Drog6

• Nederlands
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 4

Goedemorgen

Als je het niet hebt gedaan (?), lees alinea 1, 2 en 3 van tekst-1 op pagina 220.

Merle van Lier

De schrijfster van dit betoog neemt (uiteraard) in de inleiding een standpunt in. Dat doet ze in alinea-1. 

Wat is haar standpunt? 

Wat is het standpunt van Merle van Lier?

Er is een hoop mis met de inhoud en inrichting van het onderwijs. 

..., want ...

Ik heb niet het idee dat leerlingen goed worden voorbereid op het leven na de middelbare school. 

..., want ....

Het ontbreekt aan aan vakken waarin je over basale zaken leert die volwassen geacht worden te begrijpen. 

+ vier (4) voorbeelden.

De argumenten zijn:

1. Waarderend
2. Feitelijk

In alinea-3:

Wordt weer een argument gegeven bij haar stelling. 

Er is een hoop mis met de huidige inhoud van het onderwijs, want .......

, want...

School hecht onvoldoende belang aan burgerschap(onderwijs).

In alinea 4 en 5 wordt ook een argument genoemd (1 per alinea). Welke zijn dat?

Merle zegt:

"Een deel van het probleem komt voort uit het gebrek aan overeenstemming tussen vakken. Voor verschillende vakken [...] en vervolgens krijgen we bij Engels weer exact hetzelfde te horen." (alinea 5, opdracht 8).

Welke drogreden herken je?

1. Bespelen van publiek
2. Ontduiken van bewijslast
3. Vals dilemma
4. Overhaaste generalisatie.

Maak de vragen af.

Een weerlegging gaat tegen een argument, een tegenargument tegen het standpunt.