Bridging the Gap Possessive Pronouns

Bridging The Gap
Personal Pronouns &
Possessive Pronouns
1 / 32
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 1

In deze les zitten 32 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 15 min

Onderdelen in deze les

Bridging The Gap
Personal Pronouns &
Possessive Pronouns

Slide 1 - Tekstslide

        Today...
Recap last week
Remember?
Personal Pronouns (persoonlijke voornaamwoorden)
Possessive Pronouns (bezittelijke voornaamwoorden)

Slide 2 - Tekstslide

WAT ZIJN PERSOONLIJKE VOORNAAMWOORDEN?
Ik
Jij
Hij/zij/het

Wij
Jullie
Zij

In het Engels noemen we deze voornaamwoorden personal pronouns.

Slide 3 - Tekstslide

PERSONAL PRONOUNS
Ik -> I
Jij -> you
Hij / zij / het -> he / she / it

Wij -> we
Jullie -> you
Zij -> they

Slide 4 - Tekstslide

"Vertaal" naar een persoonlijk voornaamwoord:
Susan
A
he
B
we
C
you
D
she

Slide 5 - Quizvraag

"Vertaal" naar een persoonlijk voornaamwoord:
dog
A
he
B
it
C
you
D
I

Slide 6 - Quizvraag

"Vertaal" naar een persoonlijk voornaamwoord:
my friends and I
A
I
B
they
C
we
D
you

Slide 7 - Quizvraag

"Vertaal" naar een persoonlijk voornaamwoord:
my teachers
A
you
B
we
C
I
D
they

Slide 8 - Quizvraag

This is Jonah, (wij) like him a lot.
A
we,
B
they
C
us
D
you

Slide 9 - Quizvraag

What do (jullie) want from us?
A
she
B
they
C
you
D
your

Slide 10 - Quizvraag

This is Karin, (zij) likes football.
A
they
B
she
C
her
D
he

Slide 11 - Quizvraag

Do you see those two boys? (Zij) are up to no good.
A
she
B
they
C
him
D
them

Slide 12 - Quizvraag

(hij) gave her a pretty flower.
A
him
B
he
C
her
D
him

Slide 13 - Quizvraag


Possessive Pronouns

Bezittelijke Voornaamwoorden

Slide 14 - Tekstslide

Remember???
What possessive pronouns do you know?

Slide 15 - Woordweb

Slide 16 - Video

Aantekening: bezittelijke vnw
I have a book - it's my book
you have a book - it's your book
he has a book - it's his book
she has a book - it's her book
it has a book - it's its book
we have a book - it's our book
you have a book - it's your book
they have a book - it's their book

Slide 17 - Tekstslide

Peter has a car. It's ... car.
A
my
B
your
C
his
D
her

Slide 18 - Quizvraag

You have a house. It's ... house
A
my
B
your
C
his
D
its

Slide 19 - Quizvraag

We have a dog. It's ... dog.
A
my
B
your
C
their
D
our

Slide 20 - Quizvraag

They have a cat. It's ... cat
A
our
B
my
C
their
D
your

Slide 21 - Quizvraag

I have a laptop. It's ... laptop
A
your
B
their
C
our
D
my

Slide 22 - Quizvraag

Chad and Mike have a sister.
It's ... sister
A
his
B
her
C
our
D
their

Slide 23 - Quizvraag

Fred and I have a bike.
It's ... bike
A
my
B
our
C
their
D
his

Slide 24 - Quizvraag

Mary has a bike. It's ............... bike.
A
she
B
his
C
my
D
her

Slide 25 - Quizvraag

Peter and John have a cat. It's .... cat.
A
my
B
his
C
their
D
our

Slide 26 - Quizvraag

Jack and I have a house. It's ..... house.
A
their
B
our
C
his
D
my

Slide 27 - Quizvraag

The dog has a bone. It's ..... bone.
A
its
B
my
C
their
D
your

Slide 28 - Quizvraag

Op de volgende pagina's zie je websites. Doe de oefeningen op deze sites. Daarna geef je op de laatste dia (snap je het?) aan of je dit goed kunt, of dat je het nog lastig vindt.
Succes!

Slide 29 - Tekstslide

Slide 30 - Link

Slide 31 - Link

Ging het goed? Of vond je het juist lastig? Vertel dat hieronder

Slide 32 - Open vraag