231005 Pincode 1.4 TH

• Economie
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 2

§ 1.4 Kom je uit met je geld?

Pincode VMBO-TH  ||  S2F

Economie les 9 oktober 2023

Meneer Van den Heuvel

Leerdoelen deze les:

• Je weet welke soorten inkomen en uitgaven er zijn
• Je kunt een begroting van je inkomsten en uitgaven opstellen
• Je kunt bedragen omrekenen van week naar maand en omgekeerd

Welke soorten inkomsten ken je?

We kennen de volgende soorten inkomsten

1. Loon / salaris
2. Winst
3. Uitkering (WW / kinderbijslag)
4. Zakgeld / kleedgeld

Welke soorten uitgaven ken je?

We kennen de volgende soorten uitgaven

1. Vaste lasten
2. Huishoudelijke / dagelijkse uitgaven
3. Incidentele uitgaven

Waar of niet waar:

Een maand bestaat uit 4 weken

1. Waar
2. Niet waar

Je zakgeld is op dit moment € 20,- per maand. Hoeveel euro is dit per week?

1. € 5,00
2. € 5,52
3. € 4,00
4. € 4,62

Uitkomst vorige vraag:

Per maand krijg je € 20,00 zakgeld

Per jaar is dit dan --> € 20,00 x 12 (maanden) = € 240,00

Om te weten hoeveel het per week is, deel je door 52 (weken)

€240,00 : 52 = € 4,62

We draaien het om: je zakgeld is op dit moment € 5,50 per week. Hoeveel euro is dit per maand?

1. € 23,75
2. € 23,83
3. € 22,00
4. € 22,50

Uitkomst vorige vraag:

Per week krijg je € 5,50 zakgeld

Per jaar is dit dan --> € 5,50 x 52 (weken) = € 286,00

Om te weten hoeveel het per maand is, deel je door 12 (maanden) --> €286,00 : 12 = € 23,83

Een begroting is een overzicht van je verwachte ..1.. en verwachte ..2.. voor de komende periode.

Sleep de juiste twee begrippen naar het woord begroting hieronder.

BEGROTING

Behoeften

Producten

Uitgaven

Inkomsten

Levensduur

Maak de begroting van opdracht 57

Inkomsten

Bijdrage leerlingen

22 x € 1,50 = € 33,00

Bijdrage school = € 10,00

Totaal = € 43,00

Uitgaven

Frisdrank = €22,00

Chips en snacks = €15,00

Versiering = € 6,00

Totaal = € 43,00

Waar willen jullie nog meer uitleg over de volgende keer?

Omrekenen van maand naar week

Begroting

Soorten inkomsten en uitgaven

Geen extra uitleg, ik snap alles

Alles, ik snap er geen bal van!

Huiswerk volgende les

Lezen bladzijde 20, 21 en 22

Maken opdracht 43 tot en met 52