Hoe kan ik met iedereen samenwerken

voordelen en nadelen
samenwerken
1 / 27
volgende
Slide 1: Woordweb
Zorgzaam omgaanSecundair onderwijs

In deze les zitten 27 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

voordelen en nadelen
samenwerken

Slide 1 - Woordweb

wat is het verschil tussen een groep en een team

Slide 2 - Open vraag

Jullie stelde op de empowerment vast dat bepaalde groepsleden minder hun best deden. wat si de oplossing ?
A
goed roepen
B
duidelijke afspraken maken
C
taken goed verdelen
D
vlot communiceren

Slide 3 - Quizvraag

Lees de casus op p. 197
Noteer of dit om een groep of een team gaat. 

Slide 4 - Tekstslide

casus mehmet , lucas , Emre 

Slide 5 - Tekstslide

Wat gaat er mis in dit groepswerk ?

Slide 6 - Open vraag

Hoe kan je dit beter aanpakken

Slide 7 - Open vraag

Wie is de leider ?
A
nina
B
Dina
C
karin
D
Sara

Slide 8 - Quizvraag

Wie is de volger ,
A
Nina
B
Dina
C
Sarah
D
Karin

Slide 9 - Quizvraag

Wie is aanvechter
A
Sarah
B
Dina
C
Nina
D
karin

Slide 10 - Quizvraag

Lees de casus 
Op de speelplaats worden drie jongens betrapt op roken. De leerkracht gaat naar het groepje toe en straft hen. Bart zegt op een beleefde manier dat hij niet gerookt heeft, maar wel bij het groepje stond. Stephan zegt: “Dat is nu altijd hetzelfde. Ik heb dat wel nodig, hè. Anders ben ik niet rustig. Ik moet mijn sigaret hebben, en daarbij, jij hebt niks gezien”. Finn aanvaardt zijn straf en zegt niets, want hij heeft gerookt. Een groep meisjes en goede vriendinnen van deze jongens hebben de situatie gezien op de speelplaats. Ze blijven staan en kijken toe.

Slide 11 - Tekstslide

Welk dier is Finn
A
Steenbok
B
Havik
C
Kameel
D
uil

Slide 12 - Quizvraag

Welk dier is de leerkracht ?
A
Steenbok
B
havik
C
leeuw
D
uil

Slide 13 - Quizvraag

Welk dier is Stephan ?
A
steenbok
B
kameel
C
kameel
D
havik

Slide 14 - Quizvraag

Welk dier zijn de meisjes ?

Slide 15 - Open vraag

Gedrag is altijd waarneembaar.
A
waar
B
niet waar

Slide 16 - Quizvraag

Niet-waarneembaar gedrag gaat over alles wat er binnen in je gebeurt.
A
waar
B
niet waar

Slide 17 - Quizvraag

samenwerken

Slide 18 - Woordweb

Nick stuurt bedreigende berichtjes naar Klaas.
A
plagen
B
pesten

Slide 19 - Quizvraag

mane doet expres veel zout in het koekjesdeeg van Lina. I
A
plagen
B
pesten

Slide 20 - Quizvraag

Karolien ziet erop tegen om naar school te vertrekken. Enkele leerlingen pakken haar middageten af.
A
pesten
B
plagen

Slide 21 - Quizvraag

Leg uit waarvoor de LSD-methode staat.

Slide 22 - Open vraag

A) Noteer vier tips om actief te luisteren.

Slide 23 - Open vraag

Verbindend communiceren 
  • Luister als de ander aan het woord is en wacht je spreekkans af
  • Spreek in de ik-vorm
  • Waardeer iedere inbreng 
  • Accepteer andere meningen I 

Slide 24 - Tekstslide

Hoe voer ik een dagelijks gesprek ? 
  • Start met een open aanspreking
  • Luister actief
  • Communiceer verbindend
  • Start met toegankelijke onderwerpen waarover de ander zeker kan meepraten. 

Slide 25 - Tekstslide

Hoe kan ik actief luisteren ? 
  • Een actieve lichaamshouding aannemen
  • oogcontact 
  • gelaatsuitdrukking
  • kleine aanmoedigingen 
  • laat stiltes  

Slide 26 - Tekstslide

Slide 27 - Tekstslide