20230928 Mask BASHAVOLJ4 en 5HK havo leerjaar 1 Thema's 2.1-2.2

BASHAVOLJ4 en 5HK
Maatschappijleer
David Lindenaar

Docent burgerschap en maatschappijleer & - kunde bij de afdelingen:
Zorg, Vavo en Educatie

david.lindenaar@vonknh.nl

1 / 47
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 47 slides, met tekstslides.

Onderdelen in deze les

BASHAVOLJ4 en 5HK
Maatschappijleer
David Lindenaar

Docent burgerschap en maatschappijleer & - kunde bij de afdelingen:
Zorg, Vavo en Educatie

david.lindenaar@vonknh.nl

Slide 1 - Tekstslide

Maatschappijleer

Slide 2 - Tekstslide

AFSPRAKEN 
1. Kom op tijd.

2. Neem altijd jouw spullen mee. Je neemt elke les een opgeladen laptop, boek en pen mee.

3. Telefoon in de tas, dopjes uit, smartwatch verbinding uit.

4. Jas uit, tas van tafel en niet eten in de les.

5. Ben je er een les niet? Maak het huiswerk dan thuis. Gebruik de e-mail die ik elke les verstuur.

6. Sla geen vragen over en antwoord altijd met uitleg.

Slide 3 - Tekstslide

timer
20:00

Slide 4 - Tekstslide

Planning

Wat is maatschappijleer?

14-09: 1.1: Wat is maatschappijleer?
14-09: 1.2: De maatschappij onderzoeken
21-09: 1.3: Media en nepnieuws
21-09: Themales: Kunstmatige intelligentie: kans of risico
28-09: 2.1 Wat is een rechtsstaat?
2.2 Voorwaarden voor een rechtsstaat
05-10: 2.3 Criminaliteit en opsporing
12-10: 2.4 Rechtspraak en straffen








19-10: 2.5 Conflicten oplossen
2.6 Blik over de grens
02-11: 2.7 Uitdagingen voor de rechtsstaat
09-11: Opdracht en afronden 





13-11 t/m 17-11: Toetsweek 1

Slide 5 - Tekstslide

Lesdoel 28-09
We leren:
2.1:
  • Wat een rechtsstaat is.
  • Wat publiek- en privaatrecht is en kunnen daar voorbeelden van geven.
  • Over het ontstaan van onze rechtsstaat

2.2:
  • Over de onafhankelijkheid van de rechtsspraak.
  • Over het legaliteitsbeginsel.
  • Over klassieke- en sociale grondrechten.




DEZE WEEK MOET JE HET VOLGENDE AFRONDEN:
2.1 Wat is een rechtsstaat? Opdracht 1 – 13
2.2 Voorwaarden voor een rechtsstaat. Opdracht 1 - 16 

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Checks and balances:

Verschillende machten controleren elkaar en ‘houden elkaar scherp’.

Slide 8 - Tekstslide

Zelfwerktijd 28-09


Vraag 9 bij 2.2 (bladzijde 31)



timer
5:00

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

2.1 Wat is een rechtsstaat?

Slide 11 - Tekstslide

Zelfwerktijd 28-09


Vraag 1-3



timer
8:00

Slide 12 - Tekstslide

2.1 Wat is een rechtsstaat?
Centrale vraag van de paragraaf:

Wat is een rechtsstaat precies?


Slide 13 - Tekstslide

2.1 Wat is een rechtsstaat?
Wat is een rechtsstaat precies?

Rechtssysteem waarin burgers door grondrechten worden beschermd tegen machtsmisbruik en willekeur.

Slide 14 - Tekstslide

Zelfwerktijd 28-09


Vraag 4



timer
2:00

Slide 15 - Tekstslide

2.1 Wat is een rechtsstaat?

Slide 16 - Tekstslide

2.1 Wat is een rechtsstaat?

  • Rechten
  • Plichten
  • Ongeschreven
  • Geschreven

Nut van regels:

  • Laten het maatschappelijk leven geordend verlopen.
  • Sluiten aan bij waarden en normen die we met elkaar delen.

Slide 17 - Tekstslide

Het recht
Het totaal van alle wettelijk vastgelegde regels.

Slide 18 - Tekstslide

2.1 Wat is een rechtsstaat?
Publieksrecht: Rechtsregels over de relatie tussen overheid en burger (en organisaties/bedrijven).

Privaatrecht: Rechtsregels over de relatie tussen burgers (en organisaties/bedrijven) onderling, ook wel rechtspersonen genoemd.
 

 

Slide 19 - Tekstslide

Publiekrecht  (o.a strafrecht)
  • Zowel kleine overtredingen (door rood rijden) als zware misdrijven (moord).
  • Altijd een zaak tussen Openbaar Ministerie en burger (of bedrijf / organisatie).


Slide 20 - Tekstslide

Privaatrecht  
(o.a personen- en familierecht)
  • Wetsregels met betrekking tot
    familiaire (of relationele) verhoudingen
    tussen mensen. Bijvoorbeeld:
  1. Huwelijk
  2. Scheiding
  3. Erfenis

Slide 21 - Tekstslide

Kerntaken van de overheid 
in een rechtsstaat

Rechtshandhaving (geweldsmonopolie)



Rechtsbescherming




Slide 22 - Tekstslide

Zelfwerktijd 28-09


Vraag 5-7



timer
8:00

Slide 23 - Tekstslide

Ontstaan van onze rechtsstaat

Slide 24 - Tekstslide

Ontstaan van de rechtsstaat
Eeuwenlang had de bevolking nauwelijks rechten.


Mensen werden zomaar opgepakt en gevangengezet.

Tijdens de Verlichting kwam er verzet tegen dit onrecht, dat leidde in Frankrijk tot de Franse Revolutie (1789).

Met de opgestelde ‘Verklaring van de Rechten van de Mens en Burger’ was het idee van de rechtsstaat geboren.



Slide 25 - Tekstslide

Ontstaan van de Grondwet

Slide 26 - Tekstslide

Voorwaarden rechtsstaat
  • Legaliteitsbeginsel: Alles wat de overheid doet, gebaseerd zijn op de wet. (in het strafrecht ook bekend als het nulla poena-beginsel) De overheid mag alleen de vrijheid van burgers beperken als die beperkingen in wetten zijn vastgelegd. Dit zorgt voor rechtszekerheid: je weet als burger wat de overheid wel en niet mag doen.

  • Proportionaliteitsbeginsel: Straf moet in verhouding moet staan tot
  • Subsidiariteitsbeginsel: Hogere instanties niet iets moeten doen wat door lagere instanties kan worden afgehandeld
  • Vlagbeginsel: Het strafrecht van een land ook geldt buiten de grenzen van dat land
  • Territorialiteitsbeginsel: In het recht houdt in dat het recht van het land waar een persoon zich bevond of waar een handeling werd verricht van toepassing is.
  • Opportuniteitsbeginsel: Een officier van justitie kan beslissen dat een strafbaar feit niet vervolgd wordt op grond van het algemeen belang
  • Détournement de pouvoir: (Frans voor machtsverdraaiing) is een verbod voor een bestuursorgaan om bevoegdheden te gebruiken voor een ander doel dan waarvoor ze gegeven zijn.

Slide 27 - Tekstslide

Zelfwerktijd 28-09


Vraag 8 - 10



timer
8:00

Slide 28 - Tekstslide

Recht in beweging
Regels veranderen; ze worden afgeschaft, en er komen nieuwe regels bij.
Voorbeelden:

Slavernij
Rassenscheidingswetten
Doodstraf
Homohuwelijk


Slide 29 - Tekstslide

Recht in beweging

Slide 30 - Tekstslide

Landen zonder rechtsstaat

Nauwelijks vrijheden, rechten voor de inwoners. 

Dit is het geval in:

Autoritaire staten
Dictaturen


Slide 31 - Tekstslide

Zelfwerktijd 28-09


Vraag 11 - 13



timer
8:00

Slide 32 - Tekstslide

2.1 Wat is een rechtsstaat?
Wat is een rechtsstaat precies?

Rechtssysteem waarin burgers door grondrechten worden beschermd tegen machtsmisbruik en willekeur.

Slide 33 - Tekstslide

2.2 Voorwaarden voor 
een rechtsstaat

Slide 34 - Tekstslide

Onafhankelijke rechtspraak

Waarom is onafhankelijke rechtspraak belangrijk?
  • Zorgt voor een eerlijk proces.
  • Beschermt tegen de overheid.
  • Voorkomt dat mensen voor eigen rechter spelen.




Slide 35 - Tekstslide

Zelfwerktijd 28-09


Vraag 1-3



timer
8:00

Slide 36 - Tekstslide

2.2 Voorwaarden voor een rechtsstaat
Centrale vraag van de paragraaf:

Wat zijn de voorwaarden voor een rechtsstaat en wat houden die precies in?

Slide 37 - Tekstslide

Basis van de rechtsstaat

  • Bescherming
  • Gelijke behandeling
  • Leven in vrijheid



Slide 38 - Tekstslide

Voorwaarden rechtsstaat

  • Grondrechten vastgelegd in grondwet
  • Verdeling van macht
  • Legaliteitsbeginsel

Slide 39 - Tekstslide

Grondrechten
Grondrechten/mensenrechten: basisrechten voor een menswaardig leven.

Deze rechten staan in de grondwet en in internationale verdragen en verklaringen.

Onderscheid tussen klassieke en sociale grondrechten.



Slide 40 - Tekstslide

Grondrechten

Slide 41 - Tekstslide

Klassieke grondrechten
Grondrechten die de overheid moet garanderen. Kosten niets. Bijvoorbeeld:
  • Gelijkheidsbeginsel (Art. 1)
  • Kiesrecht (Art. 4)
  • Vrijheid van godsdienst en levensovertuiging (Art. 6)
  • Vrijheid van meningsuiting (Art. 7)
  • Recht op vergadering en betoging (Art. 9)

Slide 42 - Tekstslide

Sociale grondrechten
Grondrechten waarbij de overheid een zorgplicht heeft. Kosten (veel) geld. Bijvoorbeeld:
  • Recht op werkgelegenheid. (Art. 19)
  • Recht op sociale zekerheid. (Art. 20)
  • Recht op onderwijs. (Art. 23)

Slide 43 - Tekstslide

Zelfwerktijd 28-09


Vraag 4



timer
2:00

Slide 44 - Tekstslide

Aanpassingen grondwet
1e grondwet Nederland: 1798.


1917: Kiesrecht voor alle mannen.
1919: Kiesrecht voor alle vrouwen.

1983: Sociale grondrechten toegevoegd, zoals recht op wonen

Grondwetwijzigen is ingewikkeld:
er moet twee keer over gestemd worden (1e keer gewone meerderheid van stemmen, 2e keer een twee derde meerderheid), met tussendoor verkiezingen.



Slide 45 - Tekstslide

Zelfwerktijd 28-09


Vraag 6, 7, 8, 10, 11, 12, 13, 14, 15 en 16



timer
20:00

Slide 46 - Tekstslide

Terugblik 28-09
We weten nu wat:
2.1:
  • Wat een rechtsstaat is.
  • Wat publiek- en privaatrecht is en kunnen daar voorbeelden van geven.
  • Over het ontstaan van onze rechtsstaat

2.2:
  • Over de onafhankelijkheid van de rechtsspraak.
  • Over het legaliteitsbeginsel.
  • Over klassieke- en sociale grondrechten.




DEZE WEEK MOET JE HET VOLGENDE AFRONDEN:
2.1 Wat is een rechtsstaat? Opdracht 1 – 13
2.2 Voorwaarden voor een rechtsstaat. Opdracht 1 - 16 

Slide 47 - Tekstslide