1hv-4-Voedselproductie en milieu-2

Voedselproductie en milieu
Op tafel:
laptop (nog dicht)
Invulsamenvatting
5 min lezen



timer
5:00
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolmavo, havo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Voedselproductie en milieu
Op tafel:
laptop (nog dicht)
Invulsamenvatting
5 min lezen



timer
5:00

Slide 1 - Tekstslide

Planning
  • Leerdoelen
  • Uitleg
  • Zelfstandig werken
  • Volgende keer

Slide 2 - Tekstslide

Leerdoelen
  • Op welke manieren voedselproductie invloed heeft op het klimaat, milieu en dierenwelzijn.
  • Op welke manier gewasbeschermingsmiddelen gebruikt worden bij de voedselproductie.
  • Welke voedselkeuzes jij zelf kunt maken die beter zijn voor het klimaat, milieu en dierenwelzijn.

Slide 3 - Tekstslide

Wat kun jij doen?

Slide 4 - Tekstslide

Vlees en zuivel
-Grootste impact op milieu
-Veel broeikasgassen 
-Veel veevoer nodig

Slide 5 - Tekstslide

Dierenwelzijn
-Lichamelijke en geestelijke welzijn van dieren

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Video

Vis en overbevissing

-Overbevissing
-Aantasting ecosystemen
-Ongewenste bijvangst
-Energieverbruik boten

Slide 8 - Tekstslide

Keurmerken
-Gevangen vis: msc
-Gekweekte vis: asc

Slide 9 - Tekstslide

Mens

Slide 10 - Tekstslide

Een keertje vega

Slide 11 - Tekstslide

Welke van de volgende opties heeft de minste impact op het milieu?
A
Plantaardige eiwitten
B
Eieren
C
Zuivel
D
Vlees

Slide 12 - Quizvraag

Wat is er nodig om veevoer te produceren voor de productie van vlees en zuivel?
A
Veel landbouwgrond
B
Veel regenval
C
Veel zonlicht
D
Veel kunstmest

Slide 13 - Quizvraag

Waarom is het belangrijk om rekening te houden met het welzijn van dieren?
A
Dieren hebben gevoel en verdienen respectvolle behandeling
B
Dieren hebben geen bewustzijn en voelen geen pijn
C
Dieren zijn er om ons te dienen
D
Dieren zijn minder belangrijk dan mensen

Slide 14 - Quizvraag

Wat is overbevissing?
A
Het vangen van andere dieren dan vissen
B
Vissen alleen op bepaalde dagen vangen
C
Te veel vissen vangen waardoor er niet genoeg over blijft
D
Te weinig vissen vangen

Slide 15 - Quizvraag

Zelfstandig werken



Hoe: fluistertoon overleggen
Hulp: De tekst
Klaar: 1. Samenvatting leren
             2. Ander huiswerk
Vak
Opdracht
Bio
Maken wwje.nl: les 3 t/m een keertje vega

Slide 16 - Tekstslide