20240212 - De Passie Utrecht 1/3 - TtT - EmRo

Emma-Rose
1 / 36
volgende
Slide 1: Tekstslide
LiteratuurMiddelbare schoolvmbo lwooLeerjaar 3

In deze les zitten 36 slides, met interactieve quiz, tekstslides en 4 videos.

Onderdelen in deze les

Emma-Rose

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat hoop je hier te halen?

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


Vandaag

  • Uitleg over Remind
  • Module: onthouden
  • Oefenen met coachen

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 4 - Tekstslide

Dit is een voorbeeldles speciaal voor de mentor en niet bedoeld om te geven aan de klas.

Lees deze handleiding om het maximale uit je lessen te halen!

Dit is een titelslide.
Elke module begint met een titelslide.
Hierop vind je:
  • Het module-inzicht
  • Het lesinzicht
  • Eventueel extra informatie
Wij willen... 
Jonge mensen aanzetten om slim zichzelf te zijn.

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Ontdekkingsreis
Hersenen 
Onthouden
Plannen
Wilskracht
Concentreren
Slim teksten leren
Creativiteit
Motivatie
Samenwerken

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Ontdekkingsreis

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Ontdekkingsreis

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


Zelfdeterminatietheorie
Intrinsieke motivatie stimuleren door:

  • Autonomie: Ik kan zelf kiezen.
  • Competentie: Ik kan het!
  • Verbondenheid: Ik doe ertoe in de ogen van de ander(en).
*Theory of self-determination, Deci & Ryan (1985 -> 2023)

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


Competentie
  • Gevoel van competentie vergroten door succeservaring
  • Bewust worden van het feit dat effectieve methoden je competentie verhogen en dat je hier invloed op hebt

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


Competentie

Om het gevoel van competentie bij leerlingen te vergroten, kunnen we succeservaringen creëren door gebruik te maken van effectieve methoden om informatie te onthouden

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 12 - Tekstslide

  • Introduceer en enthousiasmeer voor de module onthouden.

Doel:  Introduceren van, en enthousiasmeren voor de module onthouden! Laten
zien dat jij ze iets kan vertellen over onthouden, dat ze willen horen (relevantie).
Essentie: Beter worden in onthouden in mogelijk en is voor iedereen handig. Onthouden is een vaardigheid die je door oefenen kunt verbeteren

Slide 13 - Tekstslide

Extra informatie
De check is er om de huidige aanpak van de leerlingen te ontdekken. Het kan een vraag, opdracht of test zijn en er zijn geen goede of foute antwoorden. Het is puur om te ontdekken welke strategieën of technieken de leerlingen nu gebruiken.
Op pagina 9 van het Slim Jezelf Zijn-boek staat een voorbeeld van de check. 

  • Er verschijnen zo na elkaar 10 woordparen in beeld (zoals trui - fiets)

  • Onthoud welke woorden bij elkaar horen
    (zonder ze op te schrijven) 
De woordparentest

Slide 14 - Tekstslide

  • Lees de instructie op de slide voor.
  • Leg alvast uit hoe het straks overhoord gaat worden
Extra informatie
In het filmpje (op de volgende slide) komen één voor één 10 woordparen in beeld. Aan de leerlingen de taak om deze te onthouden. Vervolgens zal bij het tweede filmpje telkens één van de twee woorden worden getoond en moeten de leerlingen het andere woord opschrijven.
Voorbeeld: het woordpaar is trui - fiets. Dan krijgen de leerlingen bij het tweede filmpje alleen het woord 'trui' te zien en moeten zij dus het woord 'fiets' opschrijven.

Slide 15 - Video

Deze slide heeft geen instructies


  • Pak je pen en papier of je boek op p. 31

  • Schrijf het woord op dat hoort bij het woord 
op het scherm 
We gaan overhoren!

Slide 16 - Tekstslide

  • Lees de instructie op de slide voor.
  • Leg alvast uit hoe het straks overhoord gaat worden
Extra informatie
In het filmpje (op de volgende slide) komen één voor één 10 woordparen in beeld. Aan de leerlingen de taak om deze te onthouden. Vervolgens zal bij het tweede filmpje telkens één van de twee woorden worden getoond en moeten de leerlingen het andere woord opschrijven.
Voorbeeld: het woordpaar is trui - fiets. Dan krijgen de leerlingen bij het tweede filmpje alleen het woord 'trui' te zien en moeten zij dus het woord 'fiets' opschrijven.

Slide 17 - Video

Deze slide heeft geen instructies


Kijk je antwoorden na
6. Papierlade - Koffiepad
7. Gladiator - Marsmannetje
8. Verfkwast - Mama
9. Pen - Bierglas
10. Water - Kussensloop

1. Beer - T-shirt
2. Tuinhekje - Shampoo
3. Koffie - Gordijn
4. Afrika - Kussensloop
5. Boekenkast - Kaasschaaf

Slide 18 - Tekstslide

  • Laat de leerlingen hun antwoorden nakijken. 

Slide 19 - Tekstslide

Extra informatie
Tijdens het ervaren krijgen leerlingen wetenschappelijke theorie en slimme leertips uitgelegd waar ze vervolgens mee aan de slag gaan. Het doel is dat ze ontdekken hoe de aangeboden kennis, technieken en/of strategieën voor hen werken. Hierin is het belangrijk dat de leerlingen het zelf gaan ervaren. Alleen dan kunnen ze kiezen wat ze hier verder mee willen doen. Voor meer informatie, zie p. 12 en 13 van het Slim Jezelf Zijn-boek.

Associëren... 

... is het aan elkaar koppelen van informatie. 
Dit kunnen je hersenen ontzettend goed. Hoe meer associaties je bij iets maakt, hoe makkelijker je het onthoudt. Ezelsbruggetjes zijn hier een goed voorbeeld van.


Slide 20 - Tekstslide

  • Leg uit wat associëren inhoudt aan de hand van de tekst op de slide. 
  • Vraag eventueel aan een aantal leerlingen of ze een voorbeeld van een associatie kunnen geven. 
Extra informatie: 
De hersenen leggen van nature allemaal verbindingen tussen informatie. Dit kan gaan om feitelijke kennis maar ook over emoties of zintuigelijke waarnemingen zoals beelden, geuren en geluiden. Hoe meer informatie er aan iets is gekoppeld hoe "belangrijker" het als het ware is voor je brein, waardoor je het makkelijker onthoudt. Door meer associaties te maken vergroot je de kans om informatie van je kortetermijngeheugen naar je langetermijngeheugen over te brengen.
Een voorbeeld van een associatie is dat je het strand bijvoorbeeld associeert met vakantie, zon, meeuwen en de zoute smaak van de zee.

Ter verduidelijking zou je de volgende metafoor kunnen gebruiken: 
als je een ruimte in wil met maar 1 deur, en die deur zit een beetje verstopt, is het veel moeilijker om die ruimte in te komen dan als er meerdere deuren naar dezelfde ruimte toe gaan. 


Visualiseren  

Het bedenken van een beeld is een sterke manier van associëren. Je hersenen zijn namelijk ontzettend goed in het bedenken en onthouden van plaatjes. Denk maar eens niet aan een roze olifant... 


Slide 21 - Tekstslide

  • Leg uit wat visualiseren inhoudt, aan de hand van de tekst op de slide. 
  • Wie zag er allemaal toch een roze olifant? Of een ander soort olifant?
  • Vraag eventueel de leerlingen om aan andere voorwerpen (bijvoorbeeld gereedschapskist, hangmat, bureau) te denken en vraag of/wat ze voor zich zien. 
Extra informatie
Veel zullen ondanks het woordje 'niet' toch een roze olifant voor zich zien. Dit laat zien hoe sterk het denken in beelden is, dat gaat veel sneller dan het verwerken van woorden. Hier kan je dan ook slim gebruik van maken om dingen makkelijker te onthouden. 

Denken in plaatjes 

We kunnen heel veel informatie opslaan door te denken in plaatjes. Als je twee woorden samen wilt onthouden, kan dat door de woorden samen in één beeld voor je te zien.


Slide 22 - Tekstslide

  • Lees de tekst op de slide voor.


Hoe gekker hoe beter

Hoe opvallender het beeld, hoe makkelijker je het onthoudt. Maak het plaatje daarom groot, grappig, sexy of bizar!

Slide 23 - Tekstslide

  • Lees de tekst op de slide voor.
  • Leg uit dat een beeld groots, bizar, grappig of sexy maken goed werkt omdat je het plaatje dan aansprekend maakt op een manier waarop we biologisch aangelegd zijn om het goed te onthouden.

Probeer het eens met strandbal - vliegtuig
Hoe kan je hier één gek beeld van maken?

Slide 24 - Open vraag

  • Laat de leerlingen de vraag beantwoorden.
  • Laat vervolgens enkele leerlingen een poging doen om het beeld nóg gekker te maken.
Een visualisatie maken bij een voorwerp is nog best makkelijk. Probeer het eens met de volgende onderwerpen:


  • Je eigen achternaam
  • Criminaliteit
  • Een dilemma
  • Energie 
timer
1:00
Next level!

Slide 25 - Tekstslide

  • Lees de tekst op de slide voor.
  • De leerlingen hebben hiervoor weer een leeg blaadje nodig.

We gaan het uitproberen

Pas het bedenken van plaatjes nu toe op 
woordparentest 2. Er komen dit keer 20 woordparen in beeld die je moet onthouden.

Slide 26 - Tekstslide

  • Lees de tekst op de slide voor.
  • De leerlingen hebben hiervoor weer een leeg blaadje nodig.

Vier tips
  1. Maak van de twee woorden één beeld in je hoofd.
  2. Maak het beeld zo gek mogelijk.
  3. Houd vast aan het eerste beeld dat in je opkomt.
  4. Herhaal NIET.

Slide 27 - Tekstslide

  • Lees de tekst op de slide voor.

Slide 28 - Video

Deze slide heeft geen instructies


  • Pak je pen en papier of boek op p. 34

  • Schrijf het woord op dat hoort bij het woord 
op het scherm 
We gaan overhoren!

Slide 29 - Tekstslide

  • Lees de instructie op de slide voor.
  • Leg alvast uit hoe het straks overhoord gaat worden
Extra informatie
In het filmpje (op de volgende slide) komen één voor één 10 woordparen in beeld. Aan de leerlingen de taak om deze te onthouden. Vervolgens zal bij het tweede filmpje telkens één van de twee woorden worden getoond en moeten de leerlingen het andere woord opschrijven.
Voorbeeld: het woordpaar is trui - fiets. Dan krijgen de leerlingen bij het tweede filmpje alleen het woord 'trui' te zien en moeten zij dus het woord 'fiets' opschrijven.

Slide 30 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Kijk je antwoorden na
1. TV- Kiezelsteen
2. Pianostemmer - Hamer
3. Brandtrap - Bloem
4. Schilderij - Bikini
5. Rupsband - Laptop
6. Thee - Industrieterrein
7.  Speeltuin - Broek
8. Knop - Gordijn
9. Bedlinnen - E-mail
10. Surfplank - Oven
11. Douche - Schoenen
12. Barman - Schroef
13. Kapstok - Jojo
14. Lampenkap - Boer
15. Tafel - Klimop
16. Fietsenhok - Rook
17. Blaadje - Chips
18. Eiland - Gootsteen
19. Stereo - Poster
20. Mok - College

Slide 31 - Tekstslide

  • Laat de leerlingen hun antwoorden nakijken.

Verbondenheid: hoe doen wij dat?

  1. Wij proberen zelf het beste voorbeeld van onze boodschap te zijn.

  2. Wij nemen een rol aan die stimulerend is voor het leerproces.

Slide 32 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Verschillende rollen
Geïnteresseerde vreemdeling:
  • Intentie om te luisteren
  • Interesse als motivatie
  • Niet sturend
  • Gericht op het proces
  • Vragend
  • Dialoog
Kritische vriend:
  • Intentie om te helpen
  • Liefde als motivatie
  • Sturen op verbetering
  • Gericht op het resultaat
  • Oordelend
  • Advies geven

Slide 33 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


Rollenspel


  • Tweetallen/drietal: leerling, tutor, observator
  • Alleen de 'observator' en de ‘leerling’ mogen de case inzien!!
  • Leerling komt met probleem naar tutor toe (zie werkblad)
  • Tutor gaat leerling proberen te helpen
  • Observator geeft achteraf feedback aan tutor (+ houdt tijd bij)
  • Doorwisselen
  • Per ronde: 5 minuten oefenen, 3 minuten feedback
timer
5:00
timer
3:00

Slide 34 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 35 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

- wat neem je mee? Wat ga je gebruiken tijdens het coachen?
- Waar heb je behoefte aan voor de volgende keer?

Slide 36 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies