Quiz H7 en H8 FZ

Quiz 
Hoofdstuk 7 en hoofdstuk 8
Bedrijfseconomie VWO 4
1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide

In deze les zitten 14 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.

Onderdelen in deze les

Quiz 
Hoofdstuk 7 en hoofdstuk 8
Bedrijfseconomie VWO 4

Slide 1 - Tekstslide

Op welk van onderstaande is het risico van beleggen het hoogst?
A
Aandelen
B
Staatsobligatie
C
Bedrijfsobligatie
D
Spaarrekening

Slide 2 - Quizvraag

Bij een marktrente van 4% en een couponrente van 5%, ligt de koerswaarde van de obligatie:
A
Beneden pari
B
A pari
C
Boven pari

Slide 3 - Quizvraag

Bij een call optie heeft de koper het recht om gedurende de looptijd van de optie aandelen te verkopen tegen een vooraf vastgestelde prijs.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 4 - Quizvraag

Wanneer je een call optie met een uitoefenprijs van 15 euro. De koers is 12,50 en de optiepremie is 2 euro per aandeel. Wat is de winst/verlies voor de koper van de optie?
A
+250
B
+50
C
+1500
D
-200

Slide 5 - Quizvraag

Wanneer je een call optie met een uitoefenprijs van 15 euro. De koers is 20 en de optiepremie is 2 euro per aandeel. Wat is de winst/verlies voor de koper van de optie?
A
+500
B
+300
C
-500
D
-200

Slide 6 - Quizvraag

Wanneer je een put optie hebt met een uitoefenprijs van 50 euro en een koers van 30 en een optiepremie van 2 euro per aandeel. Wat is de winst/verlies van deze optie voor de koper?
A
+5000
B
+2000
C
+1800
D
-200

Slide 7 - Quizvraag

Wanneer je een put optie hebt met een uitoefenprijs van 50 euro en een koers van 70 en een optiepremie van 2 euro per aandeel. Wat is de winst/verlies van deze optie voor de koper?
A
+5000
B
+2000
C
+1800
D
-200

Slide 8 - Quizvraag

Hoe noemen we de index voor het koersverloop van de middelgrote bedrijven van Nederland?
A
AEX
B
AMI
C
AMX
D
PSI

Slide 9 - Quizvraag

Wat is sinds 2018 de standaard bij huwelijken?
A
Gemeenschap van goederen
B
Beperkt gemeenschap van goederen
C
Huwelijkse voorwaarden

Slide 10 - Quizvraag

In een samenlevingscontract kan je elkaar aanwijzen als erfgenaam.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 11 - Quizvraag

Als er geen sprake is van minderjarige kinderen en onenigheid, kan het beëindigen van geregistreerd partnerschap zonder rechter.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 12 - Quizvraag

Wanneer je alleen de erfenis wilt wanneer het saldo van schulden en bezittingen op een positief getal uitkomt, noemen we dit ...
A
Erfenis zuiver aanvaarden
B
Erfenis beneficiair aanvaarden
C
Erfenis verwerpen

Slide 13 - Quizvraag

Wat is een voorbeeld van een ANBI?
A
Sportclub
B
Museum
C
Zangkoor
D
Wijkverenigingen

Slide 14 - Quizvraag