§13.5 Data-analyse

§13.5 Data-analyse 
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

In deze les zitten 18 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

§13.5 Data-analyse 

Slide 1 - Tekstslide

Lesdoel
Data kunnen analyseren bij een statistisch onderzoek. 

Slide 2 - Tekstslide

De vier fasen in een statistisch cyclus 
  1. De onderzoeksvraag
  2. Data verzamelen
  3. Data analyseren 
  4. Conclusies trekken 

Slide 3 - Tekstslide

1. De onderzoeksvraag 
Stel Daan en Emma willen onderzoeken of het klimaat in Nederland aan het veranderen is.
Als hoofdvraag kiezen ze: 
Is het klimaat in Nederland na 1900 veranderd? 
Ze bedenken dat dat ze willen kijken naar de temperatuur, de hoeveelheid neerslag en het aantal uren zonneschijn. 

Slide 4 - Tekstslide

1. De onderzoeksvraag 
Stel Daan en Emma willen onderzoeken of het klimaat in Nederland aan het veranderen is.
Als hoofdvraag kiezen ze: 
Is het klimaat in Nederland na 1900 veranderd? 
Ze bedenken dat dat ze willen kijken naar de temperatuur, de hoeveelheid neerslag en het aantal uren zonneschijn. Hun deelvragen zijn: 
  1. Komen hogere temperaturen meer voor vanaf 1980 dan voor 1980?
  2. Komen grotere hoeveelheden neerslag meer voor vanaf 1980 dan voor 1980? 
  3. Is het aantal uren zonneschijn per jaar meer vanaf 1980 dan voor 1980? 

Slide 5 - Tekstslide

1. De onderzoeksvraag 
Stel Daan en Emma willen onderzoeken of het klimaat in Nederland aan het veranderen is.
Als hoofdvraag kiezen ze: 
Is het klimaat in Nederland na 1900 veranderd? 
Ze bedenken dat dat ze willen kijken naar de temperatuur, de hoeveelheid neerslag en het aantal uren zonneschijn. Hun deelvragen zijn: 
  1. Komen hogere temperaturen meer voor vanaf 1980 dan voor 1980?
  2. Komen grotere hoeveelheden neerslag meer voor vanaf 1980 dan voor 1980? 
  3. Is het aantal uren zonneschijn per jaar meer vanaf 1980 dan voor 1980? 

Bij het onderzoek naar klimaatverandering spelen meer variabelen dan temperatuur, neerslag en zonneschijn een rol. Noem nog zo'n variabele en formuleer hierbij een deelvraag. 

Slide 6 - Tekstslide

2. Data verzamelen
Data-bronnen 
  • Informatie over het weer en klimaat op knmi.nl
  • Gegeven over Nederland en inwoners op CBS.nl 

Slide 7 - Tekstslide

1. De onderzoeksvraag 
Stel Daan en Emma willen onderzoeken of het klimaat in Nederland aan het veranderen is.
Als hoofdvraag kiezen ze: 
Is het klimaat in Nederland na 1900 veranderd? 
Ze bedenken dat dat ze willen kijken naar de temperatuur, de hoeveelheid neerslag en het aantal uren zonneschijn. Hun deelvragen zijn: 
  1. Komen hogere temperaturen meer voor vanaf 1980 dan voor 1980?
  2. Komen grotere hoeveelheden neerslag meer voor vanaf 1980 dan voor 1980? 
  3. Is het aantal uren zonneschijn per jaar meer vanaf 1980 dan voor 1980? 

Bij het onderzoek naar klimaatverandering spelen meer variabelen dan temperatuur, neerslag en zonneschijn een rol. Noem nog zo'n variabele en formuleer hierbij een deelvraag. 
=> Bijvoorbeeld aantal vorstdagen. Is het aantal vorstdagen vanaf 1980 kleiner dan voor 1980? 

Slide 8 - Tekstslide

3. Data analyseren 
Daan en Emma telden hoeveel jaren van de top-10 met de hoogste gemiddelde temperatuur voorkwamen na 1980. Dit deden ze ook voor de grootste neerslagsom en het grootste aantal uren zonneschijn. 

Andere mogelijkheden om data te analyseren: 
- Betrouwbaarheidsintervallen berekenen
- Diagrammen maken 
- Verschil bepalen bij twee groepen 

Slide 9 - Tekstslide

2. Data verzamelen
Data-bronnen:
  • Informatie over het weer en klimaat op knmi.nl
  • Gegeven over Nederland en inwoners op CBS.nl 

Is er een onderzoek waarover geen gegevens beschikbaar zijn dan neem je bijvoorbeeld een enquête af. 
Bij een enquête neem je een steekproef uit de populatie. 
Belangrijk: steekproef representatief. Dus het is een goede weergave van de totale populatie. 
Representatieve steekproef voldoende groot en aselect. 

Steekproef is aselect als elk element van de populatie dezelfde kans heeft om in de steekproef voor te komen. 

Slide 10 - Tekstslide

3. Data analyseren - verschil bepalen
Bij nominale variabelen
Kwalitatieve variabele
Bij ordinale variabelen
Kwalitatieve variabele


Kwantitatieve variabelen 
- phi
- max. Vcp 

- effectgrootte 
- boxplot vergelijken

Slide 11 - Tekstslide

4. Conclusie trekken 
Kun je uit de gegevens die je hebt verzameld en de date die je hebt geanalyseerd een conclusie trekken? Wat betekent het resultaat van de data-analyse voor de onderzoeksvraag? Ontbreken er gegevens? 

Bij het trekken van conclusies kunnen er veel vragen opdoemen. Deze vragen probeer je vervolgens te beantwoorden door (een deel van) de statistische cyclus opnieuw te doorlopen. 

Slide 12 - Tekstslide

4. Conclusie trekken 
Kun je uit de gegevens die je hebt verzameld en de date die je hebt geanalyseerd een conclusie trekken? Wat betekent het resultaat van de data-analyse voor de onderzoeksvraag? Ontbreken er gegevens? 

Bij het trekken van conclusies kunnen er veel vragen opdoemen. 
Deze vragen probeer je vervolgens te beantwoorden 
door (een deel van) de statistische cyclus opnieuw te doorlopen. 

Slide 13 - Tekstslide

Opgave 1: 
Daan en Emma hebben de gegevens verzameld. Bereken met het formuleblad of het verschil in jaartemperatuur tussen de periode 1901-1979 en de periode 1980-2014 groot, middelmatig of gering is. 
gem.
stand.afw.
1901-1979
10,10
0,73
1980-2014
11,07
0,92
Jaartemperatuur in graden

Slide 14 - Tekstslide

Opgave 1 - uitwerking
Daan en Emma hebben de gegevens verzameld. Bereken met het formuleblad of het verschil in jaartemperatuur tussen de periode 1901-1979 en de periode 1980-2014 groot, middelmatig of gering is. 
gem.
stand.afw.
1901-1979
10,10
0,73
1980-2014
11,07
0,92
Jaartemperatuur in graden
E=0,5(0,92+0,73)11,0710,10
E1,18
Dus omdat  E>1,18 is het verschil volgens het formuleblad  groot. 

Slide 15 - Tekstslide

Opgave 2: 
Daan en Emma hebben bij het onderzoek naar klimaatverandering ook een enquête gehouden onder docenten en leerlingen van de school. Bereken met het formule blad of het verschil in antwoorden tussen docenten en leerlingen groot, middelmatig of gering is. 
Ja
Nee
docenten
18
7
25
leerlingen
23
25
48
41
32
73
Docenten en leerlingen die de vraag over regen in Nederland hebben beantwoord.

Slide 16 - Tekstslide

Opgave 2 - uitwerking
Daan en Emma hebben bij het onderzoek naar klimaatverandering ook een enquête gehouden onder docenten en leerlingen van de school. Bereken met het formule blad of het verschil in antwoorden tussen docenten en leerlingen groot, middelmatig of gering is. 

phi

phi

Ja
Nee
docenten
18
7
25
leerlingen
23
25
48
41
32
73
Docenten en leerlingen die de vraag over regen in Nederland hebben beantwoord.
Dus omdat  0,2<phi<0,4 is het verschil volgens het formuleblad middelmatig
=25484132(1825)(723)
0,23

Slide 17 - Tekstslide

Werken aan 
wiskunde
Hoe?
Zelfstandig 
Hoe lang?
 ±15 minuten

Wat?
Weektaak 3:
§13.4: 20 t/m 26
§13.5: 27 t/m 30  
Klaar?
Weektaak nakijken

Slide 18 - Tekstslide