EHBO quiz
5 slagen tussen de schouderbladen geef je bij?
A
Verslikking kind
B
Verslikking zuigeling
C
Verslikking kind en zuigeling
1 / 21
Onderdelen in deze les
5 slagen tussen de schouderbladen geef je bij?
A
Verslikking kind
B
Verslikking zuigeling
C
Verslikking kind en zuigeling
Slide 1 - Quizvraag
''Geef met twee vingertoppen 5 borstcompressies'' hoort bij
A
Verslikking zuigeling
B
Verslikking kind
C
Verslikking kind en zuigeling
Slide 2 - Quizvraag
Hitteberoerte; hoe verlaat de overtollige warmte het lichaam?
A
Straling en zweten
B
Slijmvliezen
C
Liezen en oksels
Slide 3 - Quizvraag
Wat is epilepsie?
A
Is niet bekend
B
Een tumor
C
Aandoening in je hersenen
Slide 4 - Quizvraag
Wanneer een kind een te laag bloedsuikergehalte heeft, is het dan goed om iets te geven wat veel suikers bevat?
A
Ja, bijvoorbeeld een glas limonade of druivensuiker
B
Nee, bij een laag bloedsuikergehalte kan het lichaam extra suikers niet verwerken
Slide 5 - Quizvraag
Waarom is een hitteberoerte zo gevaarlijk? (meerdere antwoorden goed)
A
Hoe meer een kind zich inspant, hoe meer warmte zijn lichaam produceert.
B
Het lichaam kan onderkoelt raken
C
Bij heftig zweten gaat veel vocht (en zout) verloren. Er ontstaat uitdroging en mogelijk shock.
Slide 6 - Quizvraag
Welk nummer gebruik je bij een noodgeval?
A
0900 - 8844
B
Geen nummer, maar de politie-app
C
112
Slide 7 - Quizvraag
Een mantelzorger is iemand die:
A
Informele zorg verleend, zoals een buurvrouw of familie
B
Formele zorg verleend, zoals een verzorgende
C
In- en formele zorg verleend, zoals een PW'er
Slide 8 - Quizvraag
Wat geef je als eerste door als je 112 belt en contact krijgt met de meldkamer
A
Je telefoonnummer
B
Dat je een ambulance, brandweer of politie nodig hebt
C
De locatie van het ongeval
Slide 9 - Quizvraag
Op deze afbeelding is de Rautekgreep te zien
A
Nee, dit is de greep om iemand te verplaatsen
B
Ja, dit is de Rautekgreep
C
Nee, dit is de Heimlichgreep
Slide 10 - Quizvraag
Wat zijn twee levensreddende handelingen?
A
Druk geven op hevig bloedende wond en reanimeren
B
Stabiele zijligging en een AED
C
Rautek en omdraaien
Slide 11 - Quizvraag
Wat is de eerste stap bij het 'beoordelen van het bewustzijn'
A
Eerst om hulp roepen
B
Eerst aanspreken en schudden
C
Eerst 112 bellen
D
Eerste de kinlift en luisteren naar de ademhaling
Slide 12 - Quizvraag
Welke reactie hoort bij 'niet-alert'?
A
Het kind reageert nergens op en voelt slap aan (nauwelijks spierspanning)
B
Het kind kreunt, jammert of praat onduidelijk
C
Het kind huilt duidelijk en vraagt om zijn mam
Slide 13 - Quizvraag
Welke handelingen doe je tijdens een reanimatie van een kind
A
5 beademingen, bij géén reactie 15 borstcompressies
B
5 beademingen, bij géén reactie 30 borstcompressies
C
15 borstcompressies, bij géén reactie 5 beademingen
Slide 14 - Quizvraag
Wat is de noodhulpverlener op de afbeelding aan het doen?
A
Het bewustzijn van het slachtoffer aan het controleren
B
Ze gebruikt een AED
C
Ze controleert of het slachtoffer nog reageert op haar bewegingen
Slide 15 - Quizvraag
Hoeveel compressie geef je bij het reanimeren van een volwassene?
A
10
B
20
C
30
Slide 16 - Quizvraag
Wat zie je op de afbeelding voor instrument
A
pincet
B
luizenpen
C
tekenpen
Slide 17 - Quizvraag
Mag je als EHBO er de epi pen toedienen?
A
Ja
B
Nee
Slide 18 - Quizvraag
Wanneer gebruik je de sandwich methode?
A
Als een baby gereanimeerd moet worden
B
Als een baby aan het verslikken is
C
Als een baby aan het stikken is
Slide 19 - Quizvraag
Als een baby met zijn hoofd onderwater komt dan..
A
reageert de baby door hart te gaan huilen
B
De baby geeft zich over aan het water
C
De baby probeert naar boven te komen
