TL4 - Theme 4 - Grammar 10 (Tenses)

TL4 Theme 4 
Can you believe it?
Doel: 
  • Grammar "tijden"
  • work on theme 4
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

TL4 Theme 4 
Can you believe it?
Doel: 
  • Grammar "tijden"
  • work on theme 4

Slide 1 - Tekstslide

Op de toets: alle tijden!
Present Simple              I walk                   Past Simple   I walked
Present Continuous    I am walking    Past Cont.       I was walking

Present Perfect             I have walked
Past Perfect                    I had walked

Future     I will walk   /   I am going to walk  / I walk / I am walking
              

Slide 2 - Tekstslide

Tegenwoordige Tijd:
Present Simple = feiten en gewoontes
"I always walk to school."   "He never walks to school."
werkwoord / werkwoord + s (bij he/she/it)

Present continuous = nu bezig
"I am walking."    "He is walking."    "We are walking."
 am/is/are + werkwoord + ing

Slide 3 - Tekstslide

Verleden Tijd:
Past Simple = verleden begonnen en afgelopen
"I walked to school."  "He ate his breakfast."
 werkwoord + ed   /   tweede rijtje bij onregelmatig werkwoord

Past Continuous = in verleden een tijdje aan de gang
"I was walking to school."    "We were walking to school."
was/were + werkwoord + ing

Slide 4 - Tekstslide

Voltooide Tijd:
Present Perfect: in verleden begonnen en nu nog zo
"I have walked to school."    "He has eaten his breakfast."
have/has + werkwoord + ed   /  derde rijtje bij onregelmatig ww

Past Perfect: gebeurde voor een andere actie in het verleden
"I had walked to school."     "He had eaten his breakfast."
had + werkwoord + ed  /  derde rijtje bij onregelmatig ww

Slide 5 - Tekstslide

Toekomstige Tijd (1)
Will: iets aanbieden, belofte, besluit, voorspelling zonder bewijs
"I will walk to school."    "He will help you out."
will + hele werkwoord

To be going to: toekomstplannen + voorspelling met bewijs
"I am going to walk to school."   "He is going to help you out."
am/is/are  + going to + hele werkwoord

Slide 6 - Tekstslide

Toekomstige Tijd (2) 
Present Simple: bij vaste roosters, schema's, dienstregeling
"The bus leaves at 20:00."   "The plane departs at 17:15."
hele werkwoord / werkwoord + s (bij he/she/it)

Present continuous: afspraken waarvan tijd/plaats vast staat
"I am visiting my aunt."   "He is having dinner at 19:30."
am/is/are + werkwoord + ing

Slide 7 - Tekstslide

1. "My uncle ______ (live) in Paris for 3 years now."
A
lived
B
has lived
C
was living
D
have lived

Slide 8 - Quizvraag

2. "I ______ (do) my homework when my mum came home."
A
did
B
was doing
C
have done
D
were doing

Slide 9 - Quizvraag

3. "I ______ (eat) dinner before I left for football practice."
A
ate
B
will eat
C
had eaten
D
have eaten

Slide 10 - Quizvraag

4. "My bus ______ (leave) at 7:20 every morning."
A
leave
B
leaves
C
is leaving
D
will leave

Slide 11 - Quizvraag

5. "Just look at those clouds! It ______ (rain) soon!"
A
rains
B
is raining
C
is going to rain
D
will rain

Slide 12 - Quizvraag

6. "Can you be quiet! I ______ (work) on my assignment right now."
A
work
B
was working
C
am working
D
works

Slide 13 - Quizvraag

7. "I ______ (know) him since I was 12."
A
knows
B
knew
C
have known
D
was knowing

Slide 14 - Quizvraag

8. "I ______ (go) to Amsterdam last week."
A
was going
B
have gone
C
does go
D
went

Slide 15 - Quizvraag

9. "Everything ______ (be) alright! I promise!"
A
is going to be
B
will be
C
am being
D
was being

Slide 16 - Quizvraag

10. "I realised I ______ (forget) my book when it was too late."
A
forgot
B
have forgotten
C
was forgetting
D
had forgotten

Slide 17 - Quizvraag

Today:
- Afmaken: hoofdstuk 4, opdracht 3 t/m 10
- Maken: hoofdstuk 4, opdracht 11 & 12 (tijden)
-Maken: hoofdstuk 4, opdracht 19, 20
- Maken Test yourself ( opdr 1, 2, 4)

+ Slim Stampen: hoofdstuk 4, vocabulary A t/m D

Slide 18 - Tekstslide