1.3 Kernbegrippen bij maatschappijleer

1.3 Kernbegrippen bij maatschappijleer
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
MaatschappijleerMiddelbare schoolvmbo, mavoLeerjaar 3,4

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

1.3 Kernbegrippen bij maatschappijleer

Slide 1 - Tekstslide

KERNBEGRIPPEN:
  • Waarden en normen
  • Belangen
  • Macht
  • Sociale ongelijkheid 

Slide 2 - Tekstslide

LET OP!
Al deze begrippen zijn belangrijk bij het vak maatschappijleer.

De begrippen komen ieder hoofdstuk weer terug!

Slide 3 - Tekstslide

Waarden & normen:
Waarden zijn principes die je belangrijk vindt in het leven.
*eindigen vaak op -heid 
* zijn altijd positief 

Normen zijn regels over hoe jij en anderen zich moeten gedragen. 
*horen altijd bij een waarden 

Slide 4 - Tekstslide

FC Groningen 
supporters
Politie 

Slide 5 - Tekstslide

Horeca personeel
Jongeren 

Slide 6 - Tekstslide

Macht: 
Macht: de mogelijkheid om het (denk)gedrag van anderen te beïnvloeden.

Machtsmiddelen: de middelen waarmee je het gedrag van anderen kunt beïnvloeden.

Slide 7 - Tekstslide

Machtsmiddelen:

  • Functie of beroep
  • Kennis en vaardigheden
  • Aanzien en status
  • Overtuigingskracht
  • Aantal mensen dat gezamenlijk iets wil
  • Toegang tot de media
  • Toegang tot invloedrijke mensen of politici
  • Het gebruik van geweld

Slide 8 - Tekstslide

Een influencers heeft iets en jij wil het ook!
A
Functie en beroep
B
Aanzien of status
C
Overtuigingskracht
D
Toegang tot de media

Slide 9 - Quizvraag

De politie en ME vegen de binnenstand van Groningen leeg na rellende supporters.
A
Functie of beroep
B
Kennis of vaardigheden
C
Toegang tot de media
D
Het gebruik van geweld

Slide 10 - Quizvraag

Slide 11 - Video

Slide 12 - Tekstslide

Maken:
H.1.3 ''Kernbegrippen bij maatschappijleer"
  • Pagina 8, 9, 10 & 11

Slide 13 - Tekstslide

Antwoorden 1.3
Opdracht 1
a = principes die je belangrijk vindt in het leven.

b = regels over hoe jij en anderen zich moeten gedragen

Slide 14 - Tekstslide

opdracht 2
Waarde = bijvoorbeeld vriendschap.

Norm = je verraadt je vrienden niet.

Slide 15 - Tekstslide

Opdracht 8
A = Dat niet iedereen dezelfde kansen heeft in de samenleving.

B = eigen mening

Slide 16 - Tekstslide