De Hannibalis iureiurando

De Hannibale iureiurando
1 / 34
volgende
Slide 1: Tekstslide
Latijn en GrieksSecundair onderwijs

In deze les zitten 34 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

Onderdelen in deze les

De Hannibale iureiurando

Slide 1 - Tekstslide

Hannibal vertelt

Slide 2 - Tekstslide

Cornelius Nepos
Schrijver uit de eerste eeuw v.Chr.
de viris illustris
- aangedikte anecdotes
- losstaande feiten
- historische fouten

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Welke naamval is "me"?
A
accusatief
B
genitief
C
datief
D
ablatief

Slide 6 - Quizvraag

Slide 7 - Tekstslide

Welke functie heeft imperator?

Slide 8 - Woordweb

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Video

Ba'al Hammon
De échte oppergod van de Carthagers

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Video

Waarom gebruikt de schrijver hier Jupiter optimus maximus i.p.v.
Ba'al Hammon

Slide 13 - Open vraag

Slide 14 - Tekstslide

Wat is in deze context de beste vertaling voor "a"?
A
van
B
door
C
aan
D
naar

Slide 15 - Quizvraag

Slide 16 - Tekstslide

"vellem" is
A
conjunctief praesens
B
conjunctief imperfectum
C
indicatief futurum sumplex
D
accusatief enkelvoud

Slide 17 - Quizvraag

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

Vertaal je deze "ne" positef, negatief of vragend?
A
positief
B
negatief
C
vragend

Slide 21 - Quizvraag

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Tekstslide

"quam postulo" is een
A
vragende voorwerpszin
B
vragende onderwerpszin
C
vergelijkende bijzin
D
bijvoeglijke bijzin

Slide 24 - Quizvraag

Slide 25 - Tekstslide

Slide 26 - Tekstslide

Welk soort zin zal hierna volgen? (functie en rol)

Slide 27 - Woordweb

Slide 28 - Tekstslide

Slide 29 - Tekstslide

Slide 30 - Tekstslide

Slide 31 - Tekstslide

Welk soort zin zal hierna volgen? (functie en rol)

Slide 32 - Woordweb

Slide 33 - Tekstslide

Wat bedoelt de schrijver met "id"?
A
Hannibal
B
Hannibals vader
C
de eed
D
de schending

Slide 34 - Quizvraag