbeeld: graag zou ik willen, ik hoop dat het niet lastig voor u is, het zou heel fijn zijn als......, enz.
  • Gebruik geen straattaal.

Slide 27 - Tekstslide

Aan de slag met je zakelijke e-mail.

Slide 28 - Tekstslide

Stuur de mail naar:
az.verschoor@tcrmbo.nl

Slide 29 - Tekstslide