H4 Molariteit

Molariteit en hydraten
Havo 4 Scheikunde 
Vrijdag 27 maart 2020
1 / 11
volgende
Slide 1: Tekstslide
ScheikundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 11 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Molariteit en hydraten
Havo 4 Scheikunde 
Vrijdag 27 maart 2020

Slide 1 - Tekstslide

Bekijk de video's en maak tussendoor de vragen

Leerdoelen:
- rekenen met molariteit bij oplossingen van zouten en hydraten

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Video

Anne heeft 200 ml van een drankje met daarin 0,010 M glucose. Ze drinkt de helft op. Wat is de concentratie van de oplossing die overblijft?

Slide 4 - Open vraag

Henk heeft 100 mL 0,10 M glucose-oplossing. Hij voegt 900 mL water toe. Wat is de molariteit van de glucose-oplossing dan?
A
0,10 M
B
0,011 M
C
0,010 M
D
1,0 M

Slide 5 - Quizvraag

Jakie lost 400 mg aluminiumsulfaat op in 200 ml water. Bereken de concentratie van de ionen in oplossing die hij krijgt.

Slide 6 - Open vraag

Anne heeft 1 L van een drankje met daarin 0,15 M natriumchloride. Ze neemt hiervan 200 mL en dampt dit in. Hoeveel vast keukenzout ontstaat er?

Slide 7 - Open vraag

Slide 8 - Video

Meike verhit 4,5 g natriumsulfaatdecahydraat. Hoeveel gram vaste stof houdt ze over?

Slide 9 - Open vraag

Manou lost 300 mg aluminiumnitraatnonyhydraat op in 400 mL water. Bereken [NO3-]

Slide 10 - Open vraag

EINDE!
Volgende les is woensdag 1 april
Maak voor de les de opgaven in NOVA paragraaf 5.3!
Bekijk de lessonup les over deze paragraaf voor uitleg
Stel op woensdag je vragen via teams
 volgende week ook een online minitoets koolstofchemie!

Slide 11 - Tekstslide