• Wat is LessonUp
  • Zoeken
  • Kanalen
‹Terug naar zoeken

futur unité 2 voor h3

le futur
1 / 33
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 33 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

le futur

Slide 1 - Tekstslide

Welke deux exemples du futur tu as écrit in je schrift? Leg uit!

Slide 2 - Tekstslide

en néerlandais par exemple:
ik zal kijken
hij zal luisteren
wij zullen gaan
ze zullen vinden

Slide 3 - Tekstslide

le futur en français
                                                              hele ww + ai
                                                                                    as
                                                                                    a
                                                                                    ons
                                                                                    ez
                                                                                    ont

Slide 4 - Tekstslide


jij zal praten =
A
tu parleras
B
tu parles
C
tu parlais
D
tu as parlé

Slide 5 - Quizvraag

wat zijn de uitgangen van de FUTUR?

Slide 6 - Tekstslide


ik zal kijken =
A
je regarde
B
je regardais
C
j'ai regardé
D
je regarderai

Slide 7 - Quizvraag


il achetera=
A
hij koopt
B
hij kocht
C
hij zal kopen
D
hij heeft gekocht

Slide 8 - Quizvraag

TIP!
in ALLE, maar dan ook ALLE vormen van de FUTUR zit een 
.........R........

Slide 9 - Tekstslide


wij zullen vertrekken =
A
on partait
B
on est parti
C
on part
D
on partira

Slide 10 - Quizvraag

aantekening:
o.a. deze verbes heb ik al eerder geleerd
choisir - finir - partir - sortir - réagir - réussir - réfléchir

rencontrer - retourner - jouer - trouver - rentrer - acheter - dessiner - calculer 

descendre - vendre - prendre - attendre - entendre - suivre - répondre  -->   hier vervalt de E

Slide 11 - Tekstslide

zal je luisteren, Kejo?
A
tu as écouté, Kejo?
B
tu écouteras, Kejo?
C
tu vas écouter, Kejo?
D
tu écoutes, Kejo?

Slide 12 - Quizvraag

elle trouvera
nous tomberons
vous écouterez
il a parlé
ils ont vendu
tu rentreras
je suis descendu
je parlerai
futur
passé 
composé

Slide 13 - Sleepvraag

aantekening: 

  TIP!


Bij de ww op -RE vervalt de laatste E 

j'attendr..ai
il descendr..a
nous répondr..ons

Slide 14 - Tekstslide


hij zal verkopen=
A
il a vendu
B
il vend
C
il vendait
D
il vendra

Slide 15 - Quizvraag


wij zullen een ijsje nemen=
A
on prendra une glace
B
on prend une glace
C
on prendrea une glace
D
on prenait une glace

Slide 16 - Quizvraag

hoe zeg je 'wij zullen uitstappen'?
deze persoon noemt 4 camarades de classe qui répondront

Slide 17 - Tekstslide


vous attendrez=
A
jullie wachten
B
jullie zullen wachten

Slide 18 - Quizvraag


jij zult in het buitenland studeren=
A
tu étudies à l'étranger
B
tu as étudié à l'etranger
C
tu étudieras à l'étranger
D
j'étudierai à l'étranger

Slide 19 - Quizvraag

verzin nu zelf een zin
in de FUTUR

Slide 20 - Woordweb

hoe zeg je 'wij zullen uitstappen'?
deze persoon kiest nog 4 mensen die moeten antwoorden!

Slide 21 - Tekstslide

waar herken je
de FUTUR ook alweer aan?

Slide 22 - Woordweb

hij zal kiezen =

Slide 23 - Open vraag

aantekening: uitzonderingen

ik zal maken - je FERai
ik zal hebben/krijgen - j'AURai
ik zal gaan - j'IRai
ik zal zijn - je SERai

Slide 24 - Tekstslide

tu auras un petit chien=

A
je zal een hondje kopen
B
je zal een hondje krijgen

Slide 25 - Quizvraag

je serai en France
A
ik zal in Frankrijk zijn
B
ik zal naar Frankrijk gaan

Slide 26 - Quizvraag


hij zal er zijn!
A
il y aura
B
il y sera

Slide 27 - Quizvraag


wij zullen nu gaan!
A
nous irons maintenant!
B
on ira maintenant!
C
nous feront maintenant!
D
on fera maintenant!

Slide 28 - Quizvraag

geef 3 voorbeelden van de Franse FUTUR (je mag zelf kiezen welke)

Slide 29 - Open vraag


zullen jullie boodschappen doen?
A
vous aurez les courses?
B
vous ferez les courses?

Slide 30 - Quizvraag


jij zal gaan =
A
tu seras
B
tu feras
C
tu auras
D
tu iras

Slide 31 - Quizvraag


ze zullen krijgen/hebben =
A
ils seront
B
ils auront
C
ils feront
D
ils iront

Slide 32 - Quizvraag

wat vond je van deze
lessonup?

Slide 33 - Woordweb

Meer lessen zoals deze

futur unité 2 voor h3

October 2022 - Les met 31 slides
FransMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

futur unité 2 voor h3

November 2023 - Les met 34 slides
FransMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

H3B 29-11-2021 Futur

November 2021 - Les met 37 slides
FransMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

Futur unité 2 voor h3

February 2024 - Les met 35 slides
FransMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

futur unité 2 voor h3

November 2021 - Les met 40 slides
FransMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

Werkwoorden aller, avoir, être, faire futur simple

February 2022 - Les met 15 slides
FransMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

proef 1 werkwoorden, vergrotende- en overtreffende trap

October 2021 - Les met 29 slides
FransMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

CH1- Grammaire C (futur simple + conditionnel)

October 2023 - Les met 25 slides
FransMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3
LessonUp
Algemene voorwaardenPrivacy StatementCookie StatementContact
Nederlands

Onze cookies

Wij gebruiken cookies om jouw gebruikerservaring te verbeteren en persoonlijke content aan te bieden. Door gebruik te maken van LessonUp ga je akkoord met ons cookiebeleid.

Bewerk instellingen