5.1 De Overheden

De overheid
De overheid bestaat uit:

De rijksoverheid
De provincie
De gemeente
Waterschap
1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolvmbo gLeerjaar 3

In deze les zitten 13 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

De overheid
De overheid bestaat uit:

De rijksoverheid
De provincie
De gemeente
Waterschap

Slide 1 - Tekstslide

Rijksoverheid
ministers regelen de zaken van het rijk.  Kwesties die van belang zijn voor het hele land.
Stelt wetten op.

Slide 2 - Tekstslide

Provincie
Regelt zaken als het openbaar ervoer in de provincie. En alle zaken die in de provincie geregeld dienen te worden. 

Slide 3 - Tekstslide

De gemeente
  • Er zijn meer dan 300 gemeenten in Nederland
  • Je regelt er van alles: paspoort, ID-kaart, rijbewijs, verhuizingen
  • Zij regelen ook van alles: sportvelden, parkjes, schoolgebouwen, afval
  • Burgemeester en wethouders bepalen beleid. 
  • Regelen lokale zaken 
  • Maken verordeningen ( bv. zwemverbod) Geen wetten ( doet alleen Rijk)

Slide 4 - Tekstslide

Waterschap
De waterschappen beheren het water in hun gebied. Ze zijn verantwoordelijk voor de beveiliging tegen overstromingen en het zuiveren van het afvalwater.
Dijken.

Slide 5 - Tekstslide

Collectieve voorzieningen
  • Collectieve voorzieningen = voorzieningen waar iedereen gebruik van mag maken

Slide 6 - Tekstslide

Collectieve voorzieningen
Dit zijn voorzieningen die voor iedereen bestemd zijn.
  • fietspad
  • dijken
  • scholen 
  • ziekenhuizen
  • Wegen
  • parken

Slide 7 - Tekstslide

De Overheid
  • betaalt de collectieve voorzieningen
  • onderhoudt de collectieve voorzieningen
  • regelt het gebruik van de collectieve voorzieningen
  • let op de naleving van de regels

Slide 8 - Tekstslide

Overheidsregels
  • regels voor de bescherming van de burgers
  • noodregels bij rampen of ongelukken
  • regels over gebruik van gebied (bestemmingsplan)

Slide 9 - Tekstslide

Bestemmings
plan

  • plan van een gemeente met daarin regels over het gebruik van de ruimte

Slide 10 - Tekstslide





Je had eerst €500,- en je hebt nu €520,- dan heb je
€520,- - €500,- x 100% = 4%
         €500,-

Slide 11 - Tekstslide

opdrachten maken

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide