unit 4 recap

PLATTEGROND
1 / 25
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 1

In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

PLATTEGROND

Slide 1 - Tekstslide

READ FOR 5 MINUTES
timer
5:00

Slide 2 - Tekstslide

Vertaal:

Het konijn van Peter
A
Peter's rabbit
B
the rabbit of Peter
C
Peters rabbit

Slide 3 - Quizvraag

Vertaal:

Het huis van Mees
A
Mees's house
B
Mees' house
C
Meeses house
D
the house of Mees

Slide 4 - Quizvraag

Vertaal:

De kamer van de meisjes
A
the girls' room
B
the girl's room
C
the girls room
D
the room of the girls

Slide 5 - Quizvraag

Vertaal:

De vriendinnen van de jongens
A
the boys' girlfriends
B
the boys girlfriends
C
the girlfriends of the boys
D
the boy's girlfriends

Slide 6 - Quizvraag

Vertaal:

Het dak van het huis
A
the house's roof
B
the houses roof
C
the roof of the house

Slide 7 - Quizvraag

Vertaal:

De dorpen van Engeland
A
the villages of England
B
England's villages
C
Englands villages
D
the villages from England

Slide 8 - Quizvraag

Slide 9 - Tekstslide

wat is de verleden tijd van het werkwoord "break"?

Slide 10 - Open vraag

wat is de verleden tijd van het werkwoord "freeze"?

Slide 11 - Open vraag

wat is de verleden tijd van het werkwoord "go"?

Slide 12 - Open vraag

wat is de verleden tijd van het werkwoord "send"?

Slide 13 - Open vraag

Deze onregelmatige werkwoorden moet je uit je hoofd leren!!!

Slide 14 - Tekstslide

vertaal: "niet roken!"

Slide 15 - Open vraag

vertaal: "luister!"

Slide 16 - Open vraag

vertaal: "aan niemand vertellen!"

Slide 17 - Open vraag

vertaal: "koop deze fiets niet!"

Slide 18 - Open vraag

gebiedende wijs

Slide 19 - Tekstslide

GERUND: kies de juiste werkwoorden

If you _____ me see your invention, I will stop _____ you
to see it all the time.
A
let, ask
B
let, asking
C
letting, asking
D
letting, ask

Slide 20 - Quizvraag

GERUND: kies de juiste werkwoorden

Stop _______ around! You have to start __________ more serious!
A
mess, be
B
messing, be
C
mess, being
D
messing, being

Slide 21 - Quizvraag

GERUND: kies de juiste werkwoorden

I love __________.
A
travel
B
to travel
C
travelling
D
to travelling

Slide 22 - Quizvraag

GERUND: kies de juiste werkwoorden

They stopped _____________ eachother a few months ago.
A
to see
B
seeing
C
see
D
to seeing

Slide 23 - Quizvraag

Slide 24 - Tekstslide

enkelvoud
meervoud
this
that
these
those

Slide 25 - Sleepvraag