Oefentoets hoofdstuk 7

Oefentoets Hoofdstuk 7
Klas 3
1 / 26
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Oefentoets Hoofdstuk 7
Klas 3

Slide 1 - Tekstslide

Het bakken van een taart is productie.
Het bakken van een taart door een bakkerij is:
A
Formele productie
B
Informele productie

Slide 2 - Quizvraag

Voor wie geld een CAO?
A
iedereen binnen een bedrijfstak
B
alle werknemers van NL
C
iedereen van een bepaald bedrijf

Slide 3 - Quizvraag

In de …(a)… staan arbeidsvoorwaarden die gelden voor iedereen in een bepaalde …(b)…, zoals het onderwijs of de glastuinbouw.
(vul a en b in)
A
(a) arbeidsovereenkomst (b) bedrijfstak
B
(a) vakbond (b) CAO
C
(a) CAO (b) bedrijfstak
D
(a) CAO (b) vacature

Slide 4 - Quizvraag

Welk van de antwoorden is ONJUIST?
A
de consument betaalt 1290 euro voor een scooter
B
de toegevoegde waarde door de scooterfabriek is 670 euro
C
de eerste schakel bestaat vaak uit de agrarische sector
D
de scooterwinkel voegt de minste waarde toe

Slide 5 - Quizvraag

Tertiaire sector
Quartaire sector
Primaire sector
Secundaire sector

Slide 6 - Sleepvraag

Tine gaat aan de slag in een restaurant. Ze heeft een proeftijd van 4 weken. Na 1 week belt Tine het restaurant op om te zeggen dat ze niet meer komt. Het valt niet te combineren met school. Mag dit?
A
Neen, want het restaurant kan niet zo snel vervanging vinden.
B
Neen, want ze moet haar proeftijd eerst uitdoen.
C
Ja, want in de proeftijd kan ze ten alle tijden ontslag nemen.
D
Ja, want je kan altijd zomaar ontslag nemen, proeftijd of niet.

Slide 7 - Quizvraag

Tot welke
sector hoort
de Efteling?
A
Primaire sector
B
Tertiaire sector
C
Secundaire sector
D
Quartaire sector

Slide 8 - Quizvraag

wat is geen arbeidsmotief?
A
dagbesteding
B
zinvol bezig zijn
C
omdat het moet
D
om je te ontwikkelen

Slide 9 - Quizvraag

Besloten Vennootschap
Naamloze Vennootschap
Eenmanszaak
Vennootschap onder firma
Stichting
Zelfstandige Zonder Personeel
Onderneming met één of meerdere eigenaren als aandeelhouder. Deze aandelen zijn niet voor iedereen te koop.
Een onderneming met één of meerdere eigenaren. Bij deze ondernemingsvorm is er geen sprake van aandelen.
Onderneming waarvan één persoon de eigenaar is én personeel in dienst kan hebben. De eigenaar is privé-aansprakelijk voor schulden.
Dit bedrijf heeft aandeelhouders. Deze aandeelhouders zijn (meestal) onbekend en veranderen dagelijks
Iemand die voor zichzelf werkt. Heeft geen personeel in dient en heeft meestal een eenmanszaak.
Streeft niet naar winst, maar wil een doel behalen.

Slide 10 - Sleepvraag

Je bent persoonlijk aansprakelijk bij een ...
A
BV en VOF.
B
Eenmanszaak en VOF.
C
Eenmanszaak en BV.
D
VOF en NV.

Slide 11 - Quizvraag

DYKA BV gaat failliet op wie gaat de curator de schulden verhalen?
A
De eigenaar
B
De aandeelhouders
C
De BV zelf
D
De werknemers

Slide 12 - Quizvraag

Lisa heeft een goed idee. Ze wil een container met zonnebrillen uit Vietnam kopen
voor € 18.000. Ze maakt er zelf pakketjes van en plakt er etiketten op.
Ze maakt ook zelf een website waarop mensen kunnen bestellen.
Reclame voor de website kost € 250 / Verpakkingen kosten € 300 / Etiketten kosten € 50
Transport van de container én het bezorgen van de pakketjes kost samen € 1.200
Ze denkt dat ze 3.600 pakketjes kan verkopen, voor € 12 per stuk.
Bereken hoeveel toegevoegde waarde Lisa verwacht te verdienen op de hele partij.

Slide 13 - Open vraag

Bij welke sector hoort het werk op de afbeelding?
A
primaire sector
B
secundaire sector
C
tertiaire sector
D
quartaire sector

Slide 14 - Quizvraag

Wat zijn voorbeelden van informele productie?
A
A en B
B
B en C
C
C en D
D
A en D

Slide 15 - Quizvraag

Je werkt bij de ijssalon als 16 jarige. Het minimumloon is € 3,76 per uur, je krijgt een loon van € 3,98. Mag dit?
A
Ja
B
Nee

Slide 16 - Quizvraag

Een collectieve arbeidsovereenkomst is een overkomst tussen ..
A
werkgever en werknemer
B
werknemer en vakbond
C
vakbond en werkgever
D
werknemer en werknemer

Slide 17 - Quizvraag

Wat is:
Regels en afspraken over leeftijd werktijden en pauzes?
A
ARBO-wet
B
Arbeidstijdenwet
C
Arbeidsovereenkomst
D
Minimumloon

Slide 18 - Quizvraag

De bedrijfskolom van een zak chips bestaat uit vijf schakels. Zet de schakels op de juiste plaats in de bedrijfskolom. Begin bovenaan met het bedrijf uit de primaire sector.
opkoper aardappelen
aardappelteler
groothandel
chipsfabriek
supermarkt

Slide 19 - Sleepvraag

Vaste baan
Tijdelijke baan
Flexibele baan
Arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd.
Je hebt werk voor een afgesproken periode
Je werkt alleen als je werkgever je nodig heeft.

Slide 20 - Sleepvraag

Hoe produceert een timmerman?
A
arbeidsintensief
B
kapitaalintensief

Slide 21 - Quizvraag

Wat is een verschil tussen een stichting en een bv?
A
Een stichting heeft geen doel, een bv wel.
B
Het doel van een bv winst, het doel van een stichting is niet op winst gericht.
C
Een bv is geen rechtspersoon, een stichting is dat wel.
D
Een stichting is geen rechtspersoon, een bv is dat wel.

Slide 22 - Quizvraag

Lees onderstaand bericht. Gaat dit bericht over formele productie of informele productie? Leg je antwoord uit.

Slide 23 - Open vraag

In het staafdiagram (afb. 8) staan gegevens over de
productie in Nederland.

Gaan deze cijfers over de formele productie of over de
informele productie? Leg je antwoord uit.

Slide 24 - Open vraag

Mila werkt als onderwijsassistent op een middelbare school. Ze wordt betaald volgens loonschaal 5, periodiek 6. Elk jaar na haar verjaardag in augustus krijgt ze er een periodiek bij. Door een extra opleiding, wordt ze in januari bevorderd naar schaal 6. Bereken het indexcijfer van haar nieuwe loon in januari. Haar oude loon heeft het indexcijfer 100.

Slide 25 - Open vraag

Klaar?
PO DROOMBAAN

of:
Afmaken paragraaf 7.1 t/m 7.4 + 7.7

Slide 26 - Tekstslide