Oefenen PW Ecologie

Catalpa
In een tuin staat een Catalpa(boom), die grote wortels heeft welke het gazon kapot maken. Dit vind mevr. Jansen vervelend. de wortels worden aangetast door een bacterie. Hierdoor groeit de boom scheef. En geeft die niet de juiste schaduw op het terras van mevr. Jansen.
1 / 30
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo b, k, tLeerjaar 3,4

In deze les zitten 30 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.

Onderdelen in deze les

Catalpa
In een tuin staat een Catalpa(boom), die grote wortels heeft welke het gazon kapot maken. Dit vind mevr. Jansen vervelend. de wortels worden aangetast door een bacterie. Hierdoor groeit de boom scheef. En geeft die niet de juiste schaduw op het terras van mevr. Jansen.

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welke 2 biotische factoren worden in de tekst genoemd?

Slide 2 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Planten doen aan fotosynthese. Wat heb je hierbij nodig?

Slide 3 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke 2 typen factoren hebben invloed op de grootte van een populatie muizen?
A
biotische en voedsel
B
a-biotische en regen
C
a-biotische en biotische
D
voedsel en het weer

Slide 4 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Waarmee begint elke voedselketen?

Slide 5 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Maak een correcte voedselketen

Slide 6 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

T3
R9
kringloop
voedselketen
voedselweb

Slide 7 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Sleep de juiste afbeeldingen 
naar de juist voedselketen
Voedselketen 2
Voedselketen 1

Slide 8 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoe heet deze grafiek?

Slide 9 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Dieren zoals kleine kevers en vliegen die afval eten van andere dieren horen bij de
A
Producenten
B
Consumenten
C
Reducenten

Slide 10 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat zijn schimmels en bacteriën?
A
Producenten
B
Consumenten
C
Reducenten

Slide 11 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Afvaleters
Consumenten
Reducenten

Slide 12 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke twee groepen organismen behoren tot de reducenten?

Slide 13 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies


Piramide van aantallen
In de afbeelding zie je vier piramiden van aantallen.
  
Welke piramide hoort bij de keten
plant -> bladluis -> lieveheersbeestje?
A
piramide A
B
piramide B
C
piramide C
D
piramide D

Slide 14 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke voedselketen is goed genoteerd?
A
1
B
2
C
3
D
4

Slide 15 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies


Sloot
In een sloot komen de volgende soorten organismen voor:
    1) alg;               4) stekelbaars;
    2) baars;          5) watervlo.
    3) snoek;
   
Welke reeks kan een voedselketen van deze soorten weergeven?
   

A
1 – 2 – 4 – 5 – 3
B
1 – 5 – 4 – 2 – 3
C
5 – 1 – 3 – 4 – 2
D
5 – 4 – 2 – 3 – 1

Slide 16 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Kan een konijn de eerste schakel zijn in een voedselketen? leg je antwoord uit.

Slide 17 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

De mens is een
A
teenganger
B
hoefganger
C
zoolganger

Slide 18 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Abiotische factor
Biotische factor
Temperatuur
Roofdieren
Voedsel
Neerslag
Bacterie
Bescherming door struiken

Slide 19 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Zet de niveaus van ecologie van klein naar groot.           (1 = de kleinste, 4 = de grootste)
Niveau 1
Niveau 2
Niveau 3
Niveau 4
Levensgemeenschap

Populatie

ecosysteem

individu

Slide 20 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Een bos is een voorbeeld van een
A
Individu
B
Levensgemeenschap
C
Ecosysteem

Slide 21 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

De iep is een boom die goed tegen zoute zeewind kan, is zeewind een abiotische of een biotische factor?
A
Biotisch
B
Abiotisch

Slide 22 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Is een teek bij een hond een producent, consument of reducent?
A
Producent
B
Consument
C
Reducent

Slide 23 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Camouflage van een dier is een aanpassing aan de leefomgeving
A
Waar
B
Niet waar

Slide 24 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Plaats het voedsel bij de juiste snavel.
haak snavel
pincetsnavel
priemsnavel
kegelsnavel
scheefsnavel
insecten en larven uit boombast
insecten en kleine zaden
zaden
en bessen
waterplanten en -dieren
vlees

Slide 25 - Sleepvraag

Sleepvraag
Vraag: Hebben jullie goed op de video gelet? Welk voedsel hoort bij welke snavel?
Doe: Sleep het voedsel naar de juiste snavel. 

Vraag: Waarom heeft iedere vogel een andere snavel?
Antwoord: Iedere soort vogel eet andere dingen. De snavels zijn zo gebouwd dat ze het voedsel dat de vogel eet makkelijk kunnen vastpakken, vangen, plukken of oprapen
haaksnavel
zeefsnavel
pincetsnavel
kegelsnavel
Sleep de afbeelding van de soort snavel en het soort voedsel naar het juiste hokje.

Slide 26 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

In de afbeelding is de poot van een vogel getekend.
Van wat voor vogel kan de poot zijn?
A
Van een loopvogel
B
Van een roofvogel
C
Van een zangvogel

Slide 27 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

deze poten zijn van een?
A
steltloper
B
loopvogel
C
roofvogel
D
watervogel

Slide 28 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

zoolganger
teenganger
topganger
zoolganger

Slide 29 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

hoefganger
zoolganger
teenganger

Slide 30 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies