Leerjaar 2-les 4-teksstructuur en spreekwoorden

1 / 26
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is het verschil tussen een spreekwoord en een gezegde?
Een spreekwoord bevat altijd een werkwoord (pv) en de kern zit in het tweede deel van de zin, zoals 'na regen komt zonneschijn'.
Een gezegde is een figuurlijke uitdrukking, zoals: 'een nieuwsgierig aagje'.

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Spreekwoord
  • Korte en krachtige vaste uitdrukking met een algemene waarheid of wijsheid.
  • Voorbeeld: de laatste loodjes wegen het zwaarst
  • Betekenis: het laatste gedeelte van iets is het moeilijkst.

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Uitdrukking
  • Combinatie van woorden die samen een eigen, soms figuurlijke betekenis hebben.
  • Voorbeeld: je laatste adem uitblazen.
  • Betekenis: doodgaan. 

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welke spreekwoorden en uitdrukkingen ken je?

Slide 6 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Slide 7 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Wat betekent dit spreekwoord?
Geen blad voor de mond nemen.

timer
1:00

Slide 8 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat betekent dit spreekwoord?
Hoge bomen vangen veel wind.

timer
1:00

Slide 9 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

De stoute schoenen aantrekken.
Wat is de juiste betekenis?
A
Aan iets moeilijks durven beginnen.
B
Niet meer uitgeven dan je kunt besteden.
C
Vervelende dingen doen voor een ander.
D
Een grappige activiteit gaan doen.

Slide 10 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Maak de zin af:
De beste stuurlui...
A
geven antwoord.
B
staan op de boot.
C
staan aan wal.
D
weten het meest.

Slide 11 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Maak de zin af:
Iemand iets op de mouw...
A
breien
B
haken
C
borduren
D
spelden

Slide 12 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Maak de zin af:
Hoog van...
A
de toren roepen.
B
de toren blazen.
C
het gebouw vallen.
D
het gebouw roepen.

Slide 13 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Je nek uitsteken.
Wat is de juiste betekenis?
A
Een bijdrage leveren.
B
Vooruit kijken.
C
Nog onervaren zijn.
D
Risico nemen.

Slide 14 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Met de mond vol tanden staan.
Wat is de juiste betekenis?
A
Met de vervelende gevolgen van iets blijven zitten.
B
Iets zeggen wat je eigenlijk niet had moeten zeggen.
C
Absoluut niet weten wat je moet zeggen.
D
Een belangrijke kans mislopen.

Slide 15 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Het spreekwoordenspel (ong. 20 minuten)
Maak groepjes van 4.
Om de beurt pakt iemand een kaart van de stapel.
De speler die aan de beurt is raadt het spreekwoord
De persoon links van hem, bekijkt de achterkant en controleert het antwoord.
1 punt: juiste spreekwoord
2 punten: juiste betekenis

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 17 - Tekstslide

Schilderij van Breughel met meer dan 100 spreekwoorden. Welke herken je hier? - met je hoofd tegen de muur lopen - Tegen de stroom in - Oogje in het zeil houden - Met armlengte… - Als het kalf verdronken is - Lachen als een boer met kiespijn - Elkaar bij de neus nemen - Zo mak als een lammetje - Op hete kolen zitten - De deksel op de kop hebben - Achter het net vissen - Bij de duivel te biecht gaan - Bij iemand in het krijt staan - De gekken krijgen de beste kaarten - De hond in de pot vinden - De omgekeerde wereld - De teerling is geworpen - Door de mand vallen -Ergens de gek mee steken - onder een hoedje spelen - het is maar hoe de kaarten vallen - de wereld aan je voeten hebben liggen - iets door de vingers zien - Paarlen voor de zwijnen werpen - Op hete kolen zitten - Tot de tanden bewapend zijn.

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aan de slag!!
NuNederlands: KOPPELCODE: 47932
Maak in NuNederlands paragraaf 1.4
Niet af tijdens de les? Dan is het huiswerk.

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies