SVO Frisdranken

1 / 26
volgende
Slide 1: Tekstslide
Koude drankenMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 5 videos.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

welke frisdranken drink jij regelmatig

Slide 2 - Woordweb

Slide 3 - Tekstslide

waaruit bestaat een frisdrank

Slide 4 - Open vraag

hoeveel gram suiker zit erin een glas,
250 ml, cola?
A
27 gram
B
35 gram
C
15 gram
D
40 gram

Slide 5 - Quizvraag

Slide 6 - Tekstslide

onder de 20 kcal
max 30 kcal
minder dan 2 kcal
rond de 40 kcal

cassis
fanta light
Rivella
smaak
 water

Slide 7 - Sleepvraag

Slide 8 - Tekstslide

We drinken tegenwoordig veel energie dranken, maar waar bestaan deze uit?

Slide 9 - Open vraag

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

wanneer noemen we een drank een vruchtendrank?
A
als er foto's van vruchten op het etiket staan
B
als er minimaal 75% water in zit
C
als de drank voor minimaal 25% uit vruchtensap bestaat
D
als op het pak staat dat het vers geperst sap bevat

Slide 12 - Quizvraag

Wat moet je doen om geconcentreerd vruchtensap te krijgen?
A
heel hard op een pak sap drukken
B
al het vocht uit vruchten sap halen
C
al het sap uit een vrucht drukken
D
vruchten uitpersen en het sap invriezen

Slide 13 - Quizvraag

Slide 14 - Video

Slide 15 - Video

Bereiden en serveren van frisdranken
Postmix machine:  1:5 zonder de koolzuurgas

Slide 16 - Tekstslide

Bereiden en serveren van vruchtendranken
  • Sinaasappelpers: In de sinaasappelpersmachine worden hele sinaasappels door
de midden gesneden en vervolgens uitgeperst. De machines kunnen tot wel 20
glazen per minuut maken.
  • Blender: smoothies worden gemaakt in een blender. De ingrediënten voor de
smoothie, vers fruit en melk of yoghurt, worden samen in de blender gedaan.
De blender snijdt mixt de verschillende ingrediënten tot een drank
  • Sapcentrifuge: Hier worden ook wel sapcentrifuges voor gebruikt. In een
sapcentrifuge worden fruit en groenten met schil gedaan. Vervolgens worden
deze verwerkt tot een sap

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Video

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Video

Kan een water fabrikant zowel bron water hebben, als mineraal water?
A
nee, je moet kiezen
B
Ja, maar dan moet het wel in hetzelfde land verwerkt worden
C
Ja, als hij het maar op het etiket vermeld
D
Nee, want dat wekt onduidelijkheid in de hand

Slide 21 - Quizvraag

3

Slide 22 - Video

00:24
hoeveel suiker klontjes zitten er in een blikje energie drank
A
8
B
15
C
6
D
12

Slide 23 - Quizvraag

00:30
na hoeveel tijd voel je de werking van de cafeïne?
A
na een uur
B
na een kwartier
C
na 4 minuten
D
als alle suiker is op genomen

Slide 24 - Quizvraag

00:47
wanneer is de werking van het drankje tot een kwart gereduceerd?
A
na 4 min
B
na 10 uur
C
na 5 uur
D
na 24 uur

Slide 25 - Quizvraag

Slide 26 - Tekstslide